Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Hologic ThinPrep 5000 Gebruikershandleiding
Hologic ThinPrep 5000 Gebruikershandleiding

Hologic ThinPrep 5000 Gebruikershandleiding

Met autoloader
Verberg thumbnails Zie ook voor ThinPrep 5000:
Inhoudsopgave

Advertenties

ThinPrep
5000-processor met AutoLoader
®
Gebruikershandleiding

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Hologic ThinPrep 5000

  • Pagina 1 ThinPrep 5000-processor met AutoLoader ® Gebruikershandleiding...
  • Pagina 2 ® met AutoLoader Gebruikershandleiding Hologic, Inc. Hologic BVBA Sponsor in Australië: 250 Campus Drive Da Vincilaan 5 Hologic (Australia) Pty Ltd Marlborough, MA 01752 VS 1930 Zaventem Suite 302, Level 3 Tel: 1-800-442-9892 België 2 Lyon Park Road 1-508-263-2900 Macquarie Park NSW 2113 Fax: 1-508-229-2795 Australië...
  • Pagina 3 Hologic zijn aangewezen. Microscoop-objectglaasjes die met de ThinPrep 5000-processor zijn bewerkt, mogen uitsluitend worden beoordeeld door cytologisch analisten en pathologen die door Hologic zijn opgeleid tot het beoordelen van met ThinPrep bewerkte objectglaasjes, of door Hologic aangewezen organisaties of personen.
  • Pagina 5 ThinPrep ® 5000-systeem Gebruiksaanwijzing 1 van 16...
  • Pagina 6: Beoogd Gebruik

    In het laboratorium wordt de PreservCyt-monsterflacon van een streepjescode voorzien die overeenkomt met de streepjescode op het aanvraagformulier, zodat flacon en formulier logisch gekoppeld zijn. De flacon wordt vervolgens in een ThinPrep 5000-processor geplaatst. In de processor wordt een objectglaasje geplaatst dat hetzelfde monsteridentificatienummer heeft als het etiket op de monsterflacon.
  • Pagina 7: Beperkingen

    Objectglaasjes die met het ThinPrep 5000-systeem zijn bewerkt, mogen uitsluitend worden • beoordeeld door cytologisch analisten en pathologen die door Hologic zijn opgeleid voor het beoordelen van met ThinPrep bewerkte objectglaasjes of door Hologic aangewezen organisaties of personen.
  • Pagina 8: Contra-Indicaties

    Chlamydia trachomatis en Neisseria gonorrhoeae met behulp van de assay COBAS AMPLICOR van Roche Diagnostics en de assay APTIMA COMBO 2 ® CT/NG van Hologic mogen niet uitgevoerd worden op monsters die al met de ThinPrep 5000- processor zijn verwerkt. WAARSCHUWINGEN •...
  • Pagina 9: Werkingseigenschappen: Resultaten Van Klinisch Onderzoek

    Het ThinPrep 5000-systeem is in technologisch opzicht gelijk aan het ThinPrep 2000-systeem. Een kritische beoordeling van het ThinPrep 5000-systeem heeft aangetoond dat de klinische evaluatie van het ThinPrep 2000-systeem van toepassing is op het ThinPrep 5000-systeem. De evaluatie wordt hieronder beschreven.
  • Pagina 10: Klinische Onderzoeksresultaten

    Tabel 1: Locatiegegevens Laboratoriumgegevens Demografische gegevens voor het klinisch onderzoek Locatie Type patiënt- Volume Aantal gevallen Leeftijdbereik Postmeno– Eerder afwijkend Convent. populatie laboratorium - patiënten pauzaal Pap-uitstrijkje gehad prevalentie uitstrijkjes per LSIL+ jaar Testcentrum 300.000 1386 18,0 - 84,0 10,6% 8,8% 2,3% Testcentrum...
  • Pagina 11 Tabel 4: Diagnoseclassificatietabel met twee categorieën, LSIL en ernstigere diagnoses Conventioneel NEG/ASCUS/ LSIL+ TOTAAL AGUS+ ThinPrep NEG/ASCUS/ 5985 6110 AGUS+ LSIL+ TOTAAL 6209 6747 Tabel 5: Diagnoseclassificatietabel met twee categorieën, ASCUS/AGUS en ernstigere diagnoses ASCUS/AGUS+ TOTAAL ThinPrep 5224 5593 ASCUS/ 1154 AGUS+ TOTAAL...
  • Pagina 12 Tabel 7: Resultaten per locatie, ASCUS/AGUS en ernstigere laesies Locatie Aantal ThinPrep Convent. Toegenomen p-waarde Voorkeurs- gevallen ASCUS+ ASCUS+ detectie methode 1336 0,067 Geen van beide 1563 < 0,001 ThinPrep 1058 < 0,001 ThinPrep 0,007 ThinPrep 1010 (8%) 0,360 Geen van beide (9%) 0,102 Geen van beide...
  • Pagina 13 Tabel 8: Resultaten van de onafhankelijke patholoog per locatie, LSIL en ernstigere laesies Locatie Aantal gevallen ThinPrep Conventioneel p-waarde Voorkeursmethode Positief positief positief volgens onafhankelijke patholoog 0,170 Geen van beide 0,042 ThinPrep < 0,001 ThinPrep < 0,001 ThinPrep 0,876 Geen van beide 0,170 Geen van beide Voor LSIL en ernstigere laesies gaf de diagnostische vergelijking op drie locaties statistisch een voorkeur aan voor...
  • Pagina 14 Tabel 10 hieronder geeft een samenvatting voor alle locaties van de beschrijvende diagnose voor alle categorieën van het Bethesda-systeem. Tabel 10: Samenvatting van beschrijvende diagnose Beschrijvende diagnose ThinPrep Conventioneel Aantal patiënten: 6747 Benigne cellulaire veranderingen: 1592 23,6 1591 23,6 Infectie: Trichomonas vaginalis Candida spp.
  • Pagina 15 Tabel 12, 13 en 14 geven een overzicht van de resultaten met betrekking tot de geschiktheid van de monsters voor de ThinPrep-methode en de conventionele uitstrijkjesmethode op alle onderzoekslocaties. Van de in totaal 7360 ingeschreven patiënten zijn 7223 personen in deze analyse verwerkt.
  • Pagina 16 Tabel 14: Resultaten van monstergeschiktheid per locatie Locatie Aantal Thin Con- Thin Con- Thin Con- gevallen Prep vent. Prep vent. Prep vent. SBLB SBLB UNSAT UNSAT Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal gevallen gevallen gevallen gevallen gevallen gevallen 1386 1092 1178 1668 1530...
  • Pagina 17 Pap-uitstrijkjes met uitslag SBLB - geen endocervicale component. KLINISCH ONDERZOEK MET DIRECTE PLAATSING VAN HSIL+ IN DE FLACON Nadat het ThinPrep-systeem door de FDA was goedgekeurd, heeft Hologic een multi-site klinisch onderzoek verricht volgens de direct-in-flaconmethode ter beoordeling van het ThinPrep 2000-systeem in vergelijking met conventionele Pap-uitstrijkjesmethoden voor de detectie van hooggradige intra- plaveiselepitheel-laesies en ernstigere laesies (HSIL+).
  • Pagina 18: Conclusies

    Aangezien het ThinPrep 5000-systeem in technisch opzicht gelijk is aan het ThinPrep 2000-systeem, is de conclusie dat ook het ThinPrep 5000-systeem bij diverse patiëntenpopulaties net zo effectief is als conventionele Pap-uitstrijkjes en in plaats van de conventionele Pap-uitstrijkjesmethode kan worden toegepast voor de detectie van atypische cellen, cervixcarcinomen of daaraan voorafgaande laesies, evenals voor alle andere cytologische categorieën zoals gedefinieerd in het Bethesda-systeem.
  • Pagina 19 Pap-uitstrijkje voor de detectie van laaggradige intra-plaveiselcelepitheel-laesies (LSIL) en ernstigere laesies. Aangezien het ThinPrep 5000-systeem in technisch opzicht gelijk is aan het ThinPrep 2000-systeem, is de conclusie dat ook het ThinPrep 5000-systeem bij diverse patiëntenpopulaties aanzienlijk effectiever is dan het conventionele Pap-uitstrijkje voor de detectie van laaggradige intra-plaveiselcelepitheel-laesies (LSIL) en ernstigere laesies.
  • Pagina 20: Technische Ondersteuning En Productinformatie

    Liquid-based, thin-layer preparation vs. conventional Pap smear. Acta Cytol 2002; 46: 453-7 TECHNISCHE ONDERSTEUNING EN PRODUCTINFORMATIE Neem voor technische ondersteuning en assistentie met betrekking tot het gebruik van het ThinPrep 5000-systeem contact op met Hologic: Telefoon: +1-800-442-9892 Fax: +1-508-229-2795 Indien u zich buiten de VS bevindt of een lijn gebruikt die voor gratis verkeer is geblokkeerd, kunt u bellen naar +1-508-263-2900.
  • Pagina 22: Inhoudsopgave

    PARAGRAAF A: Algemeen ................2.1 PARAGRAAF B: Handelingen bij aflevering ..........2.1 PARAGRAAF C: Voorbereidingen voor installatie........2.1 PARAGRAAF D: Opslag en behandeling na installatie ......2.4 PARAGRAAF E: De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader inschakelen................2.5 PARAGRAAF F: Gebruikersvoorkeuren instellen ........2.6 PARAGRAAF G: De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader uitschakelen ..............2.7...
  • Pagina 23 NHOUD Hoofdstuk 4 GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN PARAGRAAF A: Gynaecologische monsters prepareren ......4.1 PARAGRAAF B: Monsterafname voorbereiden ........4.2 PARAGRAAF C: Monsterafname..............4.3 PARAGRAAF D: Speciale voorzorgsmaatregelen ........4.6 PARAGRAAF E: Problemen bij monsterverwerking oplossen ....4.7 Hoofdstuk 5 NIET-GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN PARAGRAAF A: Inleiding ................5.1 PARAGRAAF B: Benodigde materialen............5.2 PARAGRAAF C: Monsterafname..............5.3 PARAGRAAF D: Algemene stappen voor monsterpreparatie ....5.6...
  • Pagina 24 BEDIENINGSAANWIJZINGEN PARAGRAAF A: Inleiding ................7.1 PARAGRAAF B: Benodigde materialen............7.1 PARAGRAAF C: De monsterpotjes labelen..........7.3 PARAGRAAF D: De ThinPrep 5000 AutoLoader laden......7.5 PARAGRAAF E: Een batchverwerking starten........7.14 PARAGRAAF F: Glaasjes verwerken ............7.16 PARAGRAAF G: Batchverwerking onderbreken........7.17 PARAGRAAF H: Batchverwerking voltooid ..........7.17 PARAGRAAF I: De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader uitladen................7.19...
  • Pagina 25 NHOUD Hoofdstuk 9 PROBLEMEN OPLOSSEN PARAGRAAF A: Algemeen ................9.1 PARAGRAAF B: Monsterverwerkingsfouten ..........9.1 PARAGRAAF C: Batchverwerkingsfouten ..........9.13 PARAGRAAF D: Systeemfouten ..............9.19 Hoofdstuk 10 KLEUREN EN AFDEKKEN PARAGRAAF A: Algemeen ................10.1 PARAGRAAF B: Fixatie................10.1 PARAGRAAF C: Aanbevolen richtlijnen voor kleuring......10.2 PARAGRAAF D: Glaasjes afdekken............10.4 Hoofdstuk 11 ®...
  • Pagina 27: Inleiding

    één monster worden verwerkt. AutoLoader-modus De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader kan een batch van maximaal 160 monsters verwerken. In het AutoLoader-gedeelte van het apparaat worden vier bakjes met monsterpotjes geladen. Elk bakje kan maximaal 40 potjes bevatten. In dezelfde batch kunnen verschillende monstertypes worden verwerkt, maar elk bakje met potjes moet hetzelfde monstertype bevatten.
  • Pagina 28 Elke batch mag slechts één type monsters bevatten (allemaal gynaecologisch, allemaal niet-gynaecologisch of allemaal UroCyte). Afbeelding 1-1 Een ThinPrep 5000-processor met AutoLoader Opmerking: De gebruiksaanwijzing voor de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader is dezelfde ongeacht de kleur van het apparaat. Beoogd gebruik ®...
  • Pagina 29: De Thinprep ® Pap Test

    In het laboratorium worden het monsterpotje en het bijbehorende analyseaanvraagformulier beide voorzien van overeenkomende barcodelabels. Vervolgens wordt het monsterpotje in een bakje met monsterpotjes geplaatst en in de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader geladen. (Zie Afbeelding 1-2.) Tijdens het prepareren van het objectglaasje worden bloed, mucus en debris van niet-diagnostische aard in een fase van lichte dispersie afgebroken en wordt het celmonster zorgvuldig gemengd.
  • Pagina 30 • Het prepareren van objectglaasjes met het ThinPrep 5000-systeem mag uitsluitend worden uitgevoerd door medewerkers die zijn opgeleid door Hologic of door organisaties of personen die door Hologic zijn aangewezen. •...
  • Pagina 31 Chlamydia trachomatis en Neisseria gonorrhoeae-tests met gebruik van Hologics APTIMA ® COMBO 2 CT/NG assays en de Roche Diagnostics COBAS AMPLICOR assay mogen niet worden uitgevoerd op een monster als het monster al is verwerkt met de ThinPrep 5000- processor met AutoLoader. Waarschuwingen •...
  • Pagina 32 NLEIDING • PreservCyt-oplossing met cytologische monsters voor CT/NG-tests met behulp van de RocheDiagnostics COBAS AMPLICOR CT/NG-test moet worden bewaard bij een temperatuur van 4 °C tot 25 °C, en de tests moeten binnen 6 weken na afname worden uitgevoerd. • Gebruik altijd het bij de processor geleverde USB-medium.
  • Pagina 33: Onderdelen

    ThinPrep-objectglaasjes van tevoren worden gelabeld met overeenkomende identificatienummers.) Bakjes met potjes, glaasjescassettes en filterbakjes worden in het toestel geladen. De carrousel wordt in het ThinPrep 5000-processorcompartiment geplaatst. Fixatiefbaden met een kleurrekje en alcoholfixatief worden in het uitgangscompartiment geplaatst.
  • Pagina 34 NLEIDING Overzicht van batchverwerking Voor routinematige batchverwerkingen doorloopt het systeem na het starten van de batch de volgende verwerkingsstappen: AutoLoader-modus Kleine-batchmodus Controle of de carrousel leeg is (De laborant plaatst potjes, filters en objectglaasjes handmatig in de carrousel en plaatst de carrousel in Het eerste potje wordt opgepakt en in de carrousel geplaatst de processor) en de potjescode wordt gelezen.
  • Pagina 35: Geleverd Materiaal

    5000-processor met AutoLoader voor installatie meegeleverd. (De samenstelling kan variëren, afhankelijk van uw bestelling.) • ThinPrep 5000-processor met AutoLoader • Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader • Netsnoer • Accessoirekit voor het systeem, met daarin: Afvalfles met slangenset en transportdop Fixatiefbaden met evaporatiekap (3)
  • Pagina 36: Technische Specificaties

    (achter deur) Vakken voor ThinPrep- filterbakjes (3) Filters voor de laserdampafzuiger Hoofddeurtje (inputdeurtje) Transportarm voor objectglaasjes Touchscreen Baddeur Transportarm voor filters/potjes Filterplug Potjesklem Evaporatiekap ThinPrep 5000-processor voor fixatiefbad Afbeelding 1-4 Overzicht van de onderdelen 1.10 ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 37: Afmetingen, Vrije Ruimtes En Gewicht

    Afvalfles: 43 cm hoog x 15 cm diameter Afmetingen 145 cm 137 cm 71 cm Vrije ruimtes 190 cm 160 cm 122 cm Afbeelding 1-5 Afmetingen en vrije ruimtes van de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader 1.11 ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 38 (Protected Extra Low Voltage) zoals gedefinieerd in IEC 61140. De uitgangen van andere apparaten die op de processor zijn aangesloten dienen ook PELV of SELV (Separated Extra Low Voltage) te zijn. Alleen apparaten die beschikken over een veiligheidsgoedkeuring van een bevoegde instantie mogen op de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader worden aangesloten. 1.12 ®...
  • Pagina 39: Veiligheid, Normen Voor Elektromagnetische Interferentie (Emi) En Compatibiliteit (Emc)

