Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Sew Eurodrive CANopen UFO11A Handboek pagina 22

Inhoudsopgave

Advertenties

4
CANopen-interface
RX-PDO
22
Cyclisch en synchroon (waarde 1 ... 240): Na elke 1ste ... 240ste SYNC-puls (al
naargelang de waarde) wordt de TX-PDO verzonden ongeacht of de inhoud van de
TX-PDO's al of niet was veranderd. Na het verlaten van de toestand initialised heeft
elke PDO de "Transmissionmode"=1.
Fabrikantspecifiek (waarde 254): voor deze modus moet ook de corresponderende
RX-PDO ingesteld zijn op overdrachtsmodus 254. Altijd als dan de corresponderen-
de RX-PDO wordt ontvangen, wordt de TX-PDO verzonden. De overname van de
procesdata is daarbij volkomen asynchroon, heeft dus geen relatie met de SYNC-
puls. Voorbeeld: RX-PDO2 und TX-PDO2 hebben de overdrachtsmode 254. Direct
na de ontvangst van een geldige RX-PDO2 (geldig betekent, dat de lengte niet te
klein mag zijn), wordt een TX-PDO2 verzonden.
Behoeftegestuurd en asynchroon (waarde 255): altijd als er een waarde van de TX-
PDO verandert, wordt deze door de UFO verzonden. Waarschuwing: als via de TX-
PDO het toerental, de stroom, positie of dergelijk snel veranderende grootheden
worden verzonden, leidt dit tot een zeer hoge belasting van de bus. Met de Inhibit-
time kan de belasting van de bus voor zulke TX-PDO's beperkt worden.
De "Transmissionmodes" 241 ... 253 zijn gereserveerd en mogen niet geselecteerd wor-
den.
Over de SYNC-puls geeft het hoofdstuk "CANopen-interface" / "SYNC-object" informa-
tie.
De default-instelling is 1 (synchroon bij elke SYNC-puls).
De "Transmissonmodes" voor de RX-PDO1..8 kunnen via object 1400(hex) –
1407(hex), subindex 2 worden veranderd. Het betreft een 8-bits waarde.
Synchroon (waarde 0 ... 240): na ontvangst van de volgende (of de waarde 0 is of
240 speelt daarbij geen rol) SYNC-puls worden de data van de RX-PDO's in de PO-
buffer van de UFO overgenomen. Met dit overdrachtsproces kunnen eerst meerdere
PDO's van de master naar de UFO worden verzonden en dan met een SYNC-puls
consistent met elkaar gelijktijdig in de PO-buffer van de UFO worden overgenomen.
Fabrikantspecifiek (waarde 254): voor deze modus moet ook de corresponderende
RX-PDO ingesteld zijn op overdrachtsmodus 254. Altijd als dan de corresponderen-
de RX-PDO wordt ontvangen, wordt de TX-PDO verzonden. De overname van de
procesdata is daarbij volkomen asynchroon, heeft dus geen relatie met de SYNC-
puls. Voorbeeld: RX-PDO2 und TX-PDO2 hebben de overdrachtsmode 254. Direct
na de ontvangst van een geldige RX-PDO2 (geldig betekent, dat de lengte niet te
klein mag zijn), wordt een TX-PPDO verzonden.
Behoeftegestuurd en asynchroon (waarde 255): altijd als er een RX-PDO arriveert,
wordt overgenomen en verder geleid.
De "Transmissionmodi" 241 ... 253 zijn gereserveerd en mogen niet geselecteerd wor-
den.
Over de SYNC-puls geeft het hoofdstuk "CANopen-interface" / "SYNC-object" informa-
tie.
De default-instelling is 1 (synchroon bij elke SYNC-puls).
Handboek – Veldbus-interface UFO11A

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave