4
CANopen-interface
4.1
Configuratie van de CANopen-interface
Algemene kenmerken van de CANopen-interface van de UFO:
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Regelaartoestan-
De UFO ondersteunt het zogenaamde "Minimum Capability Device', d.w.z. ondersteund
den en NMT-
worden de toestanden "pre-operational", "operational" en "prepared". In de toestand
instructies
"pre-operational' kan het apparaat alleen via SDO's communiceren (zie ook hoofdstuk
"CANopen-interface" / "Parametertoegang via SDO's). In de toestand "operational' kun-
nen PDO's en SDO's uitgewisseld worden en in de toestand "stopped' noch SDO's noch
PDO's.
Na het inschakelen bevindt de optionele CANopen-kaart zich altijd automatisch in de
toestand "pre-operational'.
Afbeelding 7: toestandendiagram voor CANopen-devices
Handboek – Veldbus-interface UFO11A
0 tot 8 RX-PDOs
0 tot 8 TX-PDOs
verschillende transmissiemodi voor de PDO's
dynamisch configureerbare lengte van de PDO's
1 SDO
Emergency-Message
dynamisch configureerbare COB-ID's voor SYNC, Emergency en PDO's
Heartbeat-Producer & Consumer
Guarding-protocol
CANopen-interface
05772AXX
4
15