    Veiligheid, normen voor elektromagnetische interferentie (EMI) en compatibiliteit (EMC) De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader is getest en goedgekeurd door een in de VS landelijk erkend testlaboratorium (NRTL). Daarbij is vastgesteld dat het apparaat voldoet aan de thans geldende normen met betrekking tot veiligheid, elektromagnetische interferentie (EMI) en elektromagnetische compatibiliteit (EMC).
  • Pagina 40: Interne Kwaliteitsbewaking

    PARAGRAAF RISICO’S THINPREP 5000 De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader is bestemd voor bediening volgens de in deze handleiding beschreven methoden. Het is van belang dat u de informatie in deze handleiding leest en begrijpt, zodat letsel van gebruikers en/of beschadiging van het apparaat worden voorkomen.
  • Pagina 41: Op Het Instrument Gebruikte Symbolen

    Op dit instrument worden de volgende symbolen gebruikt: Voorzichtig, raadpleeg bijgevoegde documenten Zekering Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur Gescheiden van gemeentelijk afval afvoeren. Neem contact op met Hologic voor het afvoeren van het instrument. Medisch hulpmiddel voor in-vitrodiagnostiek Laserapparaat (binnen in de laser en niet toegankelijk voor...
  • Pagina 42 NLEIDING Serienummer Aardverbinding Aan-uitschakelaar Aan Aan-uitschakelaar Uit Afbeelding 1-6 Symbolen 1.16 ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 43: Locatie Van De Op Het Instrument Aangebrachte Labels

    NLEIDING Locatie van de op het instrument aangebrachte labels Onderdeelnummer Label model/ vermogen/ certificering Serienummer Label model/ vermogen Label met serienummer, productiedatum Onderdeelnummer ® Afbeelding 1-7 Achterkant van de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader Raadpleeg de documentatie (Afvalfles vol) Afbeelding 1-8 Rechterkant van de processor en afvalfles 1.17 ®...
  • Pagina 44: Installatie Alleen Door Servicepersoneel

    NLEIDING Waarschuwingen in deze handleiding: WAARSCHUWING Installatie alleen door servicepersoneel Dit systeem mag uitsluitend door speciaal opgeleide medewerkers van Hologic worden geïnstalleerd. WAARSCHUWING Bewegende delen De processor bevat bewegende delen. Vermijd contact met handen, haar, loshangende kleding, sieraden enz. Bedien het apparaat niet met geopende deurtjes/kleppen.
  • Pagina 45: Brandbare Vloeistof En Damp

    WAARSCHUWING Verwerk met de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader geen cerebrospinaal vocht (CSV) of andersoortige monsters die zijn afgenomen bij mensen met een TSE, zoals de ziekte van Creutzfeldt- Jakob, en waarbij verdenking bestaat van prioneninfectie (PrPsc). Een met TSE besmette processor kan niet effectief worden ontsmet en moet daarom op passende wijze worden afgevoerd om mogelijke schadelijke gevolgen voor gebruikers en/of onderhoudsmedewerkers te voorkomen.
  • Pagina 46: Verbruiksartikelen Afvoeren

    Gescheiden van gemeentelijk afval afvoeren. Neem contact op met Hologic Technische ondersteuning. Hologic draagt zorg voor het afhalen en op de juiste wijze recyclen van de elektrische apparatuur die we aan onze klanten leveren. Hologic streeft ernaar apparatuur, deelapparatuur en onderdelen zo mogelijk opnieuw te gebruiken. Wanneer hergebruik niet haalbaar is, draagt Hologic zorg voor verantwoorde afvoer van het materiaal.
  • Pagina 47 Website: www.hologic.com Veiligheidsinformatieblad CytoLyt-oplossing; PreservCyt-oplossing: Het veiligheidsinformatieblad voor deze oplossingen kan worden aangevraagd bij de technische ondersteuning van Hologic Technische ondersteuning of online worden geraadpleegd op www.hologicsds.com. Voor andere reagentia kunt u het veiligheidsinformatieblad van de fabrikant raadplegen. 1.21 ®...
  • Pagina 48 NLEIDING Deze pagina is met opzet blanco gelaten. 1.22 ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 50: Handelingen Bij Aflevering

    ALGEMEEN ® De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader moet worden geïnstalleerd door personeel dat de Hologic-servicetraining voor het apparaat heeft voltooid. Na voltooiing van de installatie wordt (worden) de gebruiker(s) getraind met de gebruikershandleiding als trainingsmateriaal. PARAGRAAF HANDELINGEN BIJ AFLEVERING Haal het blad Pre-installatie-aanwijzingen voor de gebruiker uit de verpakking en lees dit door.
  • Pagina 51 NSTALLATIE Locatie Plaats de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader in de buurt (binnen 3 meter) van een 3-aderig geaard stopcontact dat vrij is van spanningsfluctuaties en vermogenspieken. De processor wordt aangesloten op een UPS (Uninterruptable Power Supply, ononderbreekbare stroomvoorziening), die op zijn beurt wordt aangesloten op het stopcontact. Zie Afbeelding 1-5 om er zeker van te zijn dat er voldoende ruimte is rondom de processor.
  • Pagina 52: Netwerkverbindingen

    De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader kan worden aangesloten op een externe netwerkrouter (geleverd door Hologic). Optioneel kunnen een door Hologic geleverd NAS-apparaat (Network Attached Storage), een LIS (Laboratory Information System) van de klant of een door Hologic geleverde netwerkprinter op de router worden aangesloten. Zie Afbeelding 2-2 voor een voorbeeld van een netwerkconfiguratie.
  • Pagina 53: Aansluitpoorten Op Het Toestel

    Zorg dat het instrument wordt gereinigd en dat onderhoud wordt uitgevoerd zoals wordt beschreven in het hoofdstuk Onderhoud in deze handleiding. Neem contact op met Technische ondersteuning van Hologic wanneer de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader moet worden verplaatst of naar een andere locatie moet worden vervoerd.
  • Pagina 54: De Thinprep 5000-Processor Met Autoloader Inschakelen

    U hoort dat de pomp/compressor worden geactiveerd. De mechanismen bewegen en komen vervolgens in een toegankelijke positie. De deurtjes worden ontgrendeld. Opmerking: De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader behoort ingeschakeld te blijven. Voor informatie over afsluiten of langdurig buiten werking stellen, gaat u naar pagina 2.7. ®...
  • Pagina 55: Gebruikersvoorkeuren Instellen

    NSTALLATIE Opstartscherm Hoofdscherm Afbeelding 2-5 Opstartschermen PARAGRAAF GEBRUIKERSVOORKEUREN INSTELLEN De volgende voorkeuren kunnen via het aanraakscherm worden ingesteld. Deze instellingen kunnen op ieder gewenst moment opnieuw worden ingesteld en blijven ook behouden als het toestel wordt uit- en ingeschakeld. • Tijd en datum instellen - pagina 6.25 •...
  • Pagina 56: De Thinprep ® 5000-Processor Met Autoloader Uitschakelen

    NSTALLATIE PARAGRAAF DE THINPREP ® 5000-PROCESSOR MET AUTOLOADER UITSCHAKELEN Normaal afsluiten LET OP: Schakel de stroomtoevoer naar het instrument nooit uit zonder eerst het programma via de gebruikersinterface te beëindigen. Wanneer het apparaat moet worden uitgeschakeld, moet het systeem eerst inactief zijn. Als er een batch in verwerking is, laat u deze eerst afronden of stopt u de verwerking.
  • Pagina 57: Langdurig Buiten Werking Stellen

    NSTALLATIE Langdurig buiten werking stellen Als het instrument langere tijd afgesloten of buiten werking moet worden gesteld, leeg dan de afvalfles (hoofdstuk Onderhoud), verwijder alle artikelen die zich nog in het apparaat bevinden en sluit alle deurtjes. Volg de instructies om het toestel normaal af te sluiten. Sluit het toestel geheel van de netvoeding af door de stekker uit de UPS en die van de UPS uit het stopcontact te nemen.
  • Pagina 59: Preservcyt ® - En Cytolyt

    Verpakking Zie de Bestelinformatie in deze handleiding voor de onderdeelnummers en gedetailleerde gegevens over het bestellen van oplossingen en benodigdheden voor het ThinPrep 5000-systeem. • Elke ThinPrep Pap Test-kit bevat potjes (20 ml) PreservCyt-oplossing.
  • Pagina 60 ®- ®- RESERV OPLOSSING • Bewaar PreservCyt-oplossing met cytologische monsters voor CT/NG-tests met de COBAS AMPLICOR CT/NG-test van Roche Diagnostics tussen 4 °C en 25 °C voor een periode van maximaal 6 weken. Opmerking: Zie “OPTIONELE INSTRUCTIES VOOR AANVULLENDE TESTS” op pagina 7.35 voor instructies omtrent het verwijderen van een aliquot voor aanvullende tests voordat de ThinPrep Pap Test wordt uitgevoerd.
  • Pagina 61 ®- ®- RESERV OPLOSSING Behandeling/afvoer Werk zorgvuldig en overeenkomstig de veiligheidsnormen voor laboratoria met alle materialen die chemische stoffen bevatten. Er zijn extra voorzorgsmaatregelen op de reagenscontainer of in de gebruiksaanwijzing aangegeven als dat op grond van de samenstelling van een reagens noodzakelijk is.
  • Pagina 62: Oplossing

    ®- ®- RESERV OPLOSSING PARAGRAAF CYTOLYT ® -OPLOSSING CytoLyt-oplossing is een gebufferd conserveringsmiddel op methanolbasis, bestemd voor het lyseren van rode bloedcellen, de preventie van eiwitprecipitatie, het oplossen van mucus en het in stand houden van de morfologische kenmerken van algemeen-cytologische monsters. De oplossing is bedoeld als transportmedium en wordt toegepast bij de monsterpreparatie voorafgaand aan de verwerking.
  • Pagina 63 ®- ®- RESERV OPLOSSING Transport Zorg dat de buisjes en monsterpotjes met CytoLyt-oplossing stevig zijn afgesloten. Breng de markering op de dop op één lijn met de markering op het potje om lekkage te voorkomen. Stabiliteit Gebruik CytoLyt-oplossing niet na de uiterste gebruiksdatum op het verpakkingslabel. Zie ook Opslagvereisten voor informatie over beperkte houdbaarheid van cellen.
  • Pagina 64 ®- ®- RESERV OPLOSSING Deze pagina is met opzet blanco gelaten. ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 65 Klasse-indeling van de oplossingen: PreservCyt: klasse IC; CytoLyt: klasse II; CellFyx: klasse IB. Dit overzicht is een door Hologic samengestelde samenvatting van de diverse voorschriften. Raadpleeg voor een volledig overzicht van de voorschriften de documenten NFPA 30 en NFPA 45.
  • Pagina 66 Opslaghandleiding voor ThinPrep® oplossingen PreservCyt-flacons van 20 ml. Met ‘brandcompartiment’ wordt hier bedoeld een deel van een gebouw dat middels een brandwerende constructie met minstens 1 uur brandvertraging is afgescheiden van de rest van het gebouw en waarvan alle toe- en uitgangsopeningen op de juiste wijze zijn beveiligd door een constructie met minstens 1 uur brandvertraging overeenkomstig de NFPA 30 Flammable and Combustible Liquids Code.
  • Pagina 67 (Raadpleeg voor meer informatie hierover de gebruikershandleiding van de ThinPrep 2000 of ThinPrep 5000.) 2. Voor materialen die zijn geneutraliseerd of geïnactiveerd gelden de vereisten van Categorie B klasse 6, Divisie 6.2 niet.
  • Pagina 68 * Deze instructies vormen de interpretatie van Hologic van de diverse voorschriften vanaf de ingangsdatum. Hologic is echter niet verantwoordelijk voor eventuele schendingen van de daadwerkelijke voorschriften.
  • Pagina 69 10. Indien u van FedEx gebruik maakt, moet de FedEx USA Luchtvrachtbrief, deel 6, Speciale behandeling, worden ingevuld met informatie over gevaarlijke goederen/droogijs: Bevat deze zending gevaarlijke goederen?  JA - verklaring van de verzender niet vereist 11. Op de buitenverpakking van alle diagnostische/klinische monsters moet het volgende worden vermeld: a.
  • Pagina 70 ® ™ C. Vervoer van alleen ThinPrep PreservCyt -oplossing (zoals van een laboratorium naar een arts) Binnenlands wegvervoer - Beperkte hoeveelheden: Opmerkingen: ® ™ In de VS wordt ThinPrep PreservCyt -oplossing ingedeeld als een ontvlambare vloeistof van klasse 3, onder verpakkingsgroep III (PG III). ®...
  • Pagina 71 PreservCyt -oplossing moet in flacons worden vervoerd. 2. Plaats de flacons in een stevige kartonnen doos van goede kwaliteit, zoals de Hologic-doos voor 250 flacons. Verpak de flacons zodanig dat er slechts minimale beweging van de afzonderlijke flacons mogelijk is (voeg naar behoefte beschermend materiaal toe).
  • Pagina 72 3. Markeer de verpakking als 'UN1992, Flammable liquids, toxic, n.o.s., (Methanol Solution), 3, 6.1, PGIII Ltd. Qty.' (UN1992, Ontvlambare vloeistoffen, giftig, zonder nadere specificatie, (methanoloplossing), 3, 6.1, PGIII, Beperkte hoeveelheid), breng oriëntatiepijlen op de zijkanten aan en breng het etiket 'Beperkte hoeveelheid' aan waarop een 'Y' staat. 4.
  • Pagina 73 5. Bij het vervoer van een beperkte hoeveelheid is het vermelden van de specificaties van de fabrikant van de verpakking niet vereist. 6. Markeer de verpakking als 'UN1992, Flammable liquids, toxic, n.o.s., (Methanol Solution), 3, 6.1, PGIII, Net. Qty.' (UN1992, Ontvlambare vloeistoffen, giftig, zonder nadere specificatie, (methanoloplossing), 3, 6.1, PGIII, Netto hoeveelheid).
  • Pagina 75: Gynaecologische Monsters Prepareren

    YNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN H o o f d s t u k 4 Gynaecologische monsters prepareren PARAGRAAF GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN Omvat celmonsters van ectocervix en endocervix. 1. Afname: Plaats het monster rechtstreeks in een potje met ® PreservCyt -oplossing. Opmerking: Het is uiterst belangrijk dat de juiste spoeltechniek wordt gebruikt voor het monsterafnamehulpmiddel.
  • Pagina 76: Paragraaf B: Monsterafname Voorbereiden

    YNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN PARAGRAAF MONSTERAFNAME VOORBEREIDEN ThinPrep ® afnamemethoden Het primaire doel van het afnemen van een cervixcelmonster is het aantonen van cervixcarcinoom en daaraan voorafgaande laesies, evenals andere gynaecologische afwijkingen. De volgende richtlijnen zijn ontleend aan het CLSI-document GP15-A3 .
  • Pagina 77: Paragraaf C: Monsterafname

    YNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN • Verwijder voorafgaand aan de monsterafname inflammatoir exsudaat uit het cervixkanaal. Doe dit door een droog stukje gaas van 5 x 5 cm over de cervix te leggen en het weer te verwijderen nadat het exsudaat erin is geabsorbeerd, of gebruik een droge proctoswab of scopette.
  • Pagina 78: Gynaecologische Monsters Afnemen Met Een Endocervicale Borstel-/Spatelcombinatie

    YNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN 4. Noteer de naam en het ID-nummer van de patiënt op het potje. Noteer de informatie en anamnese van de patiënt op het cytologie-aanvraagformulier. Opmerking: Als het monster onmiddellijk moet worden verwerkt, moet het ten minste 15 minuten in het potje met PreservCyt-oplossing hebben gestaan voordat de verwerking mag beginnen.
  • Pagina 79 YNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN 4. Spoel het borsteltje zo spoedig mogelijk in de PreservCyt- oplossing door het 10 maal in de oplossing te draaien terwijl het borsteltje tegen de wand van het PreservCyt-potje wordt geduwd. Roer krachtig, zodat meer materiaal loslaat. Doe het borsteltje bij het afval.
  • Pagina 80: Paragraaf D: Speciale Voorzorgsmaatregelen

