5.4
Rijden
Rijstand
A
afb. 130
Wegrijden en stoppen
BA E16 nl* 1.0 * E16_10_500.fm
Voertuig positioneren zoals afgebeeld.
Armsysteem centraal uitlijnen en van de grond optillen.
•
A = 20-30 cm (8-12 in)
WAARSCHUWING
Gevaar voor ongevallen door een verkeerde bediening van het
voertuig!
Werd de bovenwagen 180° gedraaid, dan beweegt het voertuig zich bij
bediening van de rijhendel in omgekeerde richting.
Verkeerde bediening kan leiden tot zwaar letsel en de dood.
► De stuurhendels langzaam en voorzichtig bedienen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor ongevallen door verkeerd gedraaide bovenwagen!
Een verkeerd gedraaide bovenwagen verhindert het zicht op de rijweg. Dit
kan zware verwondingen en zelfs de dood veroorzaken.
► De bovenwagen voor het begin van de rit zo opstellen op de
bouwplaats dat de bestuurder de geplande rijweg onbeperkt kan zien.
Wegrijden
Rijhendel resp. rijpedalen bedienen.
Het voertuig komt in beweging.
Stoppen
Rijhendel resp. rijpedalen loslaten.
Het voertuig stopt.
Informatie
Voor het wegrijden moet de stuurhendeldrager omlaag geklapt zijn.
Bediening 5
5-7