Wanneer de elektrische verbinding van de auto
met de aanhangwagen tot stand is gebracht, wis-
selt het beeld naar een aanzicht van de zijcame-
ra's 1.
Dit aanzicht ondersteunt bij het manoeuvreren
met een aanhangwagen.
Zi Zij-aanzic
j-aanzicht v
ht van de buit
an de buitenspieg
enspiegelcamer
In deze weergave kunnen de zijkanten van de auto
worden bekeken.
1
Hulplijnen van de buitenmaten van de auto
met uitgeklapte buitenspiegels
2
Markering van de punten waar de wielen de
grond raken
Systeemgr
Syst
eemgrenzen
Wanneer de achteruitrijcamera niet kan worden
geactiveerd, verschijnt de volgende melding op
het multimediadisplay:
elcamera's
a's
enzen
Rijden en parkeren 223
Syst
Systeemgr
eemgrenzen
enzen
De 360°-camera werkt in onder andere de vol-
gende situaties slechts beperkt of helemaal niet:
De portieren zijn geopend.
R
De buitenspiegels zijn ingeklapt.
R
Het ko erdeksel is geopend.
R
Het regent hard, het sneeuwt of het is mistig.
R
De lichtomstandigheden zijn slecht, bijvoor-
R
beeld 's nachts.
Camera's of onderdelen van de auto, waarin
R
de camera's zijn ingebouwd, zijn beschadigd,
verontreinigd of afgedekt. Informatie over de
sensoren en camera's van de auto
(
pagina 181) in acht nemen.
/
In deze situaties de 360°-camera niet gebruiken.
Anders kunt u bij het parkeren of manoeuvreren
personen verwonden of in botsing komen met
voorwerpen.
Bij auto's met in hoogte instelbaar onderstel of bij
zwaar beladen auto's kunnen bij het verlaten van
de standaardhoogte om technische redenen
onnauwkeurigheden bij de hulplijnen en bij de
weergave van de berekende beelden optreden.
223