    De Clinical and Laboratory Standard Institute Guidelines en ACOG raden u aan geen Pap-test uit te voeren tijdens de menstruatie. Voor monsters die op de ThinPrep 5000-processor moeten worden verwerkt, geldt dat glijmiddelen zich aan het filtermembraan kunnen hechten en tot een slechte celoverdracht op het glaasje kunnen leiden.
  • Pagina 81: Paragraaf E: Problemen Bij Monsterverwerking Oplossen

    YNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN Behandeling/afvoer Werk zorgvuldig en overeenkomstig de veiligheidsnormen voor laboratoria met alle materialen die chemische stoffen bevatten. Wanneer de samenstelling van reagentia hiertoe aanleiding geeft, zijn extra veiligheidsmaatregelen op de reagenscontainers afgedrukt. Voer de PreservCyt-oplossing af overeenkomstig de bij u geldende richtlijnen voor afvoer van gevaarlijk afval.
  • Pagina 82 YNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN 4 a. Giet het supernatant in het centrifugebuisje voorzichtig af om verlies van cellen te voorkomen. Afvoeren volgens de plaatselijke voorschriften. b. Plaats het centrifugebuisje kort in een vortexmixer. ® c. Giet 30 ml van het mengsel van de CytoLyt -oplossing en 10% ijsazijn in het centrifugebuisje en sluit het buisje goed af.
  • Pagina 84: H O O F D S T U K 5

    GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN H o o f d s t u k 5 Niet-gynaecologische monsters prepareren PARAGRAAF INLEIDING Dit hoofdstuk verschaft aanwijzingen voor het prepareren van niet-gynaecologische (non-gyn) ® monsters en voor het maken van objectglaasjes met het ThinPrep 5000-systeem. Volg de instructies in dit hoofdstuk nauwgezet op om de beste resultaten te bereiken.
  • Pagina 85: Paragraaf E: Richtlijnen Voor Monsterpreparatie

    ThinPrep UroCyte PreservCyt-potjes voor urinemonsters voor het Vysis UroVysion- onderzoek • ThinPrep-objectglaasjes • ThinPrep 5000-processor met AutoLoader • Vortexmixer Opmerking: Raadpleeg Bestelinformatie in deze gebruikershandleiding voor meer informatie over de benodigdheden en oplossingen van Hologic. ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 86: Van Andere Leveranciers

    • Dithiotreïtol (DTT, optioneel, alleen voor mucoïde monsters) WAARSCHUWING: Verwerk met de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader geen cerebrospinaal vocht (CSV) of andersoortige monsters die zijn afgenomen bij mensen met een TSE, zoals de ziekte van Creutzfeldt-Jakob, en waarbij verdenking bestaat van prioneninfectie (PrPsc). Een...
  • Pagina 87: Dunne-Naaldaspiraatmonsters (Fna)

    GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN Dunne-naaldaspiraatmonsters (FNA) De beste afnamemethode voor FNA-monsters is het gehele monster in een centrifugebuisje met 30 ml CytoLyt-oplossing te plaatsen en te spoelen. Als secundaire methode kan monsterafname plaatsvinden ® ® in een gebalanceerde elektrolytoplossing zoals Polysol - of Plasma-Lyte -injectieoplossing.
  • Pagina 88: Urinemonster Voor Gebruik Met Het Vysis

    Afnamemedia die worden afgeraden Hologic adviseert de gebruiker met het ThinPrep-systeem geen gebruik te maken van de volgende afnamemedia. Bij gebruik van deze oplossingen worden suboptimale resultaten verkregen: •...
  • Pagina 89: Algemene Stappen Voor Monsterpreparatie

    GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN PARAGRAAF ALGEMENE STAPPEN VOOR MONSTERPREPARATIE CONCENTREREN DOOR CENTRIFUGEREN - 600 g gedurende 10 minuten Het doel van deze procedure is het celmateriaal te concentreren om de cellulaire component(en) te scheiden van het supernatant. Deze stap wordt met verse ®...
  • Pagina 90 GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN Zoek de straal van uw centrifuge in de eerste kolom van Afbeelding 5-2. Trek een lijn vanaf de radiuswaarde, door het punt 600 g in de kolom met g-waarden, tot in de kolom met het aantal omwentelingen per minuut (rpm). Lees de rpm-waarde af op het snijpunt, zoals afgebeeld in Afbeelding 5-2.
  • Pagina 91 GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN SUPERNATANT AFGIETEN EN VORTEXEN OM DE CELPELLET TE RESUSPENDEREN Giet het supernatant volledig af om het monster zo effectief mogelijk te concentreren. Doe dit door het centrifugebuisje in een soepele beweging 180 graden verticaal te keren, al het supernatant af te gieten en de buis dan weer terug te brengen in de oorspronkelijke stand, zoals afgebeeld in Afbeelding 5-3.
  • Pagina 92 GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN CELPELLETS BEOORDELEN OP UITERLIJKE ASPECTEN Uiterlijke aspecten celpellet Procedure Celpellet is wit, lichtroze, bruinig of Plaats het monster in het potje met ® niet zichtbaar. PreservCyt -oplossing Zie pagina 5.10 in dit hoofdstuk Celpellet is duidelijk rood of bruin; ®...
  • Pagina 93: Aandachtspunten

    PreservCyt-oplossing wordt toegevoegd, en zodoende ook op het volume van het monster. Hologic adviseert het gebruik van standaard plastic pipetten van 1 ml, met schaalverdeling. Als de mededeling “Monster is verdund” herhaaldelijk wordt weergegeven en er nog een hoeveelheid monster in het monsterbuisje zit, verhoog dan het aantal druppels geconcentreerd monster dat aan het potje wordt toegevoegd.
  • Pagina 94 ® Bij mucoïde monsters is krachtig schudden van de CytoLyt -oplossing noodzakelijk om de mucus af te breken. Door Hologic worden twee methoden voor mechanisch schudden aanbevolen: Methode A: Vortex het mengsel van CytoLyt-oplossing/monster minstens 5 minuten op een “handsfree” vortexmixer. De vortexsnelheid moet zodanig worden ingesteld dat beweging tot op de bodem van het buisje zichtbaar is.
  • Pagina 95 GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN WAS MET CYTOLYT-OPLOSSING ALLEEN MUCOÏD ® Om het monster te wassen, moet CytoLyt -oplossing aan de celpellets worden toegevoegd. Bij een wasstap met CytoLyt-oplossing worden de volgende bewerkingen uitgevoerd, waarbij de morfologie van de cel onaangetast blijft: •...
  • Pagina 96: Richtlijnen Voor Monsterpreparatie

    GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN PARAGRAAF RICHTLIJNEN VOOR MONSTERPREPARATIE De volgende richtlijnen bieden een beschrijving van de voorkeursmethoden voor het prepareren van de diverse monstertypen. De methoden worden in algemene bewoordingen beschreven. Voor gedetailleerdere informatie over iedere stap wordt u verwezen naar de beschrijving van de methoden in Paragraaf D in dit hoofdstuk.
  • Pagina 97: Mucoïde Monsters

    GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN 6. Laat 15 minuten staan in de PreservCyt-oplossing (pagina 5.11). ® 7. Verwerk het monster met de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader volgens de Non-Gyn-cyclus. Fixeer, kleur en beoordeel. MUCOÏDE MONSTERS Mucoïde monsters kunnen ook uit de luchtwegen en het maag-darmkanaal afkomstig zijn. 1.
  • Pagina 98: Toepassingsprocedure Met Dithiothreïtol (Dtt) Bij Niet-Gynaecologische Mucoïde Monsters

    GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN 5. Beoordeel de celpellets op uiterlijke aspecten (pagina 5.9) Controleer of de celpellet voldoende vloeibaar is. Indien dat niet het geval is, moet 30 ml CytoLyt-oplossing worden toegevoegd en moeten stappen 2–4 worden herhaald. 6. Voeg voldoende monster toe (afhankelijk van de omvang van de ®...
  • Pagina 99 GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN LICHAAMSVLOEISTOFFEN Onder lichaamsvloeistoffen worden onder meer gerekend sereuze effusies, urine en cerebrospinaal vocht. 1. Afname: Lichaamsvloeistoffen moeten vers worden afgenomen. Opmerking: ® Met vloeistoffen die in CytoLyt -oplossing zijn afgenomen, moet voorafgaand aan verwerking met het apparaat ook een CytoLyt-wasstap worden uitgevoerd.
  • Pagina 100: Urocyte -Monsters

    GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN 7. Laat 15 minuten staan in de PreservCyt-oplossing (pagina 5.11) ® 8. Verwerk het monster met de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader volgens de Non-Gyn-cyclus. Fixeer, kleur en beoordeel. THINPREP ® UROCYTE ® -MONSTERS Voor gebruik met Vysis UroVysion. Voor urinecytologie dient het protocol voor lichaamsvloeistoffen te worden gevolgd.
  • Pagina 101 GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN ® 4. Was met CytoLyt -oplossing (pagina 5.12) ALLEEN Schenk 30 ml CytoLyt-oplossing in een 50 ml-centrifugebuisje en vortex MUCOÏD het buisje. Breng de inhoud van dit buisje over in het tweede 50 ml- centrifugebuisje en vortex dit eveneens. Het monster is nu in één 50 ml- buisje samengevoegd.
  • Pagina 102 GYNAECOLOGISCHE MONSTERS PREPAREREN Instructies voor het gebruik van de ThinPrep UroCyte urineafnamekit Opmerking: Het monsterafnamepotje heeft een blauwe dop. Het potje met PreservCyt-oplossing heeft een witte dop. 1. Noteer de patiëntgegevens in de daarvoor bestemde ruimte op het monsterafnamepotje. 2. Neem op de gebruikelijke manier een urinemonster. Als het urinevolume groter is dan 60 ml, moet het overtollige gedeelte worden afgegoten.
  • Pagina 103: Problemen Bij Monsterpreparatie Oplossen

    Opmerking: Bepaling van de beoordeelbaarheid van objectglaasjes is een kwestie van oordeelsvermogen en ervaring. Hologic raadt aan om de kwaliteit van het objectglaasje na kleuring te controleren. Mocht u van mening zijn dat een objectglaasje ontoereikend is, gebruik dan de procedures in deze paragraaf om aanvullende objectglaasjes te maken.
  • Pagina 104 ® PreservCyt -oplossing. Prepareer het glaasje volgens de Non-Gyn-cyclus. Bel de technische ondersteuning van Hologic (pagina 12.1) als ook het nieuwe objectglaasje NEE  JA  een halo vertoont. C. Is het objectglaasje te schaars 1.
  • Pagina 105 ® 9. Verwerk het monster met de ThinPrep 5000- processor met AutoLoader volgens de Non-Gyn- cyclus. Fixeer, kleur en beoordeel. 10. Bel de technische ondersteuning van Hologic (pagina 12.1) als ook het nieuwe objectglaasje te schaars is bezet. 5.22 ®...
  • Pagina 106 ® PreservCyt -oplossing. Prepareer het glaasje volgens de Non-Gyn-cyclus. Bel de technische ondersteuning van Hologic (pagina 12.1) als ook het nieuwe objectglaasje NEE  JA  een halo vertoont. C. Is het objectglaasje te 1.
  • Pagina 107: Monster 20 Op 1 Verdunnen

    7. Verwerk het monster met de ThinPrep 5000- processor met AutoLoader volgens de Non-Gyn- cyclus. Fixeer, kleur en beoordeel. 8. Bel Hologic Technische ondersteuning (pagina 12.1) als ook het nieuwe objectglaasje te schaars is bezet. Methoden die bij het oplossen van problemen worden toegepast...
  • Pagina 109: H O O F D S T U K 6

    EBRUIKERSINTERFACE H o o f d s t u k 6 Gebruikersinterface Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over de schermen van de gebruikersinterface en hoe ® u deze gebruikt om de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader te bedienen, te onderhouden en problemen op te lossen. Inhoud van dit hoofdstuk: HOOFDSCHERM, PROCESSOR INACTIEF.
  • Pagina 110 EBRUIKERSINTERFACE • Taal ........6.32 •...
  • Pagina 111: Paragraaf A: Hoofdscherm, Processor Inactief

    EBRUIKERSINTERFACE PARAGRAAF HOOFDSCHERM, PROCESSOR INACTIEF ® Als de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader is ingeschakeld en klaar is voor gebruik, wordt het hoofdscherm weergegeven. Statusbalk - geeft aan of het instrument gereed is voor verwerking of bevat instructies voor de gebruiker Status baden Status objectglaasjes Status potjes...
  • Pagina 112 EBRUIKERSINTERFACE Statusbalk De statusbalk geeft aan of het systeem klaar is om met de verwerking te starten. Als het systeem vaststelt dat er glaasjes, potjes, filters en baden aanwezig zijn en dat deze overeenkomen met het geselecteerde type monster, is de status Gereed. Afbeelding 6-2 Systeemstatus Gereed Als het systeem bepaalt dat een handeling van de gebruiker is vereist, wordt op de statusbalk een bericht weergegeven en wordt de batchverwerking pas gestart als de kwestie(s) is/zijn verholpen.
  • Pagina 113 EBRUIKERSINTERFACE Statusindicatoren De statusindicatoren helpen de gebruiker te bepalen of het systeem al dan niet gereed is voor het verwerken van een batch. Hieronder wordt een tabel met statusindicatoren weergegeven. Tabel 6.1: Statusindicatoren op het hoofdscherm Statuspictogram Betekenis Gereed voor verwerking Voltooid De batchverwerking is onderbroken Niet gereed of fout.
  • Pagina 114: Objectglaasjes

    EBRUIKERSINTERFACE Objectglaasjes Raak de knop Glaasjes of een willekeurige plaats in het deelvenster aan om de weergave Details glaasjes te openen. Cassette 1 is geselecteerd als objectglaasjestype Gyn en is deels gevuld Cassette 2 is geselecteerd als objectglaasjestype Non-Gyn en is gevuld Cassette 3 is geselecteerd als objectglaasjestype UroCyte en is leeg Grijs:...
  • Pagina 115 EBRUIKERSINTERFACE Als er een objectglaasjescassette in het instrument wordt geplaatst, gaat het systeem ervan uit dat deze “gevuld” is totdat het controleert op de aanwezigheid van objectglaasjes in de cassette. Deze controle wordt uitgevoerd wanneer de eerste keer wordt geprobeerd objectglaasjes uit de cassette te halen.
  • Pagina 116 EBRUIKERSINTERFACE Potjes Raak de knop Potjes of een willekeurige plaats in het deelvenster aan om de weergave Details potje te openen. Bakje 1 is geselecteerd als monstertype Gyn en is gereed voor verwerking Bakje 2 is geselecteerd als monstertype Non-Gyn en is gereed voor verwerking Bakje 3 is geselecteerd als monstertype UroCyte en kan niet worden verwerkt...
  • Pagina 117 EBRUIKERSINTERFACE Procescycli Druk op de knop voor het nummer van het bakje voor potjes (1, 2, 3 of 4) en selecteer dan de procescyclus voor de monsterpotjes die in dat bakje worden verwerkt. In elk bakje voor potjes kan slechts één type monster worden verwerkt. Voor verwerking van een bakje gynaecologische monsters.
  • Pagina 118 EBRUIKERSINTERFACE Baden Raak de knop Baden of een willekeurige plaats in het deelvenster aan om de weergave Details bad te openen. Hoeveel baden er in het instrument staan en gereed zijn voor verwerking Hoeveel baden met voltooide objectglaasjes er in het instrument staan en moeten worden geleegd Hoeveel baden er in het instrument staan waarvoor een handeling van de gebruiker is vereist om een fout te corrigeren...
  • Pagina 119: Status Fixatiefbad

    EBRUIKERSINTERFACE Als er baden worden verplaatst, wordt de baddeur vergrendeld terwijl de carrousel draait. De deur wordt ontgrendeld wanneer de beweging is gestopt. De gebruiker heeft toegang tot het bad bij de deur. Afbeelding 6-11 Een bad wordt naar de deur verplaatst Status fixatiefbad Het badencompartiment biedt ruimte aan acht fixatiefbaden voor 20 objectglaasjes elk.
  • Pagina 120: Opdrachten Badbeweging

