32
Sleutels, portieren en ruiten
Overbelasting
Worden de ruiten in korte tijd meer‐
maals bediend, dan wordt de ruitbe‐
diening enige tijd gedeactiveerd.
Elektrisch bediende ruiten
initialiseren
Kunt u de ruiten niet automatisch slui‐
ten (bijv. na het loskoppelen van de
accu), dan moet u de ruitelektronica
als volgt activeren:
1. Portieren sluiten.
2. Ontsteking inschakelen.
3. Trek aan de schakelaar totdat de
ruit gesloten is en blijf nog eens
vijf seconden eraan trekken.
4. Deze handeling uitvoeren voor
alle ruiten.
Kinderbeveiliging voor
achterportierruiten
Druk mits afhankelijk van de versie
aanwezig op H om de elektrisch
bediende ruiten achter te deactive‐
ren.
Druk voor het opnieuw activeren
nogmaals op H.
Ruiten van de buitenzijde
bedienen
Bij het vergrendelen of ontgrendelen
van de auto kunnen de ruiten afhan‐
kelijk van de versie van buiten de auto
op afstand worden bediend.
Centrale vergrendeling 3 23.
Houd Ä ingedrukt om de ruiten te
openen.
Houd e ingedrukt om de ruiten te slui‐
ten.
Laat de toets los om de ruit te stop‐
pen.