4. Zoek de sensor in het apparaat.
De sensor is een vierkant, zwart plastic onderdeel dat iets groter is dan een gum,
links van de wagen met de printcartridge.
5. Veeg de sensor met een droog wattenstaafje of een pluisvrij doekje schoon.
6. Sluit de toegangsklep voor de printcartridges en controleer of de foutmelding is
opgelost.
7. Als u nog steeds een foutbericht krijgt, schakelt u het apparaat uit en vervolgens
opnieuw in.
Reinig de sensorvensters op de printcartridges
Reinig het venster op alle printcartridges.
Als het probleem niet is opgelost, kunt u verder gaan met afdrukken, maar kan het zijn
dat het gedrag van het inktsysteem verandert.
Let op De reinigingsprocedure duurt slechts een paar minuten. Zorg ervoor dat de
printcartridges opnieuw in het apparaat worden geplaatst wanneer dit wordt
gevraagd. Als u ze voor een langere periode uit het apparaat laat kan dit leiden tot
schade aan de printcartridges.
Het sensorvenster op de printcartridges reinigen
1. Gebruik wattenstaafjes of een pluisvrije doek voor de reinigingsprocedure.
2. Zorg ervoor dat het apparaat is ingeschakeld.
3. Open de toegangsklep voor de printcartridges door deze rechtsvoor van het apparaat
omhoog te tillen totdat de klep in de geopende stand is vergrendeld.
Werken met inktcartridges
161