    EBRUIKERSINTERFACE Badpositie Badpositie met Fixatiefbad met Lege badpositie leeg fixatiefbad foutconditie bij het deurtje aanwezig Fixatiefbad in Fixatiefbad Fixatiefbad met gebruik voor de met voltooide voltooide glaasjes huidige batch glaasjes erin bij het deurtje Afbeelding 6-12 Status fixatiefbad - voorbeeld met Gyn-glaasjes Opdrachten badbeweging Naar voren - Om een fixatiefbad naar de deur te verplaatsen, raakt u de knop Naar voren met het geselecteerde bad aan of dubbelklikt u op de positie van het bad op het scherm.
  • Pagina 121 EBRUIKERSINTERFACE Gebruikte baden verwijderen - Om alle volle fixatiefbaden uit het apparaat te verwijderen, drukt u op de knop Gebruikte baden verwijderen. Het deurtje wordt vergrendeld en een voltooid bad wordt naar het deurtje verplaatst. Het deurtje wordt ontgrendeld. Verwijder het bad en sluit het deurtje.
  • Pagina 122 EBRUIKERSINTERFACE Filterdeurtje gesloten Filterdeurtje open Het nummer van het Druk op de knop om het type filterbakje stemt overeen objectglaasjes in de cassette met de positie waarin te selecteren. dit in het instrument is geplaatst Druk op de knop Klaar om terug te keren naar het hoofdscherm Afbeelding 6-14 Weergave Details filter Als er een filterbakje in het instrument wordt geplaatst, gaat het systeem ervan uit dat het “gevuld”...
  • Pagina 123: Knop Starten

    EBRUIKERSINTERFACE Als een filterbakje leeg is, gebruikt het systeem filters uit het volgende bakje dat hetzelfde type filter bevat. Als er geen filterbakje met hetzelfde type filters meer is, wordt de gebruiker erop geattendeerd dat er geen filters meer beschikbaar zijn. Belangrijk: Het systeem kan detecteren of een bakje filters bevat, maar kan niet waarnemen welk type filters dit zijn.
  • Pagina 124: Paragraaf B: Hoofdscherm, Tijdens Verwerking

    EBRUIKERSINTERFACE PARAGRAAF HOOFDSCHERM, TIJDENS VERWERKING Verwerking Als u op de knop Starten drukt, kunt u horen dat de deurtjes worden gesloten. Het hoofdscherm verandert en toont het bericht Verwerking wordt voorbereid, een grafisch overzicht van de verbruiksartikelen, de knop Opties beheerder en de knop Onderbreken, zoals hieronder afgebeeld. Koptekst verwerking Procescyclus...
  • Pagina 125 EBRUIKERSINTERFACE Gyn-potjes, verwerking bezig Non-gyn-potjes, gereed UroCyte-potjes, verwerking niet mogelijk Imager-potjes, gereed Afbeelding 6-17 Scherm Monsters verwerken Wanneer een bakje is voltooid, verandert het scherm om aan te geven dat het bakje is verwerkt. Het veld wordt groen en er verschijnt een knop waarmee het batchrapport kan worden weergegeven.
  • Pagina 126: Verwerking Voltooid

    EBRUIKERSINTERFACE Verwerking voltooid Als een batch voltooid is, keert de processor terug naar een inactieve status, terwijl op het scherm het bericht “Verwerking voltooid” wordt weergegeven. Als het hoorbare alarmsignaal is geconfigureerd, zal dat klinken. Zie Afbeelding 6-19. De deurtjes worden ontgrendeld. Druk op de knop Rapport weergeven om het batchrapport te bekijken.
  • Pagina 127: Een Batch Onderbreken

    EBRUIKERSINTERFACE Elk batchrapport kan worden weergegeven met de knop Rapport weergeven. Op dat moment kan het rapport worden afgedrukt of opgeslagen op USB-stick. Zie Batchrapporten, pagina 6.70. Na het weergeven van elk rapport wordt dit scherm weergegeven. U kunt dit scherm verlaten door op de knop Klaar te drukken.
  • Pagina 128 EBRUIKERSINTERFACE Scherm Bezig met onderbreken Scherm Batch onderbroken Knop Opties beheerder - Biedt gebruiker toegang tot systeeminstellingen en rapporten Knop Verwerking stoppen - beëindigt de batchverwerking Knop Doorgaan - zet de batchverwerking voort Afbeelding 6-22 Scherm Verwerking onderbroken De deurtjes worden ontgrendeld, met uitzondering van het verwerkingscompartiment met de carrousel en de deur voor het potjesbakje dat op dat moment wordt verwerkt.
  • Pagina 129: Van Modus Wisselen

    EBRUIKERSINTERFACE Druk op de knop Verwerking stoppen om verdere verwerking van die batch te beëindigen. Het scherm Verwerking voltooid wordt weergegeven. Raadpleeg de volgende paragraaf. Met de knop Annuleren gaat u terug naar het scherm Onderbroken. Met de knop Onmiddellijk beëindigen wordt de batchverwerking beëindigd Afbeelding 6-23 Verwerking stoppen na onderbreken batchverwerking PARAGRAAF...
  • Pagina 130: Opties Beheerder

    EBRUIKERSINTERFACE PARAGRAAF OPTIES BEHEERDER Knop Info Knop Knop Systeem- Afvalvloeistof instellingen afvoeren Knop Scherm Knop Rapporten reinigen en logboeken Knop Systeem reinigen Labels ontwerpen Luchtfilter Knop Barcodes verwisselen configureren Knop Klaar (terug Knop Afsluiten Knop Service naar hoofdscherm) Afbeelding 6-25 Scherm Opties beheerder Via het scherm Opties beheerder heeft de gebruiker toegang tot de processor buiten de verwerking van monsters om.
  • Pagina 131: Knop Info

    • het toestel uitschakelen • De knop Service is beschikbaar voor servicepersoneel van Hologic en is beveiligd met een wachtwoord Knop Info Druk op de knop Info om het serienummer van het toestel en informatie over de softwareversie weer te geven.
  • Pagina 132 EBRUIKERSINTERFACE Knop Naam instrument Knop Datum Knop Naam lab Knop Tijd Knop Pre-match potjes- en Knop Geluid glaasjescodes Knop Waarschu- Knop Taal wingstonen Meer instellingen, Klaar - keer zie hieronder terug naar het hoofdscherm Knop Printer Bakjes- installeren verwerking stoppen of doorgaan op lege posities Knop LIS...
  • Pagina 133: Datum Instellen

    EBRUIKERSINTERFACE Datum instellen De knop Datum toont de huidige instelling Afbeelding 6-27 Knop Datum instellen Om de datum (dag, maand of jaar) te wijzigen, drukt u op de knop omhoog/omlaag voor het betreffende veld totdat de gewenste waarde wordt weergegeven. Druk op de knop Wijzigingen opslaan om terug te gaan naar het scherm Systeeminstellingen.
  • Pagina 134: Tijd Instellen

    EBRUIKERSINTERFACE Tijd instellen De knop Tijd toont de huidige instelling Afbeelding 6-29 Knop Tijd instellen Om de tijd (uur, minuut, am/pm) te wijzigen, drukt u op de knop omhoog/omlaag voor het betreffende veld totdat de gewenste waarde wordt weergegeven. Druk op de knop AM of PM, al naar gelang van toepassing.
  • Pagina 135: Naam Lab

    EBRUIKERSINTERFACE Naam lab Knop Naam lab toont de huidige instelling Afbeelding 6-31 Knop Naam lab instellen Om een naam in te voeren of te bewerken voor de instelling waar het toestel zich bevindt, drukt u op de knop Naam lab. Druk op de letterknoppen om een naam van maximaal 20 tekens in te voeren. (Lange namen met brede letters kunnen worden afgebroken op het scherm, maar in het veld zijn 20 tekens toegestaan en deze worden afgedrukt op rapporten.) Zie Afbeelding 6-32.
  • Pagina 136: Naam Instrument

    Afbeelding 6-33 Knop Naam instrument Als u voor de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader een naam wilt invoeren of bewerken, drukt u op de knop Naam instrument. Druk op de letterknoppen om een naam van maximaal 20 tekens in te voeren.
  • Pagina 137: Geluid Instellen

    EBRUIKERSINTERFACE Geluid instellen De knop Geluid toont de huidige instelling Afbeelding 6-35 Knop voor geluidsvolume Er kunnen hoorbare waarschuwingstonen worden ingesteld om aan te geven dat een batchverwerking is voltooid of dat er een fout is opgetreden. Het volume van de waarschuwingstonen kan hoger of lager worden gezet met de instelling Geluid.
  • Pagina 138: Waarschuwingstonen

    EBRUIKERSINTERFACE Waarschuwingstonen De knop Waarschuwingstonen toont de huidige instelling Afbeelding 6-37 Knop Waarschuwingstonen Waarschuwingstonen zijn hoorbare alarmsignalen die klinken wanneer een batchverwerking is voltooid of er een fout is opgetreden. Voor elke situatie zijn drie geluiden beschikbaar. Selecteer voor elke situatie een toon of kies ervoor om de waarschuwingstonen uit te schakelen. Opmerking: Het volume van de tonen wordt ingesteld in het scherm Geluid.
  • Pagina 139 EBRUIKERSINTERFACE Wanneer een batchverwerking is voltooid, klinkt de waarschuwingstoon eenmaal. Als er een fout optreedt, klinkt de waarschuwingstoon en deze wordt elke paar seconden herhaald. Het berichtenvenster met de foutmelding bevat de knop Alarmgeluid stoppen. Door hierop te drukken, wordt het alarm uitgeschakeld. (Afbeelding 6-39.) Druk op de knop Druk op OK om het Alarmgeluid...
  • Pagina 140: Taal

    EBRUIKERSINTERFACE Taal De knop Taal toont de huidige instelling Afbeelding 6-40 Knop Taal Druk op de knop Taal om de taal te selecteren die wordt gebruikt op de gebruikersinterface en in de rapporten. Knop Annuleren om wijzigingen af te breken en terug te gaan naar het scherm Lijst van Systeeminstellingen...
  • Pagina 141: Pre-Match Potjes- En Glaasjescodes

    EBRUIKERSINTERFACE Pre-match potjes- en glaasjescodes De knop Pre-match potjes- en glaasjescodes toont de huidige instelling Afbeelding 6-42 Knop Pre-match Potjes- en glaasjescodes Deze systeeminstelling wordt alleen gebruikt voor de kleine-batchmodus, waarbij 20 of minder monsters rechtstreeks vanuit de carrousel worden verwerkt. Als Pre-match potjes- en glaasjescodes is geselecteerd, controleert het systeem of de potjes- en glaasjescodes voor iedere set in de carrousel overeenkomen voordat de batchverwerking begint.
  • Pagina 142: Printer Installeren

    EBRUIKERSINTERFACE Printer installeren De knop Printer installeren toont de huidige instelling Afbeelding 6-44 Knop Printer installeren Als er binnen uw systeem een netwerkprinter is geïnstalleerd, wordt met deze functie het netwerk doorzocht naar de printer en wordt daarmee op het moment van installatie verbinding gemaakt. Als er geen printer is geïnstalleerd of als deze niet beschikbaar is voor het systeem, wordt er een bericht weergegeven dat er geen printer is gevonden.
  • Pagina 143: Bakjesverwerking

    EBRUIKERSINTERFACE Bakjesverwerking Tijdens de verwerking verplaatst de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader potjes uit het potjesbakje naar de carrousel. Het toestel kan worden geconfigureerd om te stoppen met het laden van potjes op een lege positie in het potjesbakje of om door te gaan met het laden van potjes in het potjesbakje en de lege posities over te slaan.
  • Pagina 144: Lis

    EBRUIKERSINTERFACE LIS (Laboratory Information System) De knop LIS toont de huidige instelling Afbeelding 6-47 Knop LIS Als uw systeem is uitgerust met de optionele LIS-interface: • kunnen batchrapporten worden geüpload naar het NAS-apparaat (network attached storage) • kan informatie uit uw laboratoriuminformatiesysteem worden opgenomen in het ontwerp van het glaasjeslabel (met enkele beperkingen vanwege ruimterestricties en het gebruik van ongeldige tekens) •...
  • Pagina 145: Scherm Reinigen

    EBRUIKERSINTERFACE Selecteer de instellingen door voor elk veld op de knop Ja of Nee te drukken. Deze instellingen blijven van kracht totdat de operator deze wijzigt. Scherm reinigen Dit wordt beschreven in Hoofdstuk 8, Onderhoud. Afvalvloeistof afvoeren Dit wordt beschreven in Hoofdstuk 8, Onderhoud. Labels ontwerpen Afbeelding 6-49 Knop Labels ontwerpen De informatie die met een laserapparaat op het objectglaasje wordt gegraveerd, kan worden...
  • Pagina 146 EBRUIKERSINTERFACE Het labelontwerp blijft van kracht totdat de operator wijzigingen doorvoert. Er is een knop waarmee het ontwerp kan worden teruggezet naar het standaard labelontwerp, zoals afgebeeld in Afbeelding 6-50. Venster toont het Druk op de huidige gebruikte knop Ontwerp ontwerp bewerken om (standaardontwerp...
  • Pagina 147 EBRUIKERSINTERFACE OCR: Imager Deze OCR-indeling is vereist voor objectglaasjes die worden verwerkt op het ThinPrep- beeldvormingssysteem. Het glaasje wordt gegraveerd in de indeling voor 7 boven 7 tekens, zoals aangegeven. • Van de barcode op het potje worden alleen cijfers gelezen.
  • Pagina 148 DataMatrix-barcode is meestal tussen 30 en 44 tekens. De maximale lengte voor de glaasjescode in een QR-code- barcode is meestal de 64-tekengrens van de ThinPrep 5000-processor. Elke indeling moet worden getest. Zie “Test instellingen potjescode” op pagina 6.60. •...
  • Pagina 149 EBRUIKERSINTERFACE Tabel 6.2: Beperkingen voor objectglaasjes op basis van de gebruikte symbolenreeks voor barcodes 1-D Code 128 Alle afdrukbare ASCII 128-tekens worden ondersteund. De breedte van de barcode varieert afhankelijk van de inhoud. Op een objectglaasje passen maximaal 8 letters of 14 cijfers. Combinaties hiervan verkorten de maximale lengte.
  • Pagina 150 EBRUIKERSINTERFACE Selecteer de gegevens en in welke indeling ze op het glaasje moeten worden weergegeven. Als een gebied op het glaasje leeg moet blijven, selecteert u geen gegevenstype. LIS-velden zijn alleen beschikbaar indien LIS is ingeschakeld. Wanneer er een LIS- of potjes-/ glaasjescodeveld wordt gebruikt, wordt u met de knop Volgende gevraagd het type gegevens te selecteren.
  • Pagina 151 EBRUIKERSINTERFACE Het gegevensveld onder de glaasjescode kan een barcode of tekst zijn. De bovenste en onderste tekst zijn beide tekstvelden. Selecteer de grootte van de tekst. Afbeelding 6-56 Selecteer de grootte van de tekst op het glaasjeslabel Afbeelding 6-57 Stap 3 - Voeg bovenste tekst toe 6.43 ®...
  • Pagina 152 Als het labeltype wordt geselecteerd vanuit het scherm Opties beheerder, wordt het huidige ontwerp op de objectglaasjes gegraveerd. Opmerking: Dit geldt alleen voor de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader. Als monsters rechtstreeks vanuit de carrousel moeten worden verwerkt in de kleine-batchmodus, moeten de objectglaasjes vóór verwerking worden gelabeld of gegraveerd.
  • Pagina 153: Barcodes Configureren

    EBRUIKERSINTERFACE Barcodes configureren De ThinPrep 5000-processor vergelijkt de potjescode met een glaasjescode. Met de optie Barcodes configureren stelt u in hoe de processor de codes met elkaar vergelijkt. De instellingen voor Barcodes configureren bevatten een reeks vragen over hoe monsterpotjes worden gelabeld wanneer de potjes worden geprepareerd voor verwerking en een reeks vragen over hoe een objectglaasje wordt gelabeld én een reeks vragen over hoe glaasjes worden gelabeld in uw...
  • Pagina 154 Configuratie testen of Testinstellingen, waarmee het instrument voorbeeldlabels van een potje en/of glaasje scant, om te controleren of de ThinPrep 5000-processor is geconfigureerd voor het lezen van de code-labels die worden gebruikt in uw lab. De schermen zijn ontworpen om de gebruiker te leiden door de reeks stappen voor het configureren van alle barcode-informatie.
  • Pagina 155 EBRUIKERSINTERFACE Potjescode configureren De ThinPrep 5000-processor kan worden ingesteld voor het lezen van potjescodes en 1-D- of 2-D-barcodes. Selecteer 1-D-barcode of 2-D-barcode, en selecteer vervolgens het type barcode dat wordt gebruikt voor potjescodes in uw instelling. Afbeelding 6-61 Type barcodes voor potjescode configureren...
  • Pagina 156 Als de potjescode naast de monsteridentificatiecode aanvullende informatie bevat, geef dan bij de configuratie aan waar de ThinPrep 5000 de identificatiecode in de potjescode kan herkennen. Configureer het toestel ook zodanig dat aanvullende informatie in de potjescode wordt herkend als een of meer delen van de potjescode, er rekening mee houdend hoe en of de aanvullende informatie op het glaasjeslabel zal verschijnen.
  • Pagina 157 Als een potjescode bijvoorbeeld altijd begint met gegevens die niet voorkomen in de identificatiecode, kan de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader zodanig worden geconfigureerd dat de potjescode wordt gezien als twee segmenten: “Veld 1” en de identificatiecode.
  • Pagina 158 EBRUIKERSINTERFACE Het scherm toont het aantal onderdelen en de positie van de identificatiecode in de potjescode. Druk op Vorige om Druk op Annuleren om Druk op Volgende om naar terug te gaan naar de configuratie van de het Samenvattingsscherm het vorige scherm. potjescode te annuleren.
  • Pagina 159 EBRUIKERSINTERFACE Bekijk de samenvatting van de configuratie van de potjescode. Druk op Wijzigingen opslaan om de configuratie op te slaan. Gebruik de knop Vorige om een instelling te wijzigen. Druk op de knop Testinstellingen om te controleren of de configuratie van de potjescode overeenkomt met de potjescodes in uw laboratorium.
  • Pagina 160 EBRUIKERSINTERFACE Gebruik een gelabeld potje om de configuratie van de potjescode te testen. Plaats het gelabelde potje in positie 1 van de inputcarrousel. Sluit de deurtjes en druk op Doorgaan om te scannen. Het toestel verwijdert het potje uit positie 1 van de carrousel en scant de potjescode om te controleren of de gescande code overeenkomt met de geconfigureerde barcode van de potjescode die is ingesteld op het toestel.
  • Pagina 161 Hiernaar wordt verwezen als “potjescode” in de instellingen Glaasjescode configureren. De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader kan worden geconfigureerd voor het lasergraveren van de glaasjescode op elk glaasje, of kan worden geconfigureerd voor het verwerken van glaasjes waarop labels zijn aangebracht voordat de glaasjes voor de kleine-batchmodus in de glaasjescarrousel worden geladen.
  • Pagina 162 EBRUIKERSINTERFACE Glaasjescode configureren voor lasergegraveerde glaasjes De glaasjescode moet zijn gebaseerd op de potjescode. Er zijn vier opties voor het configureren van lasergegraveerde glaasjescodes. Combinaties van de vier opties zijn mogelijk. Als er meer dan één optie wordt gebruikt, worden de opties in onderstaande volgorde toegepast: 1.
  • Pagina 163 EBRUIKERSINTERFACE Segment van code De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader kan worden geconfigureerd voor het graveren van glaasjescodes die altijd hetzelfde segment van de potjescode zijn. Identificatiecodedeel Glaasjescode van het potjeslabel ABC1234DEF 1234 Voorbeeld 1. Tik op de knop Segment van code.
  • Pagina 164 D. Druk op Klaar om het toetsenblok te sluiten. 4. Druk op Wijzigingen opslaan om de veranderingen op te slaan. Tekens vervangen De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader kan worden geconfigureerd voor het graveren van glaasjescodes die overeenkomen met potjescodes waarvan bepaalde tekens zijn vervangen. Identificatiecodedeel...
  • Pagina 165 EBRUIKERSINTERFACE Tekens invoeren De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader kan worden geconfigureerd voor het graveren van glaasjescodes die overeenkomen met potjescodes waarbij bepaalde tekens zijn toegevoegd aan het begin van de glaasjescode. Identificatiecodedeel Glaasjescode van het potjeslabel 12345 ABC12345 Voorbeeld 1. Tik op de knop Tekens invoeren.
  • Pagina 166 EBRUIKERSINTERFACE Het scherm geeft een samenvatting weer van de aangepaste instellingen voor de glaasjescode. Afbeelding 6-69 Samenvattingsscherm - Lasergegraveerde glaasjescode configureren Bekijk de samenvatting van de configuratie van de glaasjescode. Druk op Wijzigingen opslaan om de configuratie op te slaan. Gebruik de knop Vorige om een instelling te wijzigen. 6.58 ®...
  • Pagina 167 EBRUIKERSINTERFACE De OCR- en 1-D-barcodetypes vereisen vaak kortere glaasjescodes dan 2-D-barcodetypes. Als de barcodeconfiguratie-instellingen voor de glaasjescode waarschijnlijk een glaasjescode opleveren die te lang is voor het barcodetype dat op het glaasje moet worden gegraveerd, dan wordt er een geel waarschuwingsteken weergegeven in het samenvattingsscherm.
  • Pagina 168 EBRUIKERSINTERFACE Het scherm toont de potjescode die werd gescand evenals de aangepaste glaasjescode, die overeenkomt met het identificatiecodedeel van het potje dat is aangepast door een bepaald segment te kiezen en/of met tekens die zijn vervangen, ingevoerd of toegevoegd. Geslaagde configuratie glaasjescode. Als de configuratie-instellingen voor de De configuratiegegevens van de potjescode glaasjescode niet kunnen worden gecombineerd...
  • Pagina 169 EBRUIKERSINTERFACE Glaasjescodes voor voorgelabelde objectglaasjes configureren Voor de kleine-batchmodus, als de glaasjes al zijn gelabeld voordat ze in de ThinPrep 5000-processor worden geladen, configureert u het type barcode(s) dat wordt gebruikt op de glaasjeslabels zodanig dat de ThinPrep 5000-processor de potjescode en glaasjescode kan onderscheiden van andere informatie die mogelijk op de labels is afgedrukt.
  • Pagina 170 EBRUIKERSINTERFACE Voor 1-D-barcodes tikt u op het type code om het te selecteren. Om de volgende stappen over te slaan, gebruikt u de knop Beoordeling om rechtstreeks De knop Alle naar het laatste 1-D-barcodes scherm in de selecteert alle cyclus te gaan; beschikbare 1-D- dit is het Samen- barcodetypen.
  • Pagina 171 Geef aan of ze identiek zijn of waar de glaasjescode en de potjescode van elkaar verschillen, zodat de ThinPrep 5000-processor een match tussen de potjescode en de glaasjescode herkent en de potjescode en glaasjescode van elkaar onderscheidt op basis van andere informatie die op het potjeslabel en/of glaasjeslabel is afgedrukt.
  • Pagina 172 EBRUIKERSINTERFACE Het scherm Glaasjescode configureren toont een samenvatting van de instelling van voorgelabelde glaasjescodes. Druk op de knop Testinstellingen om te controleren of de instellingen voor de configuratie van voorgelabelde glaasjescodes correct zijn voor uw instelling. Gebruik de knop Testinstellingen om de configuratie van de potjescode en glaasjescode te...
  • Pagina 173 EBRUIKERSINTERFACE Het scherm toont de potjescode die werd gescand, de glaasjescode die werd gescand en het gedeelte van de potjescode en glaasjescode die overeenkomen. Als de potjescode en/of glaasjescode niet Geslaagde glaasjescodeconfiguratie voor overeenkomen met de geconfigureerde voorbedrukte objectglaasjes. De potjescode en de instellingen, of als het gespecificeerde segment glaasjescode in dit voorbeeld hebben het segment van de glaasjescode en de potjescode niet...
  • Pagina 174: Luchtfilter Verwisselen

    EBRUIKERSINTERFACE Luchtfilter verwisselen Dit wordt beschreven in Hoofdstuk 8, Onderhoud. Systeem reinigen Dit wordt beschreven in Hoofdstuk 8, Onderhoud. Rapporten en logboeken Afbeelding 6-78 Knop Rapporten en logboeken De interface Rapporten en logboeken presenteert systeeminformatie in vijf vormen: • Systeemvoorvallen - een logboek van alle systeemfouten met uitzondering van de status van de stroomvoorziening door de UPS of fouten bij monsterpreparatie die geen invloed hebben op de werking van het instrument.
  • Pagina 175 EBRUIKERSINTERFACE Details gebruik - het aantal goed Naam verwerkte glaasjes instrument - indien geconfigureerd Carrouselrapport - status van Gebruiksoverzicht - monsterfouten die telling van het tot gevolg hebben aantal verwerkte dat potjes of potjes glaasjes aan het einde van een batch Knop Systeem- achterblijven in de voorvallen...
  • Pagina 176: Systeemvoorvallen

    EBRUIKERSINTERFACE Systeemvoorvallen Afbeelding 6-80 Knop Systeemvoorvallen Het scherm Systeemvoorvallen toont alle fouten die zijn opgetreden tijdens de monsterverwerking. Een systeemvoorval is een fout waarvan de processor niet kan herstellen zonder tussenkomst van de gebruiker. Knop Voorvalcodes Naam instrument voor het weergeven van Lijst van systeem- een lijst met...
  • Pagina 177 EBRUIKERSINTERFACE De lijst met systeemvoorvallen omvat de voorvalcode, de datum en tijd van de fout en het aantal malen dat het systeem is gebruikt - een telling van alle monsters die met het instrument waren verwerkt op het moment van het voorval. Met de knop Voorvalcodes wordt een lijst weergegeven met de foutcodes die voor die batch zijn opgetreden.
  • Pagina 178 EBRUIKERSINTERFACE Batchrapporten Afbeelding 6-83 Knop Batchrapporten Het systeem maakt een apart batchrapport voor elk bakje dat met de AutoLoader is verwerkt. In een venster wordt een lijst met rapporten weergegeven die in de afgelopen acht weken zijn gegenereerd, waarbij het meest recente rapport bovenaan de lijst staat. Elk afzonderlijk rapport wordt benoemd met datum- en tijdsaanduiding, gecreëerd op het moment dat de batch is voltooid.
  • Pagina 179: Batchrapport

    • De namen van het laboratorium en de processor (als deze zijn ingesteld in het tabblad Instellingen, pagina 6.27) • Het serienummer van de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader • Het type procescyclus dat is geselecteerd voor de batchverwerking • De status van de batch: OK of een foutcode die overeenkomt met een systeemfout waardoor de batchverwerking werd beëindigd of annulering van de batch door de gebruiker...
  • Pagina 180 • Verwerkte potjes ThinPrep® 5000 Batchrapport Kop Batchrapport met Starttijd: 22-12-2010 1:00 identificatiegegevens Eindtijd: 22-12-2010 2:06 en batchstatus Lab: Hologic Lab Toestel: T5 AutoLoader Serienummer: DemoBT.123 Lijst monsterfouten (geen Serienummer: AutoLoader DemoAL.123 objectglaasje gemaakt) Cyclus: Gyn Status: OK 2 monsterfouten...
  • Pagina 181: Potje Via Code Opzoeken

    EBRUIKERSINTERFACE Potje via code opzoeken Afbeelding 6-87 Knop Potje via code opzoeken Het scherm met de lijst met batchrapporten bevat een functie waarmee potjescodes kunnen worden opgezocht aan de hand van het volledige of een deel van het identificatienummer. Druk op de knop Potje via code opzoeken.
  • Pagina 182 EBRUIKERSINTERFACE Druk op de knop Doorgaan om in alle batchrapporten naar de code te zoeken. Het rapport met de betreffende code wordt weergegeven, of een lijst van rapporten als er een gedeeltelijke code is ingevoerd. Zie Afbeelding 6-89. Knop Vernieuwen om zoekresultaten Aantal gevonden te wissen en terug...
  • Pagina 183: Rapporten Op Usb-Stick Opslaan

    EBRUIKERSINTERFACE Als de gezochte waarde wordt gevonden in de batchrapporten, wordt dat batchrapport weergegeven op het scherm. Raak een rapport aan om dat te openen. De items met de gezochte waarde zijn groen gemarkeerd. Gezochte potjescode wordt groen weergegeven Afbeelding 6-90 Zoekresultaten voor potjescode Opmerking: Batchrapporten worden acht weken in het systeem bewaard en vervolgens verwijderd als er nieuwe worden gegenereerd.
  • Pagina 184 EBRUIKERSINTERFACE Als u op de knop Naar USB opslaan drukt, wordt het op de gebruikersinterface geopende rapport onmiddellijk als XML-bestand opgeslagen op de USB-drive. Op de interface wordt een bevestiging weergegeven. Zie Afbeelding 6-91. Opmerking: Als het systeem detecteert dat in meer dan één USB-poort een drive is gestoken, wordt u gevraagd de poort te selecteren waar het rapport naar toe moet worden gestuurd.
  • Pagina 185: Details Gebruik

    Afbeelding 6-94 Scherm Details gebruik In het rapport met gebruiksdetails wordt bijgehouden hoeveel glaasjes tot op dat moment zijn aangemaakt op de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader. De koptekst van het gebruiksgeschiedenisrapport bevat: • De datum en tijd van het rapport •...
  • Pagina 186 EBRUIKERSINTERFACE Carrouselrapport Afbeelding 6-95 Knop Carrouselrapport Aan het einde van de verwerking kunnen er potjes, filters en glaasjes achterblijven in de carrousel. In het carrouselrapport wordt weergegeven wat in de carrousel is achtergebleven en wat de status daarvan is. • Gewoonlijk komt dit door een monsterfout en het potje dat niet goed kon worden verwerkt, blijft in de carrousel achter zodat de gebruiker het probleem kan oplossen.
  • Pagina 187 EBRUIKERSINTERFACE Carrouselrapport ThinPrep 5000 20-9-2018 10:15 Starttijd: Kop van het rapport bevat datum-/ 20-9-2018 11:45 Eindtijd: Hologic Lab: tijdstempel en instrumentnummer T5000 Toestel: Serienummer: D002K09DP Autoloader-serienummer: D004M10DA Overzicht carrouselrapport Het overzichtsgedeelte van het carrouselrapport Pos. Bakje-Pos. Status potje Potje Filter...
  • Pagina 188: Potjesvoorvallenrapport

    EBRUIKERSINTERFACE Potjesvoorvallenrapport Telkens als er glaasjes worden verwerkt, wordt er een potjesvoorvallenrapport gegenereerd. Het potjesvoorvallenrapport geeft de positie aan van een potje wanneer er een fout optreedt tijdens de verwerking. Een potjesvoorvallenrapport geeft alleen een potjesbakje weer als dat bakje een verwerkingsfout heeft.
  • Pagina 189: Diagnostiek Verzamelen

    Diagnostiek verzamelen is een functie die is bestemd voor het oplossen van problemen met het toestel door de technische ondersteuning van Hologic. Hiermee worden het foutenlogboek en andere gegevens over de werking van het instrument verzameld en in een zip-bestand geplaatst.
  • Pagina 190 Afbeelding 6-101 Scherm Diagnostiek verzamelen De bedrijfsgegevens van het instrument worden verzameld in een map op het USB-medium met de naam T5000Logs. De map bevat drie zip-bestanden. Deze kunnen via e-mail worden verzonden naar Hologic Technische ondersteuning. 6.82 ® Gebruikershandleiding ThinPrep...
  • Pagina 191 EBRUIKERSINTERFACE Scherm reinigen Dit wordt beschreven in Hoofdstuk 8, Onderhoud. Afvalvloeistof afvoeren Dit wordt beschreven in Hoofdstuk 8, Onderhoud. 6.83 ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 192 EBRUIKERSINTERFACE Deze pagina is met opzet blanco gelaten. 6.84 ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 194 EDIENINGSAANWIJZINGEN H o o f d s t u k 7 Bedieningsaanwijzingen PARAGRAAF INLEIDING De normale bediening van het apparaat bestaat uit het plaatsen van de benodigdheden, het opstarten van de batchverwerking en het uitnemen van de geprepareerde objectglaasjes en de verwerkte monsterpotjes na voltooiing van de batch.
  • Pagina 195 Het ThinPrep-objectglaasje is een voorgereinigd glazen microscoop-objectglaasje van hoge kwaliteit, met een gemarkeerd analyseveld en een relatief groot labelgedeelte. Het glaasje is speciaal ontworpen voor gebruik met de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader en er zijn, afhankelijk van de gebruikte toepassing, drie typen glaasjes: •...
  • Pagina 196: De Monsterpotjes Etiketteren

