164 Rijden en parkeren
164
N N eutr
eutraalst
aalstand N insc
and N inschak
hakelen
elen
Het rempedaal indrukken en de DIRECT
#
SELECT-keuzehendel tot de eerste weerstand
omhoog- of omlaagdrukken.
%
Om de neutraalstand i te kiezen wanneer
de auto is ingeschakeld, de keuzehendel
meerdere seconden tot de eerste weerstand
omhoog- of omlaagdrukken.
Wanneer vervolgens het rempedaal wordt losgela-
ten, kan de auto vrij worden verplaatst, bijvoor-
beeld om te worden geduwd of gesleept.
W W anneer de aut
anneer de automatisc
omatische tr
he transmissie in de neu-
ansmissie in de neu-
tr traalst
aalstand
and i
i moe
moet bli
t blijv jven w
en wanneer de aut
anneer de auto is uit-
g g esc
eschak
hakeld of he
eld of het bes
t bestuur
tuurder
derspor
sportier w
g g eopend, als v
eopend, als volgt t
olgt te w
e wer erk g
k gaan:
aan:
Het rempedaal indrukken en wanneer de auto
#
stilstaat de neutraalstand i inschakelen.
Het rempedaal loslaten.
#
De auto uitschakelen.
#
%
Wanneer de auto aansluitend wordt verlaten
en de sleutel zich in de auto bevindt, blij de
automatische transmissie in de neutraalstand
i.
P P ark
arkeerst
eerstand P insc
and P inschak
De aanwijzingen met betrekking tot het afzet-
#
ten van de auto in acht nemen
(
pagina 173).
/
Het rempedaal indrukken, tot de auto stilstaat.
#
Wanneer de auto stilstaat de toets j indruk-
#
ken.
Wanneer de transmissiestandaanduiding j
weergee , is de parkeerstand ingeschakeld.
Wanneer de transmissiestandaanduiding niet
j weergee , de auto tegen wegrollen beveili-
gen.
%
Afhankelijk van de situatie kan het enige tijd
o is uit-
duren voordat j is ingeschakeld. Daarom
tier wor ordt dt
altijd op de transmissiestandaanduiding let-
ten.
Als aan een van de volgende voorwaarden is vol-
daan, wordt de parkeerstand j automatisch
ingeschakeld:
U schakelt de stilstaande auto uit in de trans-
R
missiestand h of k.
U opent wanneer de auto stilstaat of met zeer
R
geringe snelheid rijdt in de transmissiestand
h of k het bestuurdersportier.
hakelen
elen
%
Om met geopend bestuurdersportier te
manoeuvreren, opent u bij stilstand het
bestuurdersportier en schakelt u opnieuw de
transmissiestand h of k in.
Ri Rijst jstand D insc
and D inschak
hakelen
elen
Het rempedaal indrukken en de DIRECT
#
SELECT-keuzehendel door de eerste weer-
stand omlaagdrukken.
De automatische transmissie schakelt de versnel-
lingen in de transmissiestand h automatisch. Dit
is onder meer afhankelijk van de volgende facto-
ren:
Het geselecteerde rijprogramma
R
De stand van het gaspedaal
R
De gereden snelheid
R
Pr Problemen me
oblemen met de tr
t de transmissie
ansmissie
De transmissie
De tr
ansmissie hee
hee sc schak
hakelpr
elproblemen
oblemen
Mogelijke oorzaak:
De transmissie verliest vloeistof.
R