Algemene informatie
Klimaatregeling
De auto is voorzien van elektronische klimaat-
regeling. De klimaatregeling zorgt ervoor dat
de lucht in het interieur gekoeld, verwarmd of
van vocht ontdaan wordt.
N.B.
U kunt de airconditioning (AC) uitschake-
len, zie pagina 233, maar voor optimaal
klimaatcomfort in de passagiersruimte en
om te voorkomen dat de ruiten beslaan
dient u de airconditioning altijd te laten
aanstaan.
Werkelijke temperatuur
De ingestelde temperatuur komt overeen met
de gevoelstemperatuur op basis van de heer-
sende omstandigheden in en rond de auto
wat de luchtsnelheid, de luchtvochtigheids-
graad, de ingestraalde warmte enz. betreft.
Het systeem beschikt over een zonnesensor
die de stand van de zon registreert. Daardoor
kan
1
de temperatuur van de lucht uit de
blaasmonden links en rechts afwijken,
ondanks dat de temperatuurknoppen voor de
beide zijden in dezelfde stand staan.
Geldt alleen voor ECC.
1
Positie van de sensoren
•
De zonnesensor zit boven op het dash-
board.
•
De interieurtemperatuursensor zit onder
het bedieningspaneel van de klimaatrege-
ling.
•
De buitentemperatuursensor zit op de
buitenspiegel.
•
De vochtsensor* zit bij de achteruitkijk-
spiegel.
N.B.
Dek de sensoren niet met kleding of
andere voorwerpen af.
Zijruiten en schuifdak*
Voor optimale werking van de airconditioning
moet u de zijruiten en een eventueel schuif-
dak* gesloten houden.
Beslagen ruiten
Maak in eerste instantie gebruik van de ont-
wasemingsfunctie om condens van de bin-
nenkant van de ruiten te verwijderen.
Houd de binnenzijde van de ruiten schoon
om de kans te beperken dat ze beslaan.
05 Comfort en rijplezier
Klimaatregeling
Ventilatie-openingen in hoedenplank
N.B.
Dek de blaasmonden helemaal achter in
de hoedenplank niet af met kledingstukken
of andere voorwerpen om te voorkomen
dat de achterruit beslaat.
Tijdelijke uitschakeling van
airconditioning
Wanneer de motor het maximale vermogen
nodigt heeft (bijvoorbeeld als u volgas optrekt
of met een aanhanger achter de auto een hel-
ling oprijdt), is het mogelijk dat de airconditio-
ning tijdelijk wordt uitgeschakeld. Er kan dan
een tijdelijke temperatuurstijging optreden.
Condenswater
In warme weersomstandigheden kan er ter
hoogte van de airconditioning een plasje
water onder de auto ontstaan. Dit is volko-
men normaal.
Sneeuw en ijs
Veeg sneeuw en ijs van de luchtinlaat voor de
klimaatregeling (de opening tussen de motor-
kap en de voorruit).
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
05
225