    ASCII 128-tekens worden ondersteund. Sommige ThinPrep-potjes zijn afkomstig van Hologic met 2D-barcodes op het label van het potje. De ThinPrep 5000-processor herkent dat dit geen barcodes zijn voor potjescodes. Er zijn twee nummerschema’s met 16 cijfers die de ThinPrep 5000- processor niet zal herkennen als potjescode.
  • Pagina 197: Potjeslabels Aanbrengen

    Breng het 2D-barcodelabel aan op het onderste derde deel van het potje, tussen 20 mm en 5 mm vanaf de bodem van het potje, vlakbij het matte gedeelte op het potje, maar niet eroverheen. De ThinPrep 5000-processor kan de 2D-barcode alleen goed lezen als er geen ander 2D-barcodelabel op het potje is aangebracht.
  • Pagina 198: De Thinprep 5000 Autoloader Laden

    LET OP: Vergeet niet dat indien aanvullende tests moeten worden uitgevoerd, u de instructies in “OPTIONELE INSTRUCTIES VOOR AANVULLENDE TESTS” op pagina 7.35 moet lezen en begrijpen voordat u de ThinPrep 5000-processor laadt en in werking stelt. Carrousel Objectglaasjes in...
  • Pagina 199: Glaasjescassettes Met Objectglaasjes Plaatsen

    EDIENINGSAANWIJZINGEN Tabel 7.1: Monster/filter/glaasjesconfiguratie ThinPrep + ThinPrep UroCyte Beeldvorming PreservCyt- Gynaecologisch Niet-gynaecologisch Gynaecologisch Urine voor gebruik monster met Vysis UroVysion moleculaire test Filter Transparant Blauw Transparant Geel Glaasje Cellocatieboog Cellocatieboog of Cellocatieboog met Cellocatiecirkel zonder booglijnen ijkmarkeringen Wanneer monsterpotjes, filters en objectglaasjes in het systeem worden geplaatst, moet de gebruiker via de gebruikersinterface aangeven van welk type deze zijn.
  • Pagina 200 EDIENINGSAANWIJZINGEN Afbeelding 7-4 Objectglaasjes en cassette Tabel 7.2: De cassette vullen met objectglaasjes 1. Ontgrendel de sluiting waarmee de objectglaasjescassette gesloten blijft. 2. Open de cassette en reinig deze. 3. Open een doos met objectglaasjes. Plaats de objectglaasjes zodanig dat het matglazen gedeelte omhoog wijst in de cassette.
  • Pagina 201 EDIENINGSAANWIJZINGEN Tabel 7.2: De cassette vullen met objectglaasjes 4. Plaats de cassette op de doos met objectglaasjes. 5. Houd de cassette en de doos met objectglaasjes vast en keer ze om, zodat de objectglaasjes vanuit de doos in de cassette terechtkomen. 6.
  • Pagina 202: Objectglaasjescassettes In Het Instrument Plaatsen

    EDIENINGSAANWIJZINGEN Objectglaasjescassettes in het instrument plaatsen De AutoLoader heeft een compartiment voor objectglaasjescassettes waarin de gebruiker de cassettes met objectglaasjes voor de verwerking van monsters plaatst. Er zijn drie cassetteposities die zijn gemarkeerd als vak 1, 2 of 3. Duw de cassette helemaal naar binnen. Het cassettepictogram wordt op de gebruikersinterface weergegeven wanneer de sensor wordt geactiveerd door de aanwezigheid van de cassette.
  • Pagina 203: Filterbakjes In Het Instrument Laden

    EDIENINGSAANWIJZINGEN Wanneer de instelling “Alles doorzoeken” is en de AutoLoader detecteert een lege positie in een potjesbakje, gaat het instrument verder met het doorlopen van alle bakjesposities en laadt elk potje in het potjesbakje voor verwerking. Wanneer alle posities in een potjesbakje zijn doorlopen, gaat het systeem verder met de verwerking van het volgende potjesbakje, indien dit is geplaatst en gereed is voor verwerking.
  • Pagina 204 EDIENINGSAANWIJZINGEN Neem het filterbakje uit de verpakking en verwijder de kap. Open het deurtje van het filtercompartiment en trek een van de schappen eruit. Schuif het filterbakje op het schap en duw het dan volledig in het compartiment. Sluit vervolgens het deurtje van het compartiment. De aanwezigheid van het filterbakje wordt zichtbaar op de gebruikersinterface zodra de sensor door de aanwezigheid van het bakje wordt geactiveerd.
  • Pagina 205: Alcoholfixatiefbaden In Het Instrument Laden

    EDIENINGSAANWIJZINGEN Alcoholfixatiefbaden in het instrument laden De processor heeft een badencompartiment dat ruimte biedt aan acht fixatiefbaden. Elk bad kan maximaal 20 objectglaasjes bevatten. Voor elk verwerkt potjesbakje zijn twee baden nodig. De objectglaasjes van bakpositie 1 - 20 worden in één bad geplaatst en de objectglaasjes van bakpositie 21 - 40 worden in een ander bad geplaatst.
  • Pagina 206: De Carrousel In De Processor Plaatsen

    EDIENINGSAANWIJZINGEN Opmerking: Het systeem kan de aanwezigheid van een glaasjesrek niet detecteren en gaat er vanuit dat er in elke badbak een is geplaatst. De gebruiker moet ervoor zorgen dat de fixatiefbaden correct worden voorbereid. Schuif het fixatiefbad in de processor. Afbeelding 7-10 Plaats het fixatiefbad in de processor Zie “Baden”...
  • Pagina 207: Een Batchverwerking Starten

    EDIENINGSAANWIJZINGEN PARAGRAAF EEN BATCHVERWERKING STARTEN Nadat de verbruiksartikelen in het toestel zijn geplaatst en eventuele waarschuwingen op de statusbalk zijn opgelost, sluit u alle deurtjes en drukt u op de knop Starten (Afbeelding 7-12). Afbeelding 7-12 Knop Batch starten De deurtjes worden hoorbaar vergrendeld. De processor controleert de aanwezigheid van potjes, filters en objectglaasjes.
  • Pagina 208 EDIENINGSAANWIJZINGEN De batchverwerking van de monsters begint. Zie Afbeelding 7-14. De voortgangsbalk geeft aan hoeveel van het potjesbakje is verwerkt. Opties beheerder zijn beschikbaar, maar sommige items zijn tijdens de verwerking uitgeschakeld. De batchverwerking kan worden onderbroken. Afbeelding 7-14 Scherm Monsters verwerken 7.15 ®...
  • Pagina 209: Glaasjes Verwerken

    EDIENINGSAANWIJZINGEN PARAGRAAF GLAASJES VERWERKEN Als een batch wordt gestart, worden de volgende stappen in deze volgorde uitgevoerd: AutoLoader-modus Kleine-batchmodus Controle of de carrousel leeg is (De laborant plaatst potjes, filters en objectglaasjes handmatig in de carrousel en plaatst de carrousel in Het eerste potje wordt opgepakt en in de carrousel geplaatst en de processor) de potjescode wordt gelezen...
  • Pagina 210: Batchverwerking Onderbreken

    EDIENINGSAANWIJZINGEN PARAGRAAF BATCHVERWERKING ONDERBREKEN Druk op de knop Onderbreken om een batchverwerking te onderbreken. Het systeem voltooit de verwerking van het monster dat op dat moment wordt verwerkt. De mechanismen maken ruimte en het baddeurtje wordt ontgrendeld. Raadpleeg “Een batch onderbreken” op pagina 6.19 voor volledige instructies over het onderbreken en hervatten van een batch.
  • Pagina 211 EDIENINGSAANWIJZINGEN Als alle bakjes voor potjes zijn verwerkt, verschijnt het bericht Verwerking voltooid. Dit venster wordt weergegeven om aan te geven dat alle verwerkingen zijn afgerond. Afbeelding 7-16 Bericht Verwerking voltooid Druk op de knop OK om te bevestigen. Het scherm Verwerking voltooid wordt weergegeven. Verwerking voltooid, geen fouten.
  • Pagina 212: Kleine-Batchmodus

    EDIENINGSAANWIJZINGEN DE ARTIKELEN UIT DE THINPREP ® 5000-PROCESSOR MET PARAGRAAF AUTOLOADER NEMEN Potjesbakje Open de vakken met de verwerkte potjesbakjes en neem de bakjes eruit. Glaasjescassettes en filterbakjes Aan het einde van een batch kunnen deze in het instrument achterblijven. Als ze onaangeroerd blijven, blijft het instrument het voorraadniveau bijhouden wanneer de volgende batch wordt gestart en krijgt de gebruiker een bericht wanneer er materialen moeten worden bijgevuld.
  • Pagina 213 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Indicatoren systeemstatus De knop Baden Procescycli om naar het (Gyn geselecteerd) badenscherm te gaan De knop Opties beheerder voor Knop voor Starten toegang tot van verwerking gebruikersvoorkeur en en instellingen Knop Overschakelen naar AutoLoader-modus Afbeelding 7-18 Hoofdscherm Kleine-batchmodus Statusindicatoren De indicatoren voor de systeemstatus bevinden zich bovenaan op het hoofdscherm.
  • Pagina 214: Vereisten Voor Etikettering Van Objectglaasjes

    EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Tabel 7.3: Statusindicatoren CARROUSEL DEURTJES BADEN AFVAL VOEDING Status OK, gereed Status OK, gereed Status OK, gereed voor Status OK, gereed Status OK, gereed voor verwerking voor verwerking voor verwerking voor verwerking verwerking Geen carrousel Een of meer deurtjes Geen fixatiefbad Afvalvloeistof moet worden Het systeem werkt...
  • Pagina 215 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Het barcodelabel moet zijn opgemaakt in een van de ondersteunde symbolenreeksen: • 1-D Code 128 • 1-D EAN-13/JAN • 1-D Codabar (NW7) • 1-D Interleaved 2 of 5 • 1-D Code 39 • 1-D Code 93 • 2-D DataMatrix •...
  • Pagina 216 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Indeling OCR-labels voor glaasjes Voor objectglaasjes die met het ThinPrep-beeldvormingssysteem worden gebruikt, moet de indeling van het OCR-label uit 14 tekens bestaan (waarbij de laatste 3 tekens zijn gereserveerd als controletekens). Zie Afbeelding 7-23. Afbeelding 7-22 Voorbeeld van een met de laserprinter afgedrukt OCR-label op een ThinPrep-objectglaasje ®...
  • Pagina 217: Potjes, Filters En Glaasjes In De Carrousel Plaatsen

    EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Potjes, filters en glaasjes in de carrousel plaatsen LET OP: Voor de beste resultaten van de glaasjespreparatie dient u het juiste type glaasje en potje te gebruiken voor het monstertype dat wordt verwerkt. Plaats het juiste filtertype en glaasjestype voor elk potje. (Zie Tabel 7.4.) De batch kan maximaal twintig monsters bevatten.
  • Pagina 218 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Plaats het filter achter het potje en het glaasje. Plaats het filter door de zijkanten van de cilinder vast te pakken. Plaats het filter met het membraanuiteinde omlaag en het open uiteinde omhoog. Raak het filtermembraan of de binnenkant van de cilinder nooit aan. Plaats het filter in de sleuf met het open uiteinde omhoog.
  • Pagina 219: Selecteer De Monsterverwerkingscyclus

    EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Selecteer de monsterverwerkingscyclus Selecteer de gewenste verwerkingscyclus voor de batch Afbeelding 7-25 Monsterverwerkingscyclus Gyn om een batch gynaecologische monsters te verwerken. Non-Gyn om een batch niet-gynaecologische monsters te verwerken. ® UroCyte voor gebruik met urine in de Vysis UroVysion-assay Met Geavanceerd kunt u de volgende selecties maken: Matchen glaasjescodes uitschakelen, waardoor één monster kan worden bewerkt terwijl potjes/...
  • Pagina 220 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Matchen glaasjescodes uitschakelen Selecteer het Matchen monstertype glaasjescodes om de juiste uitschakelen - procescyclus om een monster te kunnen te kunnen uitvoeren. verwerken terwijl het matchen Knop OK om van potjes- en de selectie te glaasjescodes accepteren en is uitgeschakeld.
  • Pagina 221 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Afbeelding 7-27 Matchen glaasjescodes uitschakelen geselecteerd Opmerking: Als het monster is verwerkt, keert het systeem terug naar Matchen glaasjescode AAN. Om nog een monster te verwerken zonder de potjes- en glaasjescodes te matchen, herhaalt u bovenstaande stappen. Opmerking: Er mag slechts één potje in de carrousel zijn geladen.
  • Pagina 222 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Meerdere glaasjes per potje Selecteer Meerdere glaasjes per Met deze functie potje om tot mogen alleen 10 glaasjes uit Non-Gyn-monsters één potje te worden verwerkt. verwerken. OK-knop om terug te keren naar het hoofdscherm Afbeelding 7-28 Meerdere glaasjes per potje Met Meerdere glaasjes per potje kunt u een niet-gynaecologisch monster bewerken en 1 tot 10 monsters uit hetzelfde potje nemen.
  • Pagina 223 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS KLEINE-BATCHMODUS Afbeelding 7-29 Meerdere glaasjes per potje geselecteerd Een batchverwerking starten Als de inputcarrousel is geladen met gelabelde monsterpotjes en de juiste filters en glaasjes, en er een fixatiefbad klaarstaat in het badcompartiment, selecteert u de monsterverwerkingscyclus en drukt u op de knop Starten (Afbeelding 7-30).
  • Pagina 224 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Batchstatus Geselecteerde procescyclus Voortgangsbalk van de batch Knop Opties beheerder Onderbreken knop Afbeelding 7-31 Scherm Batch starten Tijdens de verwerking geeft een voortgangsbalk aan hoeveel van de batch al is voltooid. De balk wordt langer tijdens de verwerking van elk potje en om de algehele voortgang van de batch aan te geven. Bij een monsterfout gaat de batch door, maar wordt er een foutmelding weergegeven op het batchscherm, zoals afgebeeld in Afbeelding 7-32.
  • Pagina 225 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Een batch onderbreken Een batchverwerking kan worden onderbroken door op de knop Onderbreken te drukken. Als er op de knop Onderbreken wordt gedrukt, voltooit het systeem de verwerking van het huidige potje en wordt de verwerking vervolgens onderbroken. Op de batchstatusregel wordt “Bezig met onderbreken”...
  • Pagina 226 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Sluit het deurtje en druk op de knop Klaar om van het scherm Baden over te schakelen op het scherm Onderbroken. Druk op de knop Doorgaan als u klaar bent om door te gaan met de batch. Druk op de knop Verwerking stoppen om verdere verwerking van die batch te beëindigen. Er verschijnt een bevestigingsvenster (Afbeelding 7-34).
  • Pagina 227 EDIENINGSAANWIJZINGEN KLEINE-BATCHMODUS Bericht Verwerking voltooid Knop Batchrapport - geeft het rapport weer Knop Klaar - terugkeer naar het hoofdscherm, inactief Afbeelding 7-35 Batchverwerking voltooid, scherm Druk op de knop Batchrapport om het batchrapport te bekijken. Het rapport wordt weergegeven en u krijgt de gelegenheid om het rapport via dat scherm af te drukken of op een USB-stick op te slaan.
  • Pagina 228: Optionele Instructies Voor Aanvullende Tests

