BOOrdCOMPUTer:
Zij verschijnen met het waarschuwingslampje
schrift negeert, loopt u het risico dat uw auto beschadigd wordt.
Zij verdwijnen door een druk op de keuzetoets van de aanduiding of na enkele secondes en worden opgeslagen in het functieoverzicht. Het
ú
lampje
blijft branden. Voorbeelden van storingsboodschappen worden hieronder gegeven.
Boodschappen
« esP nIeT aCTIef »
« BanddrUKsensOr afWeZIG »
« BandensPannInG
COrrIGeren »
« dIeseLfILTer COnTrOLeren » Geeft aan dat er water in de dieselbrandstof zit. Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merkdealer.
1.58
storingsboodschappen (1/2)
ú
en het is nodig direct voorzichtig naar een merkdealer te rijden. als u dit voor-
Uitschakelen van de tractiecontrole A.S.R. (zie paragraaf "tractiecontrole: A.S.R." in hoofdstuk 2).
Storing van de sensor van het ontbrekende wiel aangegeven op het instrumentenpaneel van het info-
scherm: wordt bijvoorbeeld aangeduid als het reservewiel op de auto is gemonteerd (raadpleeg de pa-
ragraaf "controlesysteem bandenspanning" in hoofdstuk 2).
Bandenspanning te laag van het aangegeven wiel op het multifunctionele display of op het instrumen-
tenpaneel; corrigeer de bandenspanning zo snel mogelijk.
Betekenis van de boodschappen