Download Print deze pagina

Volvo XC 90 2013 Gebruikershandleiding pagina 141

Advertenties

geadviseerd wordt een erkende Volvo-werk-
plaats.
N.B.
Voer nooit zelf reparaties aan of wijzigin-
gen in het alarmsysteem uit. Dergelijke
ingrepen kunnen van invloed zijn op de
verzekeringsvoorwaarden.
Alarmfunctie inschakelen
Druk op de knop LOCK van de transpon-
dersleutel. De richtingaanwijzers van de
auto geven een lang lichtsignaal af ter
bevestiging dat het alarm is ingeschakeld
en dat alle portieren zijn vergrendeld.
BELANGRIJK
De richtingaanwijzers van de auto geven
een lang lichtsignaal af en de led op het
dashboard licht om de twee seconden
eenmaal op ter bevestiging dat het alarm
volledig is ingeschakeld.
Alarmfunctie uitschakelen
Druk op de knop UNLOCK van de trans-
pondersleutel. De richtingaanwijzers van
de auto geven twee korte lichtsignalen af
ter bevestiging dat het alarm is uitgescha-
keld.
> Voor handmatige uitschakeling – zie
het volgende gedeelte 'Geactiveerd
alarm uitschakelen'.
Automatische inschakeling van het
alarm
De functie voorkomt dat u de auto onbedoeld
kunt achterlaten zonder het alarm in te scha-
kelen.
Als u geen van de portieren noch de achter-
klep binnen twee minuten na uitschakeling
van het alarm opent (en de auto werd met de
transpondersleutel ontgrendeld), dan wordt
het alarm automatisch weer ingeschakeld. De
auto wordt tegelijkertijd vergrendeld.
Automatische activering van het alarm
In bepaalde landen wordt het alarm na enige
vertraging automatisch ingeschakeld, wan-
neer het bestuurdersportier werd geopend en
gesloten maar daarna niet werd vergrendeld.
05 Sloten en alarm
Geactiveerd alarm uitschakelen
Druk op de knop UNLOCK van de trans-
pondersleutel of steek de sleutel in het
contactslot.
De richtingaanwijzers van de auto geven ter
bevestiging twee korte lichtsignalen af.
Transpondersleutel defect
Als u het alarm niet kunt uit-
schakelen met de transpon-
dersleutel (als bijv. de batterij
van de sleutel leeg is), kunt u
de auto als volgt ontgrende-
len, het alarmsysteem deac-
tiveren en de motor starten:
1. Ontgrendel het bestuurdersportier hand-
matig en open het – het alarm gaat af en
de sirene klinkt.
2. Steek de transpondersleutel in het con-
tactslot – het alarm wordt uitgeschakeld.
> De alarmindicatie knippert snel, totdat
u de transpondersleutel naar sleutel-
stand II draait.
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
Alarm*
05
}}
139

Advertenties

loading