    Pap-test. Het is gecontra-indiceerd om te testen op Chlamydia trachomatis en Neisseria gonorrhoeae met de Roche Diagnostics COBAS AMPLICOR CT/NG-test als het monster al met de ThinPrep 5000- processor is verwerkt. 7.35 ®...
  • Pagina 229 EDIENINGSAANWIJZINGEN Verwijdering van een aliquot (maximaal 4 ml) uit het PreservCyt-monsterpotje vóór uitvoering van de ThinPrep Pap Test Opmerking: Vóór uitvoering van de ThinPrep Pap Test mag slechts één aliquot worden verwijderd uit het PreservCyt monsterpotje, ongeacht het volume van het aliquot (maximaal aliquotvolume = 4 ml).
  • Pagina 231: Onderhoud

    NDERHOUD H o o f d s t u k 8 Onderhoud Tabel 8.1: Routinematig onderhoud Dagelijks of Ververs het fixatief, na elke 100 objectglaasjes of vaker dagelijks, wat zich het eerst voordoet Veeg de binnenkant van de glaasjescassette af met een droge, niet-schurende doek voordat u deze vult Wekelijks...
  • Pagina 232: Dagelijks

    NDERHOUD PARAGRAAF DAGELIJKS Fixatiefreagens verversen Het alcoholfixatief in elk bad moet iedere 100 glaasjes of dagelijks worden vervangen, wat zich het eerst voordoet. Houd rekening met hoe uw laboratorium baden gebruikt in de telling tot 100. Voor een bad gebruikt met 20 glaasjes voor 5 batches, bijvoorbeeld, moet het alcoholfixatief worden vervangen voordat de volgende batch wordt uitgevoerd (of dagelijks).
  • Pagina 233 NDERHOUD Systeem reinigen Gebruik de knop Systeem reinigen bij de diverse wekelijkse onderhoudsactiveiten. De knop Systeem reinigen verplaatst de mechanische armen in de bewerkingsruimte naar posities om gemakkelijker routinematig onderhoud uit te kunnen voeren. 1. Raak de knop Systeem reinigen aan en het scherm begeleidt de operator door het proces. 2.
  • Pagina 234 NDERHOUD En de mechanische delen in de filterafvalruimte worden naar de bewerkingsruimte toe verplaatst zodat ze gemakkelijk kunnen worden bereikt voor het reinigen. De mechanische delen in de filterafvalruimte bewegen naar de bewerkingsruimte toe. De robotarm verplaatst de glaasjesklem van de AutoLoader naar de bewerkingsruimte toe.
  • Pagina 235: Rondom Carrousel En Dispersiegebied Reinigen

    NDERHOUD Rondom carrousel en dispersiegebied reinigen Verwijder de carrousel eens per week en reinig rondom de bodem van het verwerkingsgebied. Gebruik hiervoor gedemineraliseerd water en pluisvrije doeken. Maak de sensoren van de carrousel niet los, maar houd het gebied rondom de sensoren schoon; zorg dat de sensoren niet worden geblokkeerd.
  • Pagina 236: Pneumatische Napjes Van Glaasjeshouder, Glaasjesklem Van Autoloader En Sensor Reinigen

    NDERHOUD Als zich op de filterplug en rond het gebied waar het filter wordt doorgeprikt resten PreservCyt- oplossing bevinden, gebruikt u een doekje of wattenstaafje gedrenkt in 70% alcohol om opgedroogde resten op te lossen en bezinksel te verwijderen. Body van de filterplug Doorprikpunt filter (met het filter aangebracht, ter verduidelijking) Afbeelding 8-5 Filterplug en doorprikgebied van het filter reinigen...
  • Pagina 237 NDERHOUD Gebruik de functie Systeem reinigen om de mechanische delen van het apparaat te verplaatsen. Zie “Systeem reinigen” op pagina 8.3. Sensorlens en zuignapjes schoonvegen Compartiment voor de glaasjescassette Gebied voor objectglaasjesverwerking Glaasjesklem van AutoLoader op de robotarm Afbeelding 8-6 De pneumatische zuignapjes van de glaasjeshouder reinigen ®...
  • Pagina 238: De Filter- En Glaasjesafvalbakjes Legen

    NDERHOUD De filter- en glaasjesafvalbakjes legen In het meest rechtse deel van de behuizing van de AutoLoader bevindt zich het afvalcompartiment. Open dit deurtje om toegang te krijgen tot het filterafvalbakje en het glaasjesafvalbakje. (In dit gebied bevinden zich tevens de afvalvloeistoffles en de dampafzuiger.) Zie Afbeelding 8-7. Filterafvalgoot Het glaasjesafvalbakje bevindt zich achter de...
  • Pagina 239: Afvalfles Legen

    NDERHOUD Plaats het afvalbakje terug op zijn plaats en zorg ervoor dat ook de afvalvloeistoffles wordt teruggezet. Afbeelding 8-8 Glaasjesafvalbakje PARAGRAAF AFVALFLES LEGEN Het afval dat uit de monsterverwerking voortkomt, wordt naar de afvalfles gevoerd en daar bewaard. Het apparaat detecteert wanneer de afvalfles vol is en genereert een bericht dat de afvalfles moet worden geleegd (zie Afbeelding 8-10).
  • Pagina 240: De Afvalfles Legen

    NDERHOUD De afvalfles legen Druk in het scherm Opties beheerder op de knop Afvalvloeistof afvoeren. Raak vervolgens de knop Doorgaan aan zodat het systeem de afvalfles kan ontluchten en de dop gemakkelijk kan worden verwijderd. Afbeelding 8-10 Knop en bericht Afvalvloeistof afvoeren U hoort dat het systeem wordt ontlucht;...
  • Pagina 241 LET OP: Er mag zich nooit bleekmiddel in de afvalfles bevinden wanneer deze op de ThinPrep 5000-processor is aangesloten. 6. Maak de dop van de afvalfles los door de dop met de ene hand te draaien terwijl u met de andere hand de fles vasthoudt.
  • Pagina 242 NDERHOUD WAARSCHUWING: Schadelijk afval Toxisch mengsel Brandbare vloeistof en damp 7. Plaats het transportdeksel op de afvalfles zodat de fles naar de afvoerlocatie kan worden vervoerd. 8. Werp de afvalvloeistof uit de afvalfles weg overeenkomstig de richtlijnen van uw laboratorium. 9.
  • Pagina 243 NDERHOUD Druk op de knop Volgende om een lektest uit te voeren. Hierdoor wordt de druk in de afvalfles weer verhoogd en wordt gecontroleerd of het systeem de druk kan vasthouden. Het meet ook het vloeistofniveau om te controleren of de afvalfles is geleegd. Zie Afbeelding 8-15. Opmerking: Na het legen van de afvalfles MOET de lektest worden uitgevoerd.
  • Pagina 244: Afvalfles Aansluiten

    2. Draai de dop van de afvalfles stevig vast. De afvalfles moet rechtop staan. Laat de afvalfles nooit op zijn kant liggen. 3. Zoek de drie aansluitingen voor de afvalfles op de achterkant van de ThinPrep 5000-processor. Zie Afbeelding 8-16. Zorg dat de knoppen van de aansluitingen naar beneden en naar binnen zijn gericht.
  • Pagina 245: Het Aanraakscherm Reinigen

    NDERHOUD PARAGRAAF HET AANRAAKSCHERM REINIGEN Maak het aanraakscherm voor de gebruikersinterface zo nodig schoon met een licht bevochtigde pluisvrije doek. Druk in het scherm Opties beheerder op de knop Scherm reinigen, Afbeelding 8-17. Afbeelding 8-17 Aanraakscherm vergrendeld voor reiniging Het systeem blokkeert het aanraakscherm 20 seconden, zodat het kan worden gereinigd zonder dat er per ongeluk knoppen worden geactiveerd en zonder dat het systeem hoeft te worden uitgeschakeld.
  • Pagina 246: Absorberende Pads Vervangen

    NDERHOUD PARAGRAAF ABSORBERENDE PADS VERVANGEN Het verwerkingscompartiment van het apparaat bevat twee absorberende pads die tijdens de verwerking ontstane druppels absorberen. De ene pad bevindt zich onderaan de filterplug en de andere zit boven op de evaporatiekap over de carrousel van het fixatiefbad. Zie Afbeelding 8-18. Ruwe kant Filterplug Evaporatiekap, fixatiefbad...
  • Pagina 247 NDERHOUD PARAGRAAF FILTERS VOOR DE DAMPAFZUIGER VERVANGEN De dampafzuiger voor de lasergravering bevat een HEPA-filter en een koolstoffilter voor het opvangen van deeltjes, gassen en geuren. De behuizing van de dampafzuiger bevindt zich achter het deurtje van het afvalcompartiment. (Zie Afbeelding 8-20.) Het instrument geeft aan wanneer het HEPA-filter moet worden vervangen.
  • Pagina 248 NDERHOUD Open het deurtje van de dampafzuiger door de vergrendeling links van het deurtje te draaien. Draai het deurtje open. Draai de vergrendeling naar boven om het deurtje te openen. Afbeelding 8-21 Het deurtje van de dampafzuiger openen Verwijder de twee filters. Deze zijn voorzien van de aanduiding “HEPA” en “Carbon” en geven de richting van de luchtstroom aan.
  • Pagina 249 NDERHOUD Op de bodem van de filterbehuizing is een label aangebracht waarop wordt aangegeven in welke volgorde de vervangende filters moeten worden geplaatst en wat de richting van de luchtstroom is. Let er bij het vervangen van de filters op dat de pijlen die de richting van de luchtstroom aangeven overeenkomen.
  • Pagina 250: Lekbakken Verwijderen En Reinigen

    NDERHOUD PARAGRAAF LEKBAKKEN VERWIJDEREN EN REINIGEN Afbeelding 8-24 Lekbakken Aan de onderkant van het processorcompartiment bevinden zich twee plastic lekbakken. Deze kunnen voor inspectie en reiniging geheel uit het apparaat worden geschoven. Was ze met water en zeep. Laat ze goed drogen voordat u ze weer in de processor schuift. 8.20 ®...
  • Pagina 251 7. Steek de stekker van het netsnoer weer in het apparaat. 8. Zet de aan-uitschakelaar van het apparaat op AAN. Neem contact op met Hologic Technische ondersteuning als het toestel niet functioneert. 8.21 ® Gebruikershandleiding ThinPrep...
  • Pagina 252 De AutoLoader is ook voorzien van twee zekeringen die voor de gebruiker toegankelijk zijn, net boven de netvoedingsmodule (Afbeelding 8-25). Wanneer de AutoLoader het niet doet, kunnen de zekeringen worden vervangen volgens onderstaande instructies. Onderhoudstechnici van Hologic kunnen zo nodig de zekeringen vervangen.
  • Pagina 253 6. Duw de zekeringhouder terug in de AutoLoader. Duw het dekseltje terug op zijn plaats. 7. Sluit het netsnoer weer aan op de AutoLoader. 8. Zet de aan-uitschakelaar van de processor op Aan. Neem contact op met de technische ondersteuning van Hologic als het toestel niet functioneert. 8.23 ®...
  • Pagina 254 Onderhoud voor de ThinPrep ® 5000-processor met AutoLoader Onderhoudsschema voor maand/jaar: Nummer toestel Dagelijks Wekelijks Indien nodig of vaker Fixatiefrea- Filter- en Carrousel, gens na elke Glaasjes- Aanraak- Carrousel Absorbe- Filters dam- Lekbakken glaasjesaf- dispersiege- Afvalfles 100 glaas- houders scherm en stofkap rende pads pafzuiger...
  • Pagina 256: H O O F D S T U K 9

    ROBLEMEN OPLOSSEN H o o f d s t u k 9 Problemen oplossen PARAGRAAF ALGEMEEN Het systeem kan drie soorten fouten/statussen genereren: • Monsterverwerkingsfouten • Door gebruiker te corrigeren batchfouten • Systeemfouten PARAGRAAF MONSTERVERWERKINGSFOUTEN Bij voltooiing van een batchverwerking worden eventueel opgetreden monsterfouten in het batchrapport vermeld.
  • Pagina 257 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Deze foutmelding geeft aan De oorzaak hiervan is meestal een Gynaecologische glaasjes - 5000 - Monster is dat het gehele monster bij te lage celdichtheid in het monster. Als het objectglaasje voldoet verdund het prepareren van het Deze melding duidt meestal op een...
  • Pagina 258 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel De barcode op het potje kon Het barcodelabel ontbreekt, Inspecteer het barcodelabel om te 5003 - Lezen niet worden gelezen of heeft is beschadigd of is slecht zien of het ontbreekt, beschadigd potjescode mislukt een ongeldige indeling.
  • Pagina 259: Uitschakelen

    ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel De dop van het potje kon Potjesdop is beschadigd. Controleer het potje en de dop. 5005 - Potjesdop niet worden vastgedraaid Controleer of de rand van de dop vastmaken mislukt voorafgaand aan de De dop van het potje kon niet niet is beschadigd.
  • Pagina 260 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Barcode op het glaasje Barcode-informatie op het glaasje Controleer en corrigeer de 5008 - Ongeldige heeft een ongeldige is te lang of te kort. barcodeconfiguratie van de glaasjescode indeling. glaasjescode op het instrument. De barcodeconfiguratie voor de glaasjescode komt niet overeen Controleer of het...
  • Pagina 261 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Het potje bevat niet Geen filter aanwezig. Zorg dat er een filter aanwezig is 5010 - voldoende vloeistof voor een en dat deze op de juiste wijze is Onvoldoende goede monsterverwerking. Het potje heeft gelekt.
  • Pagina 262 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel De potjes- en glaasjescodes Glaasjes in verkeerde Inspecteer de potjes- en 5012 - Mismatch werden beide goed gelezen, carrouselsleuf geplaatst. glaasjescodes om te bevestigen potjes-/ maar kwamen niet overeen. dat ze niet overeenkomen. glaasjescode Het monster is niet verwerkt Onjuiste labels op glaasjes...
  • Pagina 263 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Zowel de potjescode als Etiketten niet aanwezig, beschadigd Inspecteer het barcodelabel op 5014 - Potjes- en de glaasjescode konden of slecht afgedrukt. het potje om te zien of het glaasjescodes niet worden gelezen.
  • Pagina 264 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Meerdere glaasjes zijn Meerdere glaasjes zijn in kleine- Controleer de 5015 - Dubbele met hetzelfde batchmodus met hetzelfde identificatienummers van de glaasjescode identificatienummer identificatienummer gelabeld. monsters en bevestig dat ze gelabeld.
  • Pagina 265 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Meerdere glaasjes Meerdere glaasjes zijn in kleine- Controleer de 5015 - Dubbele zijn met hetzelfde batchmodus met hetzelfde identificatienummers van de glaasjescode identificatienummer identificatienummer gelabeld. monsters en bevestig dat ze gelabeld.
  • Pagina 266 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.1 Monsterverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Het filter ondervindt Mogelijk is er in het potje een Inspecteer het potje om te zien of 5017 - Blokkade weerstand wanneer het in voorwerp achtergebleven, er een vreemd voorwerp in zit. in potje het potje wordt geplaatst.
  • Pagina 267 De barcode-tekenreeks bevat een Raadpleeg pagina 6.41 voor een 5204 - Ongeldig ongeldig teken. overzicht van de tekens die door teken in de ThinPrep 5000-processor barcodetekenreeks worden ondersteund. Alleen (alleen AutoLoader- indien beleid voor LIS-fouten is modus) ingeschakeld. Ongeldige lengte...
  • Pagina 268: Batchverwerkingsfouten

