Inleiding
NB
Volg bij het gebruiken van de functie Veilige stop altijd de
instructies in de sectie Veilige stop in de Design Guide op.
4.
Stuursignalen van, of intern in, de frequentieom-
vormer kunnen in uitzonderlijke gevallen per
ongeluk geactiveerd of vertraagd worden, of
helemaal uitblijven. Wanneer de frequentieom-
vormer wordt gebruikt in situaties waarbij
veiligheid essentieel is, bijv. bij het besturen van
de elektromagnetische remfunctie van een
hijstoepassing, mag niet enkel op deze
stuursignalen worden vertrouwd.
WAARSCHUWING
Hoge spanning
Het aanraken van elektrische onderdelen kan fatale
gevolgen hebben – zelfs nadat de apparatuur is
afgeschakeld van het net.
Zorg er ook voor dat de andere spanningsingangen, zoals
de externe 24 V DC, loadsharing (koppeling van de DC-
tussenkring) en de motoraansluiting voor kinetische
backup zijn afgeschakeld.
Systemen waarin frequentieomvormers zijn geïnstalleerd,
moeten zo nodig worden uitgerust met aanvullende
bewakings- en beveiligingsapparatuur conform de
geldende veiligheidsvoorschriften, zoals wetgeving met
betrekking tot mechanische werktuigen, regelgeving ter
voorkoming van ongelukken, enz. Modificatie van de
frequentieomvormer door middel van bedieningssoftware
is toegestaan.
NB
De machinebouwer/integrator moet gevaarlijke situaties
identificeren en beoordelen welke voorzorgsmaatregelen
noodzakelijk zijn. Het kan hierbij gaan om aanvullende
bewakings- en beveiligingsapparatuur conform de
geldende nationale veiligheidsvoorschriften, zoals
wetgeving met betrekking tot mechanische werktuigen en
regelgeving ter voorkoming van ongelukken.
NB
Liften, hef- en hijswerktuigen:
De besturing van externe remmen moet altijd redundant
worden uitgevoerd. De frequentieomvormer mag onder
geen enkele voorwaarde het primaire veiligheidscircuit zijn.
Zorg dat er wordt voldaan aan de relevante normen, zoals
Hef- en hijswerktuigen: IEC 60204-32
Liften: EN 81
®
VLT
AutomationDrive Programmeerhandleiding
®
MG33MF10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Beschermingsmodus
Zodra een hardwarematige begrenzing van de
motorstroom of DC-tussenkringspanning wordt
overschreden, zal de omvormer in de 'Beschermingsmodus'
gaan werken. 'Beschermingsmodus' betekent een wijziging
van de PWM-modulatiestrategie en een lagere schakelfre-
quentie om verliezen tot een minimum te beperken. Dit
houdt aan tot 10 s na de laatste fout en verhoogt de
betrouwbaarheid en degelijkheid van de frequentieom-
vormer terwijl deze de motor weer volledig onder controle
krijgt.
In hijstoepassingen kan de 'Beschermingsmodus' niet
worden gebruikt omdat de frequentieomvormer over het
algemeen niet in staat is om deze modus weer te verlaten,
waardoor het langer zal duren voordat de rem wordt
geactiveerd – wat niet raadzaam is.
De 'Beschermingsmodus' kan worden uitgeschakeld door
14-26 Uitschakelvertraging bij inverterfout in te stellen op
nul, zodat de frequentieomvormer onmiddellijk zal
uitschakelen als een van de hardwarematige begrenzingen
wordt overschreden.
NB
Het wordt aangeraden om de beveiligingsmodus uit te
schakelen bij hijstoepassingen (14-26 Uitschakelvertraging
bij inverterfout = 0).
1
1
7