Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheidsoverwegingen Voor Ventilatie Met Een Mondstuk - ResMed Astral Series Handleiding

Voor de arts
Verberg thumbnails Zie ook voor Astral Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Niet-invasieve ventilatie (NIV)

Veiligheidsoverwegingen voor ventilatie met een mondstuk

Met het ontkoppelingsalarm kan worden gedetecteerd wanneer het circuit wordt ontkoppeld
(bijvoorbeeld wanneer het mondstuk is gevallen en buiten bereik van de patiënt ligt) en of de patiënt
al dan niet in staat is tot een betrouwbare triggering van de ventilatie.
Ongeacht of het ontkoppelingsalarm al dan niet actief is, kunnen er andere maatregelen nodig zijn om
de veiligheid van de patiënt te waarborgen, zoals het apneualarm, externe bewaking, een SpO
of constant toezicht.
Alarminstelling
Selectie
Ontkoppelingsalarm
Aan
Ontkoppelingstolerantie
Zoals passend
(%)
Alarmactiveringstijd
Zoals passend
Apneurespons
Uit
Lagedrukalarmen worden soms gebruikt als indicatie voor het losraken van het circuit en worden snel
geactiveerd. Als dit storend is, bijvoorbeeld wanneer de patiënt een gedeeltelijke ademteug ontvangt
of een ademslag overslaat, of als er een vals getriggerde ademhaling optreedt, is het aan de arts om
te bepalen dit alarm eventueel uit te schakelen. Mogelijk moeten dan andere maatregelen worden
getroffen om ervoor te zorgen dat de veiligheid van de patiënt niet in het geding komt. Het kan hierbij
gaan om externe bewaking, een SpO
Ventilatie met Astral 100/150 mondstuk circuit is niet bedoeld voor continue uitademing in het circuit.
Het niet door de gebruiker verstelbare NV-Masker/Rebreathing alarm wordt geactiveerd indien het
apparaat een continue uitademing in het circuit detecteert. Voor patiënten die verkiezen om continu
uit te ademen in het circuit, zou een circuit met uitademingsventiel of opzettelijk lek moeten
overwogen worden.
110
Details/uitleg
Activeert het ontkoppelingsalarm
Hiermee wordt een hogere of lagere tolerantie ingesteld wat betreft de
mate van ontkoppeling van het circuit die nodig is om het
ontkoppelingsalarm te activeren.
Zie Ontkoppelingstolerantie instellen en testen (zie pagina 134).
De tijd totdat het alarm wordt geactiveerd nadat de
ontkoppelingsdrempelwaarde is behaald. Deze kan worden ingesteld van
5 seconden tot 15 minuten voor het mondstukinterface, zoals passend is
voor de mate waarin de patiënt afhankelijk is van de ventilatie.
Zie Activeringstijd instellen (zie pagina 136).
Wellicht is het bij een juiste configuratie van het ontkoppelingsalarm
passend om de Apneurespons op UIT in te stellen.
-alarm of constant toezicht.
2
-alarm
2

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Astral 100Astral 150

Inhoudsopgave