    ROBLEMEN OPLOSSEN PARAGRAAF BATCHVERWERKINGSFOUTEN Batchverwerkingsfouten zijn fouten waarvan het systeem met tussenkomst van de gebruiker kan herstellen. De fouten zijn tijdens de verwerking van een batch opgetreden. Als het systeem een batchfout detecteert, wordt de batchverwerking gestopt (beëindigd, onderbroken, afhankelijk van de oorzaak) en meldt de fout via een bericht op de gebruikersinterface en met een hoorbaar alarm, mits dit is ingeschakeld.
  • Pagina 269 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.2 Batchverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Er werd meer dan één potje Er bevindt zich meer dan één Zie “Selecteer de 4004 - Extra potjes gedetecteerd toen het systeem potje in de carrousel. monsterverwerkingscyclus” gedetecteerd aan een batchverwerking Storing in de sensor.
  • Pagina 270 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.2 Batchverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Kon de potjesdop niet openen De dop van het potje is te strak Controleer het potje en de dop. 4008 - Openen tijdens de batchverwerking. aangedraaid. Zorg dat het plastic van het potje potjesdop mislukt is verwijderd.
  • Pagina 271 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.2 Batchverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Het afvalvloeistofreservoir is vol Aan de hand van een Leeg het afvalvloeistofreservoir 4012 - Afvalvloeis- en moet worden geleegd. drukmeting heeft het systeem (zie pagina 8.10). Na het legen tofreservoir legen Een batchverwerking kan niet gedetecteerd dat het van het afvalvloeistofreservoir...
  • Pagina 272 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.2 Batchverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel Er is drie keer achter elkaar een De barcodeconfiguratie is niet Voer de Testinstellingen-test uit tot 4050 - Ongeldige ongeldige potjescode correct ingesteld of de een positief resultaat alvorens potjescode gedetecteerd potjeslabels komen niet monsters te gaan verwerken.
  • Pagina 273 ROBLEMEN OPLOSSEN Tabel 9.2 Batchverwerkingsfouten Fout Beschrijving Mogelijke oorzaak Herstelmaatregel In drie opeenvolgende gevallen Het opgegeven LIS-bestand Controleer of het NAS-apparaat 4054 - LIS open kon het LIS (laboratorium- bestaat niet of het bestandspad is aangesloten. (3 achter elkaar, informatiesysteem) niet worden is onjuist.
  • Pagina 274: Systeemfouten

    ROBLEMEN OPLOSSEN PARAGRAAF SYSTEEMFOUTEN Systeemfouten zijn fouten waarvan de ThinPrep 5000-processor met AutoLoader niet kan herstellen zonder tussenkomst van de gebruiker. De huidige batchverwerking wordt beëindigd en het systeem probeert een batchrapport te genereren. Een systeemfout is een fout waarvoor hoogstwaarschijnlijk hulp van een onderhoudstechnicus nodig is.
  • Pagina 275: Beperkte Modus

    ROBLEMEN OPLOSSEN Beperkte modus Als het toestel niet geheel van een fout kan herstellen, schakelt de toepassing over naar de beperkte modus. Hierdoor heeft de gebruiker toegang tot enkele functies, maar het systeem kan pas weer monsters verwerken wanneer de fout is verholpen. Na bevestiging van de foutmelding wordt in de gebruikersinterface het scherm Opties beheerder weergegeven.
  • Pagina 276 ROBLEMEN OPLOSSEN Media wissen Voor sommige systeemfouten kan het dialoogvenster het bericht “Media wissen” weergeven. Hiermee wordt de gebruiker gevraagd de mechanismen in het verwerkingstraject te controleren, zodat filters, potjes of glaasjes die mogelijk tijdens de verwerking zijn achtergebleven, kunnen worden verwijderd.
  • Pagina 277: Filter Losmaken

    ROBLEMEN OPLOSSEN Filter losmaken De filterplug houdt lichte druk in het filter nadat het is opgepakt; hierdoor valt het filter niet. Druk op de knop Filter losmaken om een filter te verwijderen dat zich nog op de filterplug bevindt. Vervolgens trekt u het filter er voorzichtig af. LET OP: Verwijder een filter nooit met kracht van de filterplug zonder de systeemdruk op te heffen;...
  • Pagina 278: Glaasje Losmaken

    ROBLEMEN OPLOSSEN Glaasje losmaken Opmerking: Kijk waar het glaasje zich bevindt voordat u op de ontgrendelingsknop drukt. Een glaasje kan zich in de glaasjesklem van de glaasjestransportarm bevinden. De glaasjesklemmen blijven gesloten nadat een glaasje is opgepakt, totdat het glaasje is afgegeven aan de glaasjeshouder in het celoverdrachtgebied.
  • Pagina 279 ROBLEMEN OPLOSSEN Als in de robotarm tijdens het herstellen van fouten een potje, filter of glaasje was geklemd, kan dat item zijn losgelaten in de liftas. Het kan worden teruggevonden in het afvalbakje onder aan de liftas. LET OP: Maak het afvalbakje leeg wanneer dit bericht op het instrumentscherm verschijnt. Ophoping van media in het bakje kan een juiste verwerking verhinderen.
  • Pagina 280 ROBLEMEN OPLOSSEN 6000-serie - Glaasjesmanipulatiefouten 6100-serie - Databasefouten 6200-serie - Manipulatiefouten filters en potjes 6300-serie - Pneumatiekfouten 6400-serie - Inputcarrouselfouten (Hieronder vallen ook vergrendelings-/ontgrendelingsfouten van de hoofddeur) 6500-serie - Uitgangscarrouselfouten (Hieronder vallen ook vergrendelings-/ontgrendelingsfouten van de uitgangsdeur) 6600-serie - AutoLoader-fouten 6700-serie - UPS-fouten 6800-serie - Machinefouten/Algemene fouten 9.25...
  • Pagina 281 ROBLEMEN OPLOSSEN Deze pagina is met opzet blanco gelaten. 9.26 Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader ®...
  • Pagina 283: H O O F D S T U K 1 0

    PARAGRAAF FIXATIE De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader plaatst voltooide objectglaasjes in een kleurrekje dat is ondergedompeld in een fixatiefbad met 95% reagensalcohol of 95% ethylalcohol. Ga bij het fixeren van de ThinPrep-objectglaasjes als volgt te werk: •...
  • Pagina 284: Aanbevolen Richtlijnen Voor Kleuring

    Gebruik een alcoholreeks (50% of 70%) om het risico van osmotische shock of celverlies tijdens het kleuringsproces te verlagen. • Door het gebruik van milde blauwoplossingen en verdund-zuurbaden wordt de celkernkleuring geoptimaliseerd en wordt het risico van celverlies verlaagd. Hologic adviseert het gebruik van verdunde lithiumcarbonaat- of ammoniumhydroxide-oplossing als blauwoplossing. •...
  • Pagina 285: Oplossing

    LEUREN EN AFDEKKEN Tabel 10.1: Kleuringsprotocol Hologic Oplossing Tijd* 70% reagensalcohol 1 minuut met schudden 50% reagensalcohol 1 minuut met schudden Gedestilleerd H O (dH 1 minuut met schudden Richard-Allan hematoxyline I 30 seconden met schudden Gedestilleerd H O (dH...
  • Pagina 286: Afdekking

    Elk laboratorium dient dekglaasjes en afdekmedia te kiezen die compatibel zijn met de ThinPrep-objectglaasjes. Hologic beveelt tevens het gebruik aan van glazen dekglaasjes van 24 mm x 40 mm of 24 mm x 50 mm. Ook kan gebruik worden gemaakt van plastic afdekmateriaal dat bij geautomatiseerde apparatuur voor afdekking wordt toegepast.
  • Pagina 288: Doelstelling

    Het ThinPrep Pap Test-trainingsprogramma is door Hologic ontwikkeld om laboratoria te ondersteunen bij het omschakelen van het conventionele Pap-uitstrijkje naar de ThinPrep Pap Test. Hologic biedt informatie, ondersteuning en training voor de omschakeling, zoals het bekendmaken van de verandering aan de arts, training in cytopreparatiemethode, trainingsprogramma in ThinPrep Pap Test-morfologie en richtlijnen ter ondersteuning van de training van alle cytologiemedewerkers in het laboratorium.
  • Pagina 289: Training Cytologische Medewerkers

    Er wordt een laatste set onbekende ThinPrep Pap Test-objectglaasjes verstrekt. Deze laatste set glaasjes is gemodelleerd volgens de CLIA-richtlijnen en wordt gescoord door personeel dat door Hologic is aangewezen. De resultaten met betrekking tot deze preparaten moeten toereikend zijn om een certificaat voor het volgen van het programma te krijgen.
  • Pagina 291: Service-Informatie

    250 Campus Drive Marlborough, MA 01752 VS Kantooruren De kantoren van Hologic zijn geopend van maandag tot en met vrijdag van 08.30 uur tot 17.30 uur (EST), met uitzondering van algemeen geldende vrije dagen. Klantenservice Via de klantenservice kunnen tijdens kantooruren telefonisch producten worden besteld (inclusief doorlopende orders), op telefoonnummers +1-800-442-9892 (keuze 5) of +1-508-263-2900.
  • Pagina 292 ERVICE INFORMATIE Deze pagina is met opzet blanco gelaten. 12.2 Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader ®...
  • Pagina 294: Bestelinformatie

    PO Box 3009 Boston, MA 02241-3009, VS Kantooruren De kantoren van Hologic zijn geopend van maandag tot en met vrijdag van 08.30 uur tot 17.30 uur (EST), met uitzondering van algemeen geldende vrije dagen. Klantenservice Via de klantenservice kunnen tijdens kantooruren telefonisch producten worden besteld (inclusief doorlopende orders), op telefoonnummers +1-800-442-9892 (keuze 5) of +1-508-263-2900.
  • Pagina 295 Poly plasticzakken, 14" x 14" x 26", 1 doos met 50816-001 500 zakken * Het bestelnummer kan per land verschillen, afhankelijk van de specifieke netvoedingsvereisten die in een bepaald land van kracht zijn. Neem contact op met Hologic Klantenservice. 13.2 ® Gebruikershandleiding ThinPrep...
  • Pagina 296 ESTELINFORMATIE Tabel 13.2: Benodigdheden voor de ThinPrep Pap Test (gynaecologische toepassing) Artikel Beschrijving Bestelnummer ThinPrep Pap Test-kit Benodigdheden voor 500 ThinPrep Pap Tests Bevat: Potjes met PreservCyt-oplossing voor toepassing met de ThinPrep Pap Test (TPPT) ThinPrep Pap Test-filters (transparant) ThinPrep-objectglaasjes Afnamehulpmiddelen Geconfigureerd met: Cervixborstels voor monsterafname...
  • Pagina 297 ESTELINFORMATIE Tabel 13.2: Benodigdheden voor de ThinPrep Pap Test (gynaecologische toepassing) Artikel Beschrijving Bestelnummer ThinPrep Pap Test Bevat: Kit voor Potjes met PreservCyt-oplossing artsenpraktijken voor GYN Geconfigureerd met: 70136-001 Cervixborstels voor monsterafname 70136-002 Endocervicale borstels in combinatie met kunststof spatels ThinPrep Pap Test Bevat: Kit voor het...
  • Pagina 298: Paragraaf A: Preservcyt-Oplossing

    ESTELINFORMATIE Tabel 13.3: Benodigdheden en oplossingen voor niet-gynaecologische toepassingen Artikel Beschrijving Bestelnummer PreservCyt-oplossing 20 ml in een 59 ml-potje 70787-002 50 potjes per doos 946 ml in 946 ml-fles 70406-002 4 flessen per doos CytoLyt-oplossing 946 ml in 946 ml-fles 70408-002 4 flessen per doos 30 ml in een 50 ml-centrifugebuisje...
  • Pagina 299 ESTELINFORMATIE Deze pagina is met opzet blanco gelaten. 13.6 ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 301 EGISTER Register aanraakscherm reinigen 8.15 aan-uitschakelaar aanvullende tests 7.35 absorberende pad evaporatiekap 8.16, 13.2 filterplug 8.16, 13.2 afdekking 10.4 afmetingen 1.11 Afname Cervixborstel cervixborstel 13.4 Endocervicale borstel-/spatelcombinatie 4.4, 13.4 afnamemedia afsluiten langdurig normaal afvalfles 8.10, 8.14 afvalfles bestellen 13.2 afvalvloeistofreservoir legen 6.83, 7.21, 8.9,...
  • Pagina 302 6.54 segment 6.55 testen, instellingen, potjescode 6.51 vervangen 6.56 batch voltooid 6.18, 7.17, 7.33 batchverwerkingsfouten 9.13 Beoogd gebruik (ThinPrep 5000-processor) beperkte modus 9.20 bloederige monsters (niet-gynaecologisch) 5.21 carrousel bestelinformatie 13.2 rapport 6.78 sensoren COBAS AMPLICOR™ CT/NG Test 7.35 CytoLyt-oplossing 3.4,...
  • Pagina 303 EGISTER details potjes diagnostiek verzamelen 6.81 Dithiothreitol-procedure (DTT) 5.15 dop verwijderen een batchverwerking starten 7.14 filter losmaken 9.22 fixatie 10.1 fixatiefbad bestellen 13.2 fixatiefbad, status 6.11 FNA-monsters afname prepareren 5.13 gebruikershandleiding, bestellen 13.2 geluidsvolume 6.29 gewicht 1.11, glaasje losmaken 9.23 glaasjes, details glaasjescode duplicaat...
  • Pagina 304 EGISTER HEPA-filter 13.2 herverwerkingsprotocol, gyn hoofdscherm processor inactief tijdens verwerking 6.16 ijsazijn 4.7, 5.21 indeling glaasjescode 6.38 1-D-barcode 6.39 2-D-barcode 6.40 beperkingen 6.41 configureren, barcodes 6.45 OCR Imager 6.39 OCR Non-Imager 6.40 indeling van glaasjeslabels voor beeldvorming 7.23 inschakelen installatie Klantenservice 12.1, 13.1...
  • Pagina 305 EGISTER media wissen 9.21 Meerdere glaasjes per potje, verwerkingsmodus 7.29 monster is verdund monsterafname, gyn monsterverwerkingsfouten mucoïde monsters afname prepareren 5.14 naam instrument 6.28 naam lab 6.27 non-gyn monsters prepareren non-gyn monsters prepareren, problemen oplossen 5.20 non-gyn-filters 7.2, 13.5 OCR-label, indeling 7.23 Omgevingsvoorwaarden 1.12...
  • Pagina 306 EGISTER plaatsen baden 6.12 Objectglaasjescassette met objectglaasjes potje losmaken 9.22 Potjescode configureren 6.47 potjeslabels pre-match potjes- en glaasjescodes 6.33 PreservCyt-oplossing 3.1, 13.5 antimicrobiële eigenschappen opslagvereisten samenstelling stabiliteit verpakking printer installeren 6.34 problemen oplossen procescycli reinigen, scherm 6.83 reiniging van het aanraakscherm 8.15 risico’s 1.14...
  • Pagina 307 EGISTER taalselectie 6.32 te hoge monsterdichtheid Technische ondersteuning 12.1 tekens vervangen 6.56 ThinPrep Pap Test ThinPrep Pap Test-filters 7.2, 13.3 ThinPrep Pap Test-kit 13.3 tijd 6.26 typen objectglaasjes uitschakelen urinemonsters afname prepareren 5.16 UroCyte-afnamekit 5.19 UroCyte-filters 7.2, 13.5 UroCyte-monsters 5.17 USB-poorten van modus wisselen 6.21...
  • Pagina 308 EGISTER verwijderen carrousel 7.19 fixatiefbad 7.19 vloeistofmonsters afname prepareren 5.16 voeding 1.12 vrije ruimtes 1.11 Waarschuwingen, aandachtspunten, opmerkingen 1.14 waarschuwingstonen 6.30 Was met CytoLyt-oplossing 5.12 zekering 1.12, 1.19, 8.21 vervangen 8.21 zekering, bestellen 13.2 zelftest bij inschakelen 1.14 Register.8 ® Gebruikershandleiding ThinPrep 5000-processor met AutoLoader...
  • Pagina 309 Flaconbakje kan niet worden verwerkt - wordt verwerkt ontbrekende of te kleine voorraad Flaconbakje 3 (UroCyte) vereist actie van Actie van gebruiker vereist gebruiker Flaconbakje 4 (Imager) is gereed voor verwerking Raadpleeg de gebruikershandleiding van de ThinPrep 5000 Autoloader voor volledige bedieningsaanwijzingen. AW-19174-1501 Rev. 001...
  • Pagina 310 Het systeem kan het type potje, filter of cassette niet zelf herkennen. Hologic, Inc. • 250 Campus Drive • Marlborough, MA 01752 VK 1-800-442-9892 • 1-508-263-2900 • www.hologic.com Hologic BVBA • Da Vincilaan 5 • 1930 Zaventem • België...
  • Pagina 312 Hologic, Inc. Hologic BVBA 250 Campus Drive Da Vincilaan 5 Marlborough, MA 01752 VS 1930 Zaventem +1-508-263-2900 België www.hologic.com MAN-06025-1502 Rev. 001...

Inhoudsopgave