Algemene informatie over DAC
Het DAC-systeem (Driver Alert Control) is
bedoeld om de aandacht van de bestuurder
te trekken wanneer de auto op een ongecon-
troleerde manier bestuurd wordt (omdat u bij-
voorbeeld afgeleid wordt of bijna in slaap
valt).
Een camera tast de geschilderde rijstrook-
markeringen af en vergelijkt de wegrichting
met uw stuurbewegingen. U wordt gewaar-
schuwd wanneer de auto de wegrichting op
een ongecontroleerde manier volgt.
N.B.
De camerasensor heeft zijn beperkingen,
zie pagina 188.
DAC is bedoeld om langzame wijzigingen in
het rijgedrag te bespeuren, in eerste instantie
op de grotere wegen. De functie is niet
bedoeld voor gebruik in het stadsverkeer.
Soms treden er ondanks vermoeidheid geen
merkbare wijzigingen op in het rijgedrag. In
dat geval wordt er dan ook niet gewaar-
schuwd. Het is daarom van groot belang dat
u bij opkomende vermoeidheid de auto op
een geschikte plek parkeert om een pauze in
te lassen, ongeacht de vraag of DAC nu wel
of niet heeft gewaarschuwd.
N.B.
Gebruik de functie niet om langer achter-
een te kunnen rijden. Plan altijd op gezette
tijden rustpauzes in en zorg dat u uitgerust
bent.
Beperkingen
Soms kan het systeem ten onrechte waar-
schuwen voor ongecontroleerde stuurbewe-
gingen. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij:
•
zijdelingse rukwinden.
•
spoorvorming in het wegdek.
04 Bestuurdersondersteuning
Driver Alert System – DAC*
Bediening
Via het menusysteem op het beeldscherm
van de middenconsole zijn instellingen te ver-
richten. Voor informatie over het gebruik van
het menusysteem, zie pagina 217.
Aan/Uit
Om Driver Alert in de stand-bystand te zetten:
•
Zoek in MY CAR naar
Rij-assistentiesystemen
Alert
en vink het vakje aan – geen vinkje
in het vakje: Functie uitgeschakeld.
Functie
Driver Alert wordt geactiveerd bij een snelheid
hoger dan 65 km/h en blijft actief zolang de
snelheid boven 60 km/h ligt.
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
04
Auto-instellingen
Driver
193