Indien een voorligger uitwijkt en zich voor dit voer-
tuig een stilstaand voertuig bevindt, reageert de
ACC niet op dit stilstaande voertuig.
Voertuigen met bijzondere lading of speciale op-
bouwen
Lading of opbouwen die buien het voertuig steken,
kunnen niet altijd door de ACC worden herkend.
Instellingen
In het infotainment in het volgende menu.
◼
▶
Rijprofiel: - Instelling voor de acceleratie van de wa-
gen bij ingeschakelde ACC (bij wagens waarbij de
rijmodus kan worden gekozen wordt deze instel-
ling uitgevoerd
» Pagina
▶
Laatstgekozen afstand - In-/uitschakelen van de laatst-
gekozen afstand
▶
Afstand: - Instelling van de afstand ten opzichte van
voorliggers
▶
Vooruitziend trajectverloop - In-/uitschakelen van de snel-
heidsregeling overeenkomstig het trajectverloop
(bv. snelheid terugnemen voor een bocht)
Vooruitziend toegestane snelheid - In-/uitschakelen van de
▶
snelheidsregeling overeenkomstig de toegestane
snelheid
Probleemoplossing
ACC niet beschikbaar
brandt samen met
›
De motor afzetten en weer starten.
›
Indien ACC nog steeds niet beschikbaar is, de rem-
lichten van de wagen of van de aangekoppelde
aanhangwagen controleren.
›
Defecte gloeilampjes vervangen.
›
Als de remlichten werken en ACC nog steeds niet
beschikbaar is, de hulp van een specialist inroepen.
Rijstrookbehoudassistent Lane Assist
Gebruiksdoel
Lane Assist helpt om de wagen op de rijstrook te
houden. Het systeem oriënteert zich aan de hand van
begrenzingslijnen. Dit zijn bv. strepen op de weg,
randen van de rijbaan of objecten zoals stoepranden
of verkeerskegels.
Het systeem is met name bedoeld voor gebruik op
snelwegen.
Bestuurdershulpsystemen ›
131)
Rijstrookbehoudassistent Lane Assist
Werking
Indien de wagen een begrenzingslijn nadert, voert
het systeem een stuurbeweging uit in tegengestelde
richting van de begrenzingslijn. Deze stuuringreep
kan op elk moment handmatig worden overgeno-
men.
Bij een verandering van rijstrook met ingeschakeld
knipperlicht vindt er geen systeemingreep plaats.
Statusweergave op het display van het instrumen-
tenpaneel
brandt - het systeem is geactiveerd en ge-
reed voor een ingreep
brandt - het systeem grijpt in
Displayweergave
Waarschuwing door stuurwielvibraties
De stuurwielvibraties vinden in de volgende situaties
plaats:
De wagen overschrijdt de begrenzingslijn zonder
▶
ingeschakeld knipperlicht.
Het systeem is niet in staat om de wagen binnen
▶
de rijstrook te houden.
›
Bij vibraties de stuurbeweging corrigeren.
Werkingsvoorwaarden
✓ De rijsnelheid is hoger dan 60 km/h.
✓ De begrenzingslijnen zijn goed zichtbaar.
Functiebeperking
De systeemfunctie kan bijvoorbeeld in de volgende
situaties beperkt zijn.
Het zichtbereik van de sensor is door de vervuilde
▶
ruit, een obstakel of een voorligger beperkt.
Bij ongunstige weersomstandigheden.
▶
Bij rijden door een scherpe bocht.
▶
Bij het rijden op een hellend wegdek of in sporen.
▶
Bij het rijden op een te smalle rijstrook.
▶
Bij het rijden door wegwerkzaamheden.
▶
143
Rijstrookbegrenzing
rechts geaccentueerd:
Het systeem grijpt in bij
het naderen van de rech-
ter begrenzingslijn.