8.6 Alarm (3)
Dit menu geeft een overzicht van alarmmeldingen en waarschu-
wingen.
U kunt alarmen resetten.
8.6.1 Alarm status (3)
Afb. 36 Alarm status
Beschrijving
Een storing in het systeem of één van de te bewaken componen-
ten kan een alarm
of een waarschuwing
veroorzaken.
Naast het storingsignaal via het signaalrelais voor alarm en waar-
schuwing en het rode signaallampje op de CU 352 kan een alarm
ook een wijziging in de bedrijfsmodus veroorzaken, bijvoorbeeld
van "Normaal" naar "Stop". Een waarschuwing veroorzaakt
slechts een storingsmelding.
De tabel toont de mogelijke oorzaken van de storing samen met
een alarmcode, en of deze een alarm of een waarschuwing tot
gevolg hebben. Het toont ook op welke bedrijfsmodus het
systeem overschakelt als er een alarm is, en of herstart van het
systeem en resetten van het alarm automatisch of handmatig
gebeurt.
De tabel toont ook dat de reactie op enkele van de genoemde
storingsoorzaken in het menu "Instellingen" kan worden inge-
steld. Zie paragrafen
en
8.7.25 Geleidelijke drukopbouw (4.3.3)
t/m
8.7.48 Bewakingsfuncties (4.4)
8.7.58 Drukvermindering
(4.4.8).
25