04 Bestuurdersondersteuning
Park Assist*
actief is. Het systeem wordt opnieuw geacti-
veerd bij snelheden lager dan 10 km/h.
N.B.
Park Assist aan de voorzijde wordt
gedeactiveerd, wanneer u de parkeerrem
zet of de keuzehendel in stand P zet bij
een auto met automatische versnellings-
bak.
BELANGRIJK
04
Bij auto's met verstralers erop letten dat
de lampen de sensoren niet blokkeren en
voor obstakels worden gehouden.
Aanduiding voor systeemstoringen
Als op het instrumentenpaneel het
informatiesymbool continu brandt
en de tekstmelding
Service vereist
verschijnt, dan is Park Assist
defect.
*
202
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
BELANGRIJK
In bepaalde omstandigheden kan de par-
keerhulp ten onrechte waarschuwingssig-
nalen afgeven. Dit komt door externe
geluidsbronnen met ultrasone geluidssig-
nalen van dezelfde frequentie als de sen-
soren van het systeem.
Voorbeelden van dergelijke geluidsbron-
nen zijn onder meer claxons, natte banden
op asfaltwegen, luchtdrukremmen en uitla-
ten van motorfietsen e.d.
Sensoren schoonmaken
Park Assist
Positie van de voorste sensoren.
Positie van de achterste sensoren.
De sensoren werken alleen naar behoren,
wanneer u ze regelmatig schoonmaakt met
water en autoshampoo.
N.B.
Vuil, sneeuw en ijs op de sensoren kunnen
ten onrechte aanleiding geven tot waar-
schuwingssignalen.