04 Bestuurdersondersteuning
Adaptieve cruisecontrol*
Uitschakelen
Bij kort indrukken van de stuurtoets
de adaptieve cruisecontrol stand-by. Bij nog-
maals indrukken schakelt u de cruisecontrol
uit. Daarbij wordt de ingestelde snelheid
gewist waarna deze niet meer te hervatten is
met de toets
.
Wisselen van ACC naar CC
Met een druk op de knop kan het adaptieve
04
deel (afstandshouder) van de cruisecontrol
worden gedeactiveerd, waarna de auto alleen
de ingestelde snelheid volgt.
•
Druk lang op de stuurtoets
bool
op het instrumentenpaneel ver-
andert in
.
>
Nu is de standaard cruisecontrol CC
(Cruise
Control) geactiveerd, zie pagina 161.
WAARSCHUWING
Na een wisseling van ACC naar CC remt
de auto niet langer automatisch - deze
volgt alleen de ingestelde snelheid.
Wisselen van CC naar ACC
Schakel CC uit door 1–2 keer te drukken op
, zie het vorige kopje 'Uitschakelen'. De
*
168
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
volgende keer dat u het systeem inschakelt,
wordt ACC geactiveerd.
zet u
File-assistent
Bij auto's met een automatische versnellings-
bak is de adaptieve cruisecontrol aangevuld
met de functie file-assistent (ook wel "Queue
Assist" genoemd).
File-assistent biedt de volgende functies:
•
Uitgebreid snelheidsinterval – ook onder
30 km/h en stilstaand
•
Van doelvoertuig veranderen
•
Beëindiging automatische remfunctie bij
– het sym-
stilstand
•
Automatische activering parkeerrem.
Let erop dat 30 km/h de minimumsnelheid is
waarop de adaptieve cruisecontrol kan wor-
den ingesteld – ook al kan de adaptieve
cruisecontrol een voorligger volgen tot aan
stilstand, is het niet mogelijk een lagere snel-
heid te kiezen.
Groter snelheidsinterval
N.B.
Om de cruisecontrol te kunnen activeren
moet u het bestuurdersportier hebben
gesloten en de veiligheidsgordel hebben
omgedaan.
Met een automatische versnellingsbak kan de
adaptieve cruisecontrol een voorligger volgen
in het interval 0–200 km/h.
N.B.
Om de cruisecontrol te kunnen activeren
bij een snelheid onder 30 km/h mag er bin-
nen redelijke afstand geen voorligger te
bekennen zijn.
Bij korte stops tijdens filerijden of voor ver-
keerslichten wordt de functie automatisch
hervat, als de stop korter was dan
ca. 3 seconden. Duurt het langer voordat de
voorligger weer gaat rijden, dan wordt de
cruisecontrol in de stand-bystand met auto-
matische remfunctie gezet. U dient deze ver-
volgens op een van de volgende manieren
opnieuw te activeren:
•
Druk op de stuurtoets
.
of