Informazioni per la
manutenzione e precauzioni
Precauzioni
Funzionamento della videocamera
•Far funzionare la videocamera a 7,2 V (blocco
batteria) o 8,4 V (trasformatore CA).
•Per il funzionamento CC o CA, usare gli
accessori consigliati nelle istruzioni per l'uso.
•In caso di penetrazione di oggetti o liquidi
all'interno della videocamera, scollegare la
videocamera e farla controllare da un
rivenditore Sony prima di usarla ulteriormente.
•Evitare trattamenti bruschi e scosse meccaniche.
Fare particolare attenzione all'obiettivo.
•Lasciare l'interruttore POWER su OFF
(CHARGE) quando non si usa la videocamera.
•Non avvolgere la videocamera con
un'asciugamano, per esempio, durante il
funzionamento. Questo può causare
surriscaldamenti interni.
•Tenere la videocamera lontana da forti campi
magnetici o vibrazioni meccaniche. Possono
apparire disturbi nell' immagine.
•Non toccare lo schermo LCD con le dita o
oggetti appuntiti.
•Se si usa la videocamera in luoghi freddi,
immagini residue possono apparire sullo
schermo LCD o nel mirino. Questo non è un
guasto.
•Mentre si usa la videocamera il retro dello
schermo LCD può riscaldarsi. Questo non è un
guasto.
Cura delle cassette
Non inserire mai nulla nei piccoli fori sul retro
della cassetta. Tali fori sono necessari per
l'individuazione del tipo di nastro, dello spessore
del nastro e della posizione estratta o coperta
della linguetta.
Cura della videocamera
•Estrarre la cassetta e periodicamente accendere
la videocamera, far funzionare le sezioni
CAMERA e VTR e riprodurre un nastro per
circa 3 minuti quando non si usa la
videocamera per un lungo periodo.
•Pulire l'obiettivo con un pennello morbido per
eliminare la polvere. Se sono presenti impronte
digitali, eliminarle con un panno morbido.
•Pulire il rivestimento della videocamera con un
panno morbido e asciutto o leggermente
inumidito con una blanda soluzione detergente.
Non usare alcun tipo di solvente che possa
danneggiare la finitura.
•Evitare la penetrazione di sabbia nella
videocamera. Quando si usa la videocamera in
spiaggia o in luoghi polverosi, proteggere la
videocamera dalla sabbia o dalla polvere.
Sabbia o polvere possono causare guasti a volte
irreparabili.
Onderhoud en
voorzorgsmaatregelen
Voorzorgsmaatregelen
Bediening van de camcorder
• Gebruik de camcorder uitsluitend op
stroomvoorziening van 7,2 V (met een batterijpak)
of 8,4 V (met de netspanningsadapter).
• Gebruik voor het aansluiten op de voedingsbron
(gelijkspanning of netspanning) alleen de in deze
gebruiksaanwijzing vermelde accessoires.
• Mocht er vloeistof of een voorwerp in het
inwendige van de camcorder terechtkomen,
schakel dan onmiddellijk de stroom uit, trek de
stekker uit het stopcontact en laat de camcorder
eerst door een Sony technicus nakijken alvorens
het apparaat weer in gebruik te nemen.
• Laat het apparaat niet vallen, behoed het tegen
mechanische schokken en ga er altijd voorzichtig
mee om. Wees vooral voorzichtig met de lens.
• Zorg dat de POWER schakelaar op "OFF
(CHARGE)" staat zolang u de camcorder niet
gebruikt.
• Wikkel tijdens gebruik de camcorder nooit in
textiel (handdoek e.d.) of plastic, anders kan het
inwendige ernstig oververhit raken.
• Vermijd bij opslag en gebruik plaatsen die
onderhevig zijn aan mechanische trillingen of
krachtige magnetische velden. Anders kan er
storing optreden in de beelden.
• Raak het LCD scherm niet met uw vingers of met
een scherp of puntig voorwerp aan.
• Wanneer u de camcorder gebruikt in een koude
omgeving, kunnen er nabeelden op het LCD
scherm of in de zoeker verschijnen. Dit duidt niet
op storing in de werking.
• Tijdens het gebruik van de camcorder kan de
achterkant van het LCD scherm nogal warm
worden. Dit is normaal en duidt niet op storing.
Voorzichtig met videocassettes
Steek nooit enig voorwerp in de kleine openingen
aan de achterzijde van een videocassette. Deze
uitsparingen dienen voor het automatisch bepalen
van de bandsoort, de banddikte, en of het
wispreventienokje in- dan wel uitgeschoven is, etc.
Regelmatig onderhoud van de
camcorder
• Wanneer u de camcorder geruime tijd niet
gebruikt en bij langdurige opslag dient u van tijd
tot tijd even de camcorder in te schakelen, de
CAMERA en de VTR functies te bedienen en
ongeveer drie minuten lang een videoband af te
spelen.
• Verwijder stof van de lens met een zacht borsteltje.
Vingerafdrukken op de lens kunt u er met een
zacht doekje af poetsen.
• Reinig de behuizing van de camcorder met een
zachte doek, droog of licht bevochtigd met een
mild schoonmaakmiddel. Gebruik geen vluchtige
stoffen, aangezien die de afwerking kunnen
aantasten.
• Zorg dat er geen zand in de camcorder terecht kan
komen. Als u de camcorder gebruikt op een plaats
met veel opwaaiend zand of dwarrelend stof, let
dan op dat er niets in de camcorder terechtkomt.
Zand of stof kan het apparaat zodanig
beschadigen, dat reparatie niet meer mogelijk is.
187