05 Sloten en alarm
Vergrendelen en ontgrendelen
•
Druk op de knop READ op de linker
stuurhendel om eventuele meldingen op
het display te bevestigen.
•
Houd de knop voor centrale vergrende-
ling ingedrukt, totdat er een nieuwe mel-
ding over de vergrendelingsstatus op het
display verschijnt.
De melding
AUTOLOCK AAN
vergrendeling tijdens het wegrijden) of
AUTOLOCK UIT
verschijnt op het display.
Van de binnenzijde
05
Vanaf het bedieningspaneel op het bestuur-
dersportier (of het passagiersportier) zijn alle
*
134
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
portieren en de achterklep gelijktijdig te ver-
grendelen dan wel te ontgrendelen.
Alle portieren zijn te vergrendelen met de ver-
grendelknop op het bedieningspaneel van het
bewuste portier.
Dashboardkastje
(automatische
MY KEY
SOUND
ENTER
EXIT
MENU
80
Het dashboardkastje is te vergrendelen met
het sleutelblad van de transpondersleutel.
Achterklep
ATTENTION
AIRBAG
Pakjdskdl ioiuip kjöpp opoodidåuswi
Met de transpondersleutel is het mogelijk om
de alarmfunctie voor de achterklep te deacti-
veren, zodat u de achterklep apart kunt ont-
grendelen.
1. Druk op de toets
op de transponder-
sleutel – de klep wordt ontgrendeld
waarna deze te openen is.
> De niveausensoren en bewegingsmel-
ders van het alarm* alsmede de sensor
in de achterklepopening worden buiten
werking gesteld. De portieren blijven
vergrendeld en beveiligd.