Inhoudsopgave
Advertenties
6 Toediening basale insuline wijzigen
4. Als de tijdelijke basaalsnelheid is ingesteld als een vaste snelheid (E/u)
gaat u verder met stap 6. Als de tijdelijke basaalsnelheid is ingesteld als een
aanpassing in procenten (%) selecteert u Verhogen of Verlagen, afhankelijk
van of u op korte termijn meer of minder insuline wilt toedienen.
5. Druk op Volg.
Als de tijdelijke
basaalsnelheid is
ingevoerd als aanpassing
in procenten (%),
verschijnt het scherm
links. Als de tijdelijke
basaalsnelheid is
ingevoerd als vaste
snelheid (E/u), verschijnt
het scherm rechts.
6. Gebruik de knop Omhoog/
Omlaag om aan te geven
met hoeveel u de basaalsnelheid wilt verhogen of verlagen.
Opmerking: als een tijdelijke basaalsnelheid wordt verlaagd tot UIT, wordt
de insulinetoediening gedurende de aangegeven tijdsperiode uitgeschakeld.
Zie "Beperkingen tijdelijke basaalsnelheid" op pagina 141 voor
meer informatie. Zie "Methoden om tijdelijk de insulinetoediening te
stoppen" op pagina 142 voor een vergelijking van de methoden om de
insulinetoediening te stoppen.
7. Druk op Invoer wanneer op het scherm de gewenste tijdelijke basaalsnelheid
wordt weergegeven.
8. Gebruik de knop Omhoog/Omlaag om aan te geven hoelang u de tijdelijke
basaalsnelheid wilt laten duren.
9. Druk op Invoer.
10. Controleer de ingevoerde tijdelijke basaalsnelheid en-duur en druk
vervolgens op Bevest. om deze te activeren.
Na bevestiging wordt er in het scherm Status weergegeven dat de tijdelijke
basaalsnelheid wordt toegediend en hoeveel tijd er nog resteert. Aan het einde
van de tijdsperiode voor de tijdelijke basaalsnelheid hoeft u niets te doen, de Pod
schakelt automatisch weer terug naar het actieve basaalprogramma.
56
Tijdelijke basaalsnelheid
ingesteld op %
Tijdelijke basaalsnelheid
ingesteld op E/u
Advertenties
Inhoudsopgave
