De volgorde van de stappen is anders op het moment dat de glaasjescodes precies dezelfde zijn
als de potjescodes, dan wanneer de glaasjescodes en potjescodes slechts een deel van hun code
gemeenschappelijk hebben. Elk van de stappen wordt hieronder beschreven.
Potjescode configureren
De ThinPrep 5000-processor kan worden ingesteld om potjescodes te lezen als 1-D-barcodes of als
2-D-barcodes.
De glaasjescode moet zijn opgemaakt in een van de zes ondersteunde symbolenreeksen voor
1-D-barcodes (Code 128, Interleaved 2 van 5, Code 39, Code 93, Codabar of EAN-13/JAN) of in
een van de twee ondersteunde symbolenreeksen voor 2-D-barcodes (DataMatrix of QR-code).
Voor de potjeslabels mogen geen OCR-indelingen worden gebruikt.
Selecteer 1-D-barcode of 2-D-barcode, en selecteer vervolgens het (de) type(n) barcodes dat (die)
in uw instelling wordt (worden) gebruikt voor potjescodes.
Afbeelding 6-37 Configureer barcodetype(n) voor potjescode
Opmerking:
Voor de beste prestaties selecteert u alleen het (de) barcodetype(n) dat in uw laboratorium
wordt gebruikt voor potjescodes en selecteert u geen barcodetypen die niet in uw
laboratorium worden gebruikt.
G
EBRUIKERSINTERFACE
Gebruikershandleiding ThinPrep™ 5000-processor
6
6.29