6.3
Voertuig transporteren
afb. 260
BA E16 nl* 1.0 * E16_10_600.fm
Laadprocedure
1. Lege schop monteren en veilig vergrendelen.
2. Alle verontreinigingen aan het voertuig verwijderen.
3. Voertuig op een horizontaal en effen ondergrond met voldoende
draagvermogen neerzetten.
4. Schop naar binnen draaien.
5. Hefarm volledig optillen
6. Schopsteel aantrekken.
7. Drijfstand bij zwenkbaar schuifblad deactiveren.
8. Zwenkbaar schuifblad recht uitlijnen
9. Schuifblad volledig optillen.
10.Armsysteem centraal naar voren uitlijnen.
11.Bovenwagen met 180° draaien, zodat het schuifblad achter is.
12.Motor uitschakelen.
Armsysteem centraal naar voren uitlijnen.
13.Hydraulica door veelvuldig bedienen van de stuurhendel drukloos
maken.
14.Stuurhendeldrager omhoog klappen.
15.Contactsleutel verwijderen en veilig opbergen.
16.Alle losse voorwerpen veilig opbergen.
17.Cabine verlaten, voertuigdeuren, ramen en alle afdekkingen sluiten en
vergrendelen.
18.Aanslagmiddelen aan hefogen bevestigen.
19.Het voertuig langzaam zo ver optillen, dat er geen contact meer is met
de bodem.
20.Voertuig laten stabiliseren.
21.Zijn het evenwicht van het voertuig en de toestand en positie van de
aanslagmiddelen naar tevredenheid, voertuig langzaam tot de vereiste
hoogte optillen en verladen.
1. De bestuurder van het transportvoertuig moet, voordat hij gaat rijden,
de volgende punten in acht nemen:
- Toegestane totale hoogte, totale breedte en totaalgewicht van het
transportvoertuig inclusief graafmachine.
- De wettelijke bepalingen van de landen waar het transport plaats-
vindt.
2. Voor een langer transport bij vochtige weersomstandigheden de uitlaat
afsluiten.
Informatie
De automatische draaiwerkrem beveiligt de bovenwagen tegen draaien.
Transport 6
6-7