Vergrendelen/ontgrendelen - vanaf de
buitenkant
Met de transpondersleutel (p. 164) is vergren-
deling/ontgrendeling van de buitenkant
mogelijk. Met de transpondersleutel kunt u
alle portieren, de achterklep en de tankvulklep
vergrendelen/ontgrendelen. U hebt de keuze
uit verschillende ontgrendelingsprocedures.
Om de ontgrendelingsprocedure te kunnen
activeren moet het bestuurdersportier dicht-
staan – als een van de overige portieren of de
achterklep openstaat, wordt dit/deze pas na
het sluiten vergrendeld en inbegrepen in het
alarmsysteem. Voor auto's uitgerust met pas-
sieve vergrendeling* moeten alle portieren en
de achterklep dichtstaan, zie Keyless Drive* -
vergrendelen (p. 172) en Keyless Drive* - ont-
grendelen (p. 173).
N.B.
Let op het gevaar voor buitensluiten met
de transpondersleutel nog in de auto.
Als u niet met de transpondersleutel kunt ver-
grendelen/ontgrendelen is de batterij mogelijk
leeg – vergrendel/ontgrendel het linker voor-
portier dan met het afneembare sleutelblad
(p. 168).
N.B.
Let erop dat het alarm afgaat, wanneer het
portier na ontgrendeling met het sleutel-
blad wordt geopend – het alarm wordt uit-
geschakeld, wanneer de transpondersleu-
tel in het contactslot wordt geplaatst.
WAARSCHUWING
Let op het risico van opsluiting in de auto,
als u de auto van de buitenzijde vergren-
delt – de portieren zijn dan namelijk niet
meer van de binnenzijde te openen met de
portierhandgrepen. Voor meer informatie,
zie Safelock-functie* (p. 180).
Automatische hervergrendeling
Als u geen van de portieren noch de achter-
klep binnen twee minuten na ontgrendeling
van de buitenzijde met de transpondersleutel
opent, worden alle sloten automatisch weer
vergrendeld. Deze functie beperkt de kans
dat u de auto per ongeluk onvergrendeld kunt
laten staan. Voor auto's met alarmsysteem,
zie Alarm (p. 183).
Gerelateerde informatie
•
Vergrendelen/ontgrendelen - van de bin-
nenzijde (p. 176)
•
Transpondersleutel - functies (p. 164)
06 Sloten en alarm
Portier handmatig vergrendelen
In bepaalde gevallen moet de auto handmatig
kunnen worden vergrendeld, zoals bij stroom-
uitval.
Het linker voorportier is te vergrendelen met
de bijbehorende slotcilinder en het afneem-
bare sleutelblad (p. 173) van de transponder-
sleutel.
De overige portieren hebben geen slotcilin-
ders, maar zijn voorzien van een vergrende-
ling op de zijkant van het portier die moet
worden ingedrukt met het sleutelblad, waarna
het portier mechanisch is vergrendeld en niet
meer van de buitenzijde kan worden
geopend. De portieren zijn echter nog steeds
vanaf de binnenzijde te openen.
Portier handmatig vergrendelen. Niet te verwar-
ren met het kinderslot (p. 181).
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
06
}}
175