3. Om verdere gegevens te bekijken over een lijstitem met een
ernaast, gebruikt u in Voorvalmodus de knop Omhoog/Omlaag om het
lijstitem te markeren. Vervolgens drukt u op de knop Info.
Opmerking: bolussen die met een spuit worden toegediend, zijn niet
opgenomen in deze gegevens.
In de schermen met zowel de bolus- als de basaalgeschiedenis is informatie
opgenomen over het onderbreken of hervatten van de toediening van insuline
en vervangingen van de Pod.
Basaalgeschiedenis
Het scherm Basaalgeschiedenis toont de toediening van basale insuline op
de geselecteerde dag, waaronder informatie over tijdelijke basaalsnelheden
en eventuele wijzigingen van het actieve basaalprogramma. Bij het actieve
basaalprogramma of de tijdelijke basaalsnelheid staat een ruit (
1. Om de gegevens over de toediening van uw basale
insuline voor één dag te bekijken, gaat u naar:
Home > Mijn gegevens > Insulinetoediening >
Basaal
2. Met de knop Omhoog/Omlaag kunt u gegevens
over de basaalsnelheid van andere datums
bekijken of door de items in het scherm scrollen
(zie "Lijstitems of datums selecteren" op pagina 86).
3. Om verdere gegevens te bekijken over een lijstitem
met een
-pictogram ernaast, gebruikt u in
Voorvalmodus de knop Omhoog/Omlaag om
het lijstitem te markeren. Druk vervolgens op de
knop Info.
Tijdelijke basaalsnelheden worden gemarkeerd met de aanduiding 'tijd. '
Als een tijdelijke basaalsnelheid is gedefinieerd als een percentage (%) van het
actieve basaalprogramma, wordt de toe- of afname van het percentage vermeld.
De invoer 'tijd 1,10 E/u (+10%)' betekent bijvoorbeeld dat u een tijdelijke
basaalsnelheid van 1,10 eenheden per uur hebt toegediend, en dat dit 10% meer
was dan de basaalsnelheid van het actieve basaalprogramma voor die periode.
Uw gegevens doorbladeren 8
-pictogram
◆
).
89