Parameterbeschrijving
14-35 Afslagbeveiliging
Option:
Functie:
14-35 Afslagbeveiliging is enkel actief in de
fluxmodus.
[0] Uitgesch.
[1] Ingesch.
3.15.4 14-4* Energieoptimalisatie
Parameters voor het aanpassen van het energieoptimalisa-
tieniveau in zowel de Variabele Koppel-modus (VT) als de
Automatische Energieoptimalisatie-modus (AEO) in
1-03 Koppelkarakteristiek.
14-40 VT-niveau
Range:
Functie:
66%
[40 - 90%] Stel het niveau in voor motormagnetisering
*
bij lage snelheid. Het instellen van een lage
waarde vermindert het energieverlies in de
motor maar vermindert tevens het maximale
belastingsniveau.
NB
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de
motor loopt.
NB
Deze parameter is niet actief als 1-10 Motorconstructie is
ingesteld op PM, niet uitspr. SPM [1].
14-41 Min. magnetisering AEO
Range:
Functie:
Size
[40 -
Stel de minimaal toegestane magneti-
related
75%]
sering voor AEO in. Het instellen van
*
een lage waarde vermindert het
energieverlies in de motor maar kan
ook de weerstand tegen plotselinge
veranderingen in de belasting
verminderen.
NB
Deze parameter is niet actief als 1-10 Motorconstructie is
ingesteld op PM, niet uitspr. SPM [1].
14-42 Min. AEO-frequentie
Range:
Functie:
10 Hz
[5 - 40 Hz] Stel de minimumfrequentie in waarbij de
*
Automatische Energieoptimalisatie (AEO)
actief is.
NB
Deze parameter is niet actief als 1-10 Motorconstructie is
ingesteld op PM, niet uitspr. SPM [1].
®
VLT
AutomationDrive Programmeerhandleiding
®
MG33MF10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
14-43 Cosphi motor
Range:
Functie:
Size
[0.40 -
Het Cos(phi)-instelpunt wordt
related
0.95 ]
automatisch ingesteld voor optimale
*
AEO-prestaties. Deze parameter moet
gewoonlijk niet worden gewijzigd. In
bepaalde situaties kan het nodig zijn om
een nieuwe waarde in te voeren in
verband met een fijnafstelling.
3.15.5 14-5* Omgeving
Deze parameters dienen om de frequentieomvormer te
laten functioneren onder speciale omgevingscondities.
14-50 RFI-filter
Deze parameter is alleen beschikbaar voor de FC 302. Hij is niet
relevant voor de FC 301 vanwege een ander ontwerp en kortere
motorkabels.
Option: Functie:
[0] Uit
Selecteer Uit [0] alleen als de frequentieomvormer
wordt gevoed door een geïsoleerde netbron (IT-net).
Bij gebruik van een filter selecteert u Uit [0] tijdens het
laden om een hoge lekstroom, en activering van de
RCD-schakelaar als gevolg hiervan, te voorkomen.
In deze modus worden de interne RFI-condensatoren
tussen het chassis en het RFI-filtercircuit uitgeschakeld
om de aardlekstromen te beperken.
[1] Aan Selecteer Aan [1] om ervoor te zorgen dat de frequen-
tieomvormer voldoet aan de EMC-normen.
Afbeelding 3.60
14-51 DC-linkcompensatie
Option: Functie:
De gelijkgerichte AC-DC-spanning bij de DC-tussenkring
van de frequentieomvormer kan last hebben van
spanningsrimpels. Deze rimpels kunnen in sterkte
toenemen met een toename van de belasting. Deze
rimpels zijn ongewenst omdat ze stroom- en koppel-
rimpels kunnen veroorzaken. Om deze spanningsrimpels
bij de DC-tussenkring te beperken, wordt een compen-
satiemethode toegepast. In het algemeen geldt dat
compensatie van de DC-tussenkring wordt aangeraden
3
3
143