Parameterbeschrijving
3.5.7 3-8* Andere Ramps
3-80 Jog ramp-tijd
Range:
Functie:
Size
[0.01
Stel de jog-aan/uitlooptijd in die nodig is om
related
- 3600
te versnellen/vertragen tussen 0 tpm en de
*
s]
nominale motorfrequentie n
de totale uitgangsstroom die nodig is voor
de betreffende jog-aan/uitlooptijd, niet hoger
is dan de ingestelde stroomgrens in
4-18 Stroombegr.. De jog-aan/uitlooptijd start
wanneer er via het LCP, een geselecteerde
digitale ingang of de seriële-communica-
tiepoort een jogsignaal wordt gegeven.
Wanneer de jog-functie is uitgeschakeld, zijn
de normale aan/uitlooptijden van toepassing.
Afbeelding 3.27
t jog s x n s tpm
Par. . 3 − 80 =
jog snelheid ( par . 3 − 19 ) tpm
Δ
3-81 Snelle stop ramp-tijd
Range:
Functie:
Size
[0.01
Voer de uitlooptijd voor de snelle stop in,
related
- 3600
d.w.z. de vertragingstijd van de synchrone
*
s]
motorsnelheid tot 0 tpm. Zorg ervoor dat er
geen overspanning ontstaat in de omvormer
als gevolg van de generatorwerking van de
motor die nodig is om de betreffende
uitlooptijd te realiseren. Zorg er tevens voor
dat de opgewekte stroom die nodig is om de
betreffende uitlooptijd te realiseren, de
ingestelde stroomgrens in 4-18 Stroombegr.
niet overschrijdt. De snelle stop wordt
geactiveerd door middel van een signaal op
een geselecteerde digitale ingang of via de
seriële-communicatiepoort.
®
VLT
AutomationDrive Programmeerhandleiding
. Zorg ervoor dat
s
®
MG33MF10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Afbeelding 3.28
3-82 Snelle stop aan/uitloop
Option:
Functie:
Selecteer het type ramp, afhankelijk van de
vereisten met betrekking tot versnelling/
vertraging. Een lineaire aanloop zorgt voor
een constante versnelling tijdens het
aanlopen. Een S-ramp zorgt voor een niet-
lineaire versnelling en biedt zo compensatie
voor schokbewegingen in de toepassing.
[0] Lineair
[1] S-ramp const.
schok
[2] S-ramp const.
tijd
3-83 Snelle stop S-rampverh. bij decel. start
Range:
Functie:
50%
[ 1 - 99%] Stel het gedeelte van de totale uitlooptijd
*
(3-42 Ramp 1 uitlooptijd) in waarin het vertra-
gingskoppel toeneemt. Hoe hoger het
percentage, hoe hoger de verkregen
schokcompensatie; hierdoor zal het aantal
koppelschokken in de toepassing dus
verminderen.
3-84 Snelle stop S-rampverh. bij decel. einde
Range:
Functie:
50%
[ 1 - 99%] Stel het gedeelte van de totale uitlooptijd
*
(3-42 Ramp 1 uitlooptijd) in waarin het vertra-
gingskoppel afneemt. Hoe hoger het
percentage, hoe hoger de verkregen
schokcompensatie; hierdoor zal het aantal
koppelschokken in de toepassing dus
verminderen.
3
3
67