Inhoudsopgave
Advertenties
Waarschuwing: controleer de infusieplaats na inbrengen van de canule
om er zeker van te zijn dat de canule correct is ingebracht. Een niet goed
ingebrachte canule kan hyperglykemie veroorzaken.
4. Als er een probleem is met de canule, drukt u op
Nee en deactiveert u de Pod aan de hand van de
aanwijzingen op het scherm. Vervolgens begint u
helemaal opnieuw met een nieuwe Pod.
5. Druk op Ja als de canule correct is ingebracht.
Op de PDM wordt het scherm Status weergegeven.
6. Na 1,5 uur wordt op de PDM aangegeven dat u uw bloedglucosespiegel moet
meten en de infusieplaats opnieuw moet controleren.
Waarschuwing: injecteer NOOIT insuline (of iets anders) in de vulpoort als
de Pod op uw lichaam is aangebracht. Dit kan resulteren in een onbedoelde
of onderbroken insulineafgifte.
Voorkomen dat de infusieplaats ontstoken raakt
Controleer de infusieplaats minstens één keer per dag:
•
Let op tekenen van infectie, waaronder pijn, zwellingen, roodheid,
afscheiding of een warm gevoel op de infusieplaats. Als u vermoedt dat u
op de infusieplaats een ontsteking hebt, verwijdert u onmiddellijk de Pod
en brengt u een nieuwe Pod op een andere plaats aan. Vervolgens belt u uw
zorgverlener.
•
Vervang bij problemen met de Pod deze door een nieuwe Pod.
Uw Pod vervangen 3
33
Advertenties
Inhoudsopgave
