02 Instrumenten, schakelaars en bediening
Controle- en waarschuwingssymbolen
N.B.
Wanneer de melding
TIJD VOOR REG.
02
SERVICE
verschijnt, kunt u het waarschu-
wingslampje laten doven en de melding
verwijderen met de knop READ. De mel-
ding verdwijnt automatisch als u 2 minuten
niets doet.
Controlesymbolen
Storing in ABS
Als het lampje brandt, is het sys-
teem defect. Het normale remsys-
teem van de auto werkt dan nog
wel, zij het zonder ABS-regeling.
1. Breng de auto zo spoedig mogelijk tot
stilstand en zet de motor af.
2. Start de motor opnieuw.
3. Volvo adviseert u naar een erkende
Volvo-werkplaats te rijden voor een con-
trole van het ABS-systeem, als het lampje
blijft branden.
60
Storing in remsysteem
Als het lampje oplicht, is het rem-
vloeistofpeil mogelijk te laag.
1. Breng de auto op een veilige plaats tot
stilstand en controleer het peil in het rem-
vloeistofreservoir, zie pagina 224.
2. Als de vloeistof onder het MIN-merkje
van het reservoir staat, kunt u beter niet
verder rijden met de auto. Laat de auto
wegslepen. Volvo adviseert u de auto
naar een erkende Volvo-werkplaats te
laten slepen voor een controle van het
remsysteem.
Als de waarschuwingslampjes
voor het remsysteem en ABS
tegelijkertijd branden, kan er een
storing in de remkrachtverdeling
zijn opgetreden.
1. Breng de auto zo spoedig mogelijk tot
stilstand en zet de motor af.
2. Start de motor opnieuw.
•
Rijd verder als beide symbolen uitgaan.
•
Als de lampjes echter blijven branden,
moet u het peil in het remvloeistofreser-
voir controleren, zie pagina 224.
•
Als de lampjes blijven branden ondanks
dat het peil van de remvloeistof in orde is,
moet u de auto uiterst voorzichtig naar
een erkende Volvo-werkplaats rijden om
het remsysteem te laten controleren.
•
Als de vloeistof lager staat dan het MIN-
streepje van het remvloeistofreservoir
dient u niet verder te rijden met de auto.
Laat de auto naar een erkende Volvo-
werkplaats slepen om het remsysteem te
laten controleren.
WAARSCHUWING
Als de waarschuwingslampjes voor het
remsysteem en ABS tegelijkertijd branden,
bestaat het gevaar dat de achtertrein bij
krachtig remmen gaat slippen.
Gordelwaarschuwing
Het lampje brandt als de bestuur-
der of de voorpassagier geen vei-
ligheidsgordel draagt.