Alarmen
Alarminstellingen wijzigen voor één parameter
In de volgende stappen verwijzen de letters tussen
haakjes naar het diagram van de pagina voor
parameterspecifieke instellingen (zie pagina 87).
WAARSCHUWING
Wanneer u alarmgrenzen instelt op extreme
waarden, kan dat verhinderen dat bepaalde
alarmcondities worden ontdekt en
aangekondigd met hoorbare en zichtbare
alarmsignalen.
e alarminstellingen configureren
1 Selecteer Sensorparameters... in de
hoofdmenubalk > selecteer de gewenste
parametertab (bijvoorbeeld ECG).
of
Selecteer het parametervak om direct naar de
parameterinstelpagina te gaan.
88
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System - Bewakingstoepassingen SW VG1
2 Selecteer de knop Alarm aan/uit (B) om
alarmbewaking in of uit te schakelen. Een
driehoek met een kruis erdoor verschijnt in het
parametervak wanneer alarmbewaking is
uitgeschakeld.
OPMERKING
Als de Franse NFC-modus is ingeschakeld (zie
pagina 299), kunt u de HR-alarmen niet
uitschakelen.
3 Selecteer de Onderste instelknop (D) om de
onderste alarmgrenzen bij te stellen.
4 Selecteer de Bovenste instelknop (C) om de
onderste alarmgrenzen bij te stellen.
5 Selecteer een van de volgende instellingen
voor de knoppen Archief (E) om te bepalen wat
er in reactie op een alarm gebeurt:
– Uit: er worden geen gebeurtenissen
opgeslagen en er worden geen registraties
gemaakt.
– Opsl.: hiermee wordt de gebeurtenis voor
later gebruik opgeslagen (zie pagina 97).
– Reg: hiermee wordt een tijdgebonden
registratie gemaakt.
– Opsl/ Reg: hiermee wordt een gebeurtenis
voor latere revisie opgeslagen en wordt er
een tijd-gebonden registratie gegenereerd.