WaarsCHUWInGsLaMPJes
de aanwezigheid en de werking van de lampjes ZIJn afHanKeLIJK Van HeT Land, HeT UITrUsTInGsnIVeaU en eVenTUeLe
OPTIes Van de aUTO.
ú
Waarschuwingslampje
Dit gaat branden bij het aanzet-
ten van het contact, en dooft zodra de motor
draait. Het kan tegelijk gaan branden met
andere controlelampjes en/of boodschap-
pen op het instrumentenpaneel.
Het is nodig voorzichtig direct naar een
merkdealer te rijden. Als u dit voorschrift ne-
geert, loopt u het risico dat uw auto bescha-
digd wordt.
ã
airbag voor de passagier Off
Dit controlelampje licht enkele se-
condes na het starten van de motor op als
de airbags (afhankelijk van de auto) van de
voorpassagier uitgeschakeld zijn.
1.46
(3/4)
ç
Waarschuwingslampje van het
niet dragen van de autogordel
van de bestuurder en van de autogordel
van de voorpassagier
Zolang de autogordel niet is vastgemaakt,
brandt het continu tot de auto ongeveer
20 km/uur rijdt, hierna gaat het knipperen en
klinkt er een geluidssignaal gedurende on-
geveer 120 secondes. Vervolgens gaat het
lampje weer continu branden.
n.B.: een voorwerp op de zitting van de pas-
sagiersstoel kan het waarschuwingslampje
inschakelen.
É
C o n t r o l e l a m p j e
voorverwarming(dieselmotor)
Bij het aanzetten van het contact moet dit
lampje gaan branden; de motor wordt voor-
verwarmd. Als de voorverwarming is be-
ëindigd, dooft het lampje en kan de motor
worden gestart.
å
Waarschuwingslampje airbag
Het licht op bij het starten van de
motor en dooft na enkele secondes.
Als het niet oplicht bij het aanzetten van het
contact of als het oplicht bij draaiende motor,
wijst dit op een storing in het systeem.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merk-
dealer.
Ä
Waarschuwingslampje luchtver-
ontreiniging
Voor de auto's die hiermee uitgerust zijn,
licht het op bij het starten van de motor en
daarna dooft het.
– Als het continu brandt, moet u zo snel
mogelijk een merkdealer raadplegen;
– Als het knippert, moet u vaart verminde-
ren tot het knipperen ophoudt.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een
merkdealer.
Raadpleeg de paragraaf "tips voor zuinig
rijden en minder luchtverontreiniging" in
hoofdstuk 2.