Download Print deze pagina

Volvo XC 90 2013 Gebruikershandleiding pagina 36

Advertenties

01 Veiligheid
Kinderen en veiligheid
01
Kinderen moeten comfortabel en
veilig kunnen zitten
Volvo adviseert u kinderen zo lang mogelijk te
vervoeren in een achterstevoren gemonteerd
kinderzitje (in ieder geval tot een leeftijd van
3–4 jaar) en daarna tot een leeftijd van 10 jaar
op/in een zittingverhoger of een kinderzitje
dat in de rijrichting geplaatst is.
De plaats van het kind in de auto en de ver-
eiste uitrusting zijn afhankelijk van het
gewicht en de lengte van het kind (voor meer
informatie, zie pagina 36).
N.B.
De wettelijke bepalingen voor het vervoer
van kinderen in de auto verschillen van
land tot land. Ga na welke regels er in uw
land van kracht zijn.
Ongeacht leeftijd en lengte moeten kinderen
altijd met de gordel goed om in de auto zit-
ten. Laat kinderen nooit bij passagiers op
schoot zitten.
De veiligheidsuitrusting voor kinderen die
Volvo biedt, is afgestemd op het gebruik in
uw auto. Volvo adviseert u originele Volvo-
onderdelen te gebruiken om er zeker van te
zijn dat de bevestigingspunten en bevesti-
Voor informatie over het activeren/deactiveren van de airbag (SRS), zie pagina 24.
1
34
gingsonderdelen op de juiste wijze zijn aan-
gebracht en sterk genoeg zijn.
N.B.
Neem voor duidelijker instructies voor de
bevestiging van kinderveiligheidsproduc-
ten contact op met de producent.
Kinderzitjes
Kinderzitjes en airbags gaan niet samen.
N.B.
Bij gebruik van andere op de markt ver-
krijgbare kinderveiligheidsproducten is het
van belang dat u de bijgeleverde montage-
instructies zorgvuldig doorleest en nauw-
keurig opvolgt.
WAARSCHUWING
Zet de bevestigingsbanden van het kinder-
zitje nooit vast aan de hendel waarmee u
de voorstoel in de lengterichting verstelt of
aan veren, rails of balken onder de stoel.
Door scherpe randen kunnen de bevesti-
gingsbanden beschadigd raken.
Raadpleeg voor de juiste montage de mon-
tage-instructies bij het kinderzitje.
Positie van kinderzitjes
Het volgende kan worden gebruikt:
een kinderzitje/zittingverhoger op de pas-
sagiersstoel, zolang de airbag aan de
passagierszijde gedeactiveerd
en of meer kinderzitjes/zittingverhoger op
de achterbank.
Plaats kinderzitjes/zittingverhogers altijd op
de achterbank als de airbag aan de passa-
gierszijde geactiveerd is. Als de airbag wordt
1
is.

Advertenties

loading