148 Bestuurdershulpsystemen ›
alarmlichten ingeschakeld en wordt de wagen au-
tomatisch afgeremd.
Nadat de wagen tot stilstand is gekomen, wordt de
▶
parkeerrem ingeschakeld. Afhankelijk van de uit-
rusting kan een noodoproep worden gestart.
Onderbreking van het automatisch remmen
Door het intrappen van het rem- of gaspedaal.
▶
Door een stuurbeweging.
▶
Werkingsvoorwaarden
✓ Hulpsysteem voor noodsituaties is geactiveerd.
✓ Lane Assist is geactiveerd en de begrenzingslijnen
van de rijstrook zijn herkend.
Instellingen
Activeren en deactiveren in het infotainment
In het menu:
Bergafdaalhulp
Werking
De bergafdaalhulp helpt door automatische remin-
grepen een constante snelheid vast te houden bij het
bergafwaarts rijden.
Het systeem werkt ook als in de neutraalstand wordt
gereden of bij ingeschakelde achteruitversnelling.
WAARSCHUWING
Gevaar voor ongevallen!
Het systeem kan om natuurkundige redenen niet
correct functioneren op een gladde ondergrond, bv.
ijs, modder en dergelijke.
Statusweergave op het display van het instrumen-
tenpaneel
brandt grijs - het systeem is geactiveerd
brandt wit - het systeem grijpt in
Snelheid wijzigen
De rijsnelheid kan worden gewijzigd door het rem- of
gaspedaal te bedienen. Na het loslaten van het pe-
daal houdt het hulpsysteem de actuele snelheid vast.
Werkingsvoorwaarden
✓ De motor draait.
✓ De Offroad-modus is geactiveerd.
✓ De helling bedraagt minimaal 10%.
✓ Zowel gas- als rempedaal worden niet ingetrapt.
✓ De rijsnelheid bedraagt max. 30 km/h.
Bergafdaalhulp
Instellingen
Automatische activering
Het systeem wordt automatisch geactiveerd bij het
inschakelen van de Offroad-modus.
Eco-assistent
Gebruiksdoel
De Eco-assistent ondersteunt bij een zuinige rijstijl
m.b.v. aanwijzingen op het display van het instrumen-
tenpaneel.
Werking
Indien het systeem herkend dat het mogelijk is om
zuiniger te rijden, wordt op het display van het in-
strumentenpaneel de volgende informatie weerge-
geven.
Symbool van een naderende gebeurtenis. Het gaat
▶
hierbij bv. om een snelheidsbegrenzing, een krui-
sing enz.
▶
Na het loslaten van het gaspedaal past de wagen de
rijsnelheid en de recuperatie aan de actuele situatie
aan.
Het systeem maakt gebruik van de volgende bron-
nen om de situatie te analyseren.
Navigatiegegevens.
▶
Verkeerstekenherkenning.
▶
Sensoren, radarapparatuur en camera's.
▶
Functiebeperking
De functie kan in de volgende gevallen niet worden
gebruikt.
Bij de activering van de automatische afstandsre-
▶
gelling (ACC).
Bij de activering van het snelheidsregelsysteem.
▶
Bij het selecteren van de rijmodus Sport.
▶
Instellingen
Activering/deactivering
In het infotainment in het menu
- Advies om het gaspedaal los te laten
.