Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Setupafhandeling; Actieve Setup - Danfoss VLT AutomationDrive Programmeerhandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
0-04 Bedieningsstatus bij insch. (handm.)
Option:
Functie:
Selecteert de bedieningsmodus wanneer de
netspanning weer wordt ingeschakeld na een
uitschakeling in de handmatige (lokale)
bedieningsmodus.
[0] Hervatten
Hiermee start u de frequentieomvormer op
met de lokale referentie en de start/stop-
instellingen (gegeven via [Hand on/Off]) die
vlak voor uitschakeling van de frequentieom-
vormer van kracht waren.
[1] Gedw. stop,
Hiermee zorgt u dat de frequentieomvormer
ref=oud
opnieuw opstart en de opgeslagen lokale
referentie gebruikt wanneer de netspanning
weer is ingeschakeld en op [Hand on] wordt
gedrukt.
[2] Gedw. stop,
Hiermee wordt de lokale referentie weer op 0
ref=0
gezet wanneer de frequentieomvormer weer
wordt opgestart.

3.2.2 0-1* Setupafhandeling

Definieer en beheer de afzonderlijke parametersetups.
De frequentieomvormer heeft vier parametersetups die
onafhankelijk van elkaar kunnen worden geprogrammeerd.
Dit maakt de frequentieomvormer bijzonder flexibel en
geschikt als oplossing voor problemen met geavanceerde
regelfuncties, waardoor vaak bespaard kan worden op
externe regelapparatuur. De parametersetups kunnen
bijvoorbeeld worden gebruikt om de frequentieomvormer
te programmeren voor werking met een bepaald type
regeling in één setup (bijv. motor 1 voor horizontale
beweging) en voor werking met een ander type regeling
in een andere setup (bijv. motor 2 voor verticale
beweging). De diverse setups kunnen echter ook door een
OEM machinefabrikant worden gebruikt om alle, in de
fabriek in elkaar gezette frequentieomvormers voor elk
machinetype binnen een productreeks op identieke wijze
te programmeren, zodat tijdens de productie/inbedrijf-
stelling enkel maar de juiste setup hoeft te worden
geselecteerd op basis van de machine waarop de frequen-
tieomvormer wordt geïnstalleerd.
De actieve setup (d.w.z. de setup op basis waarvan de
frequentieomvormer op dit moment werkt) kan worden
geselecteerd via 0-10 Actieve setup en wordt op het LCP
weergegeven. Via de optie Multi setup is het mogelijk om
via een digitale ingang of seriële communicatie te
schakelen tussen setups, waarbij de frequentieomvormer in
bedrijf is dan wel is gestopt. Als het nodig is om tijdens
bedrijf van setup te wisselen, moet 0-12 Setup gekoppeld
aan juist zijn geprogrammeerd. Met behulp van 0-11 Setup
wijzigen kunnen parameters binnen elk van de setups
worden gewijzigd terwijl de frequentieomvormer blijft
functioneren in de actieve setup. Dit kan een andere setup
zijn dan de setup die wordt gewijzigd. Het gebruik van
®
VLT
AutomationDrive Programmeerhandleiding
®
MG33MF10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
0-51 Kopie setup maakt het mogelijk om parameterinstel-
lingen van de ene setup naar de andere te kopiëren,
waardoor de inbedrijfstelling sneller kan verlopen als
vergelijkbare parameterinstellingen nodig zijn in
verschillende setups.

0-10 Actieve setup

Option:
Functie:
Selecteer de setup voor het besturen van de
functies van de frequentieomvormer.
[0] Fabrieks-
Kan niet worden gewijzigd. Deze setup bevat
instell.
de dataset van Danfoss en kan worden
gebruikt als gegevensbron wanneer de andere
setups in een bekende staat moeten worden
teruggebracht.
[1] Setup 1
[1] Setup 1 tot [4] Setup 4 zijn de vier
afzonderlijke parametersetups waarbinnen alle
parameters kunnen worden geprogrammeerd.
[2] Setup 2
[3] Setup 3
[4] Setup 4
[9] Multi setup
Externe setupselectie via digitale ingangen en
de seriële-communicatiepoort. Deze setup
maakt gebruik van de instellingen van
0-12 Setup gekoppeld aan. Stop de frequentie-
omvormer voordat u wijzigingen aanbrengt in
de functies met en zonder terugkoppeling.
Gebruik 0-51 Kopie setup om een setup naar een of meer
andere setups te kopiëren. Stop de frequentieomvormer
voordat u schakelt tussen setups waarbij parameters die
zijn gemarkeerd als 'niet te wijzigen tijdens bedrijf',
verschillende waarden hebben. Om conflicterende instel-
lingen van een bepaalde parameter binnen twee
verschillende setups te voorkomen, moeten de setups
worden gekoppeld via 0-12 Setup gekoppeld aan.
Parameters die niet zijn te wijzigen tijdens bedrijf zijn
gemarkeerd als FALSE in de parameterlijsten in 4 Parame-
terlijsten.
0-11 Setup wijzigen
Option:
Functie:
Selecteer de setup die tijdens bedrijf moet
worden gewijzigd (d.w.z. geprogrammeerd);
dit kan de actieve setup zijn of een van de
inactieve setups.
[0] Fabrieks-
Deze setup kan niet worden gewijzigd maar is
instell.
nuttig als gegevensbron wanneer de andere
setups in een bekende staat moeten worden
teruggebracht.
[1] Setup 1
[1] Setup 1 tot [4] Setup 4 kunnen vrij worden
gewijzigd tijdens bedrijf, ongeacht welke setup
actief is.
[2] Setup 2
[3] Setup 3
3
3
25

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt automationdrive fc 301Vlt automationdrive fc 302

Inhoudsopgave