THERMOSTATISCHE AIRCONDITIONING
1
A
11
G
9
F
Functie "helder zicht"
Druk op de toets 11 "helder zicht", het con-
trolelampje F brandt. Het controlelampje A
in toets AUTO 1 dooft.
Met deze functie worden de voorruit, de zij-
ruiten voor, de achterruit en de buitenspie-
gels snel ontwasemd.
3.12
(vervolg)
Voor een maximaal effect schakelen hier-
bij automatisch de airconditioning (contro-
lelampje E brandt) en de achterruitverwar-
C
ming (controlelampje F brandt) in en de
luchtkringloop uit (controlelampjes C en D
uit).
D
De optimale hoeveelheid lucht wordt nu naar
de voorruit en naar de ruiten in de voorpor-
tieren geleid.
NB: de ventilatorsnelheid kan gewijzigd
worden met de toets 9, dit zorgt voor minder
lawaai in de auto.
E
Voor het uitschakelen van deze functie, zijn
er twee mogelijkheden:
– druk op de toets AUTO 1 (controle-
lampje A brandt);
– druk opnieuw op de toets 11 (controle-
lampje G dooft).