Onderhoud
7.10 Luchtfilter
Vervuilingsindicatie controleren (Tier IV)
A
B
afb. 289 (symbolische weergave)
Luchtaanzuiging controleren
A
afb. 290
B
afb. 291
BA E16 nl* 1.0 * E16_10_710.fm
Onderhoud alleen door geautoriseerde vakwerkplaats laten uitvoeren.
AANWIJZING
Mogelijke beschadigingen aan de motor door een verontreinigde
luchtaanzuiging.
► Vervuilingsindicatie en luchtaanzuiging dagelijks voor inbedrijfstelling
controleren.
De vervuilingsindicatie A bevindt zich bij de luchtfilter.
Als de markering B de in de tabel beschreven waarde bereikt, neem dan
contact op met een geautoriseerde vakwerkplaats.
Zeespiegel
m (ft)
tot 800 (2625)
vanaf 800 (2625)
1. Voertuig neerzetten. Motor uitschakelen
Voorbereidingen voor het afsmeren" op pagina
2. Contactsleutel verwijderen en veilig opbergen.
3. Ventilatierooster A controleren en zo nodig reinigen.
4. Motorkap openen.
5. Luchtaanzuiging B controleren en zo nodig reinigen.
6. Motorkap sluiten en vergrendelen.
Onderhoud 7
Waarde
5,00
3,25
– zie hoofdst. "
7-9.
7-39