Stofventiel - Reinigen
Stofventiel (1) aan luchtfilterdeksel leegmaken door het meer-
maals samen te drukken.
Bij sterke verontreiniging het luchtfilter uitbouwen en reinigen
(blz. 162).
Stofweergave - Controleren
Aan de luchtfilterbehuizing bevindt zich een stofweergave (2). Als
het luchtfilter sterk verontreinigd is, verschijnt een rode signaalring
(3) op het scherm.
Controleren of de rode signaalring zichtbaar is. Bij een zichtba-
re rode signaalring, het luchtfilter demonteren en reinigen
(blz. 162).
Als het gereinigde luchtfilter gemonteerd is, op de resetknop
(1) drukken, en de rode signaalring verdwijnt.
Motoroliepeil - Controleren
Om te controleren of het oliepeil correct is, moet de
machine op een effen ondergrond staan en moet de
motor minstens 5 minuten daarvoor worden uitge-
schakeld. Alleen dan is er voldoende motorolie in het
oliecarter verzameld.
Oliepeilstok (2) eruit trekken en met een schone doek afvegen.
Oliepeilstok weer helemaal terugplaatsen en opnieuw eruit
trekken. Het oliepeil moet zich in het bereik "A" bevinden. Bij
een te laag oliepeil, de motorolie aan de olievulopening (1) bij-
vullen (blz. 168).
Het bedrijf met een te laag of te hoog oliepeil kan tot motorschade leiden.
68
Bedrijf
R5515-8144-6
01/2018