Parameterbeschrijving
3.16 Parameters: 15-** Geg. omvormer
3.16.1 15-0* Bedrijfsgegevens
15-00 Bedrijfsuren
Range:
Functie:
0 h
[0 - 2147483647
Geef weer hoeveel uren de frequentie-
*
h]
omvormer in bedrijf is geweest. De
waarde wordt opgeslagen wanneer de
frequentieomvormer wordt
uitgeschakeld.
15-01 Aantal draaiuren
Range:
Functie:
0 h
[0 - 2147483647
Geef weer hoeveel uur de motor heeft
*
h]
gedraaid. Reset de teller in
15-07 Draaiurenteller reset. De waarde
wordt opgeslagen wanneer de frequen-
tieomvormer wordt uitgeschakeld.
15-02 KWh-teller
Range:
Functie:
0 kWh
[0 - 2147483647
Registreert het energieverbruik van
*
kWh]
de motor als gemiddelde waarde
over één uur. Reset de teller in
15-06 kWh-teller reset.
15-03 Inschakelingen
Range:
Functie:
0
[0 - 2147483647 ] Geef het aantal uren weer dat de
*
frequentieomvormer in bedrijf is
geweest.
15-04 x Overtemp.
Range:
Functie:
0
[0 - 65535 ] Geef weer hoeveel temperatuurfouten er voor
*
de frequentieomvormer zijn opgetreden.
15-05 x Overspann.
Range:
Functie:
0
[0 - 65535 ] Geef weer hoe vaak er overspanning van de
*
frequentieomvormer is opgetreden.
15-06 kWh-teller reset
Option:
Functie:
[0] Niet resetten Een reset van de kWh-teller is niet nodig.
[1] Teller reset
Druk op [OK] om de kWh-teller terug te zetten
op nul (zie 15-02 KWh-teller).
NB
De reset wordt uitgevoerd door op [OK] te drukken.
®
VLT
AutomationDrive Programmeerhandleiding
®
MG33MF10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
15-07 Draaiurenteller reset
Option:
Functie:
[0] Niet resetten
[1] Teller reset
Selecteer Teller reset [1] en druk op [OK] om de
draaiurenteller terug te zetten op nul (zie
15-01 Aantal draaiuren). Deze parameter kan
niet worden geselecteerd via de seriële poort,
RS 485.
Selecteer Niet resetten [0] als een reset van de
draaiurenteller niet nodig is.
3.16.2 15-1*Instellingen datalog
De datalog maakt het mogelijk om continu tot 4
gegevensbronnen (15-10 Logbron) met afzonderlijke
intervallen (15-11 Loginterval) te loggen. Een triggerge-
beurtenis (15-12 Triggergebeurt.) en enkele steekproeven
(15-14 Steekproeven voor trigger) worden gebruikt om het
loggen conditioneel te starten en te stoppen.
15-10 Logbron
Array [4]
Option:
[0]
Geen
[15]
Readout: actual setup
[1472] VLT alarmwoord
[1473] VLT waarsch.wrd
[1474] VLT uitgebr statusw.
[1600] Stuurwoord
[1601] Referentie [Eenh.]
[1602] Referentie %
[1603] Statuswoord
[1610] Verm. [kW]
[1611] Verm. [pk]
[1612] Motorspanning
[1613] Frequentie
[1614] Motorstroom
[1616] Koppel [Nm]
[1617] Snelh. [RPM]
[1618] Motor therm.
[1621] Torque [%] High Res.
[1622] Koppel [%]
[1625] Koppel [Nm] hoog
[1630] DC-aansluitsp.
[1632] Remenergie/s
[1633] Remenergie/2 min.
[1634] Temp. koellich.
[1635] Inverter therm.
[1648] Speed Ref. After Ramp [RPM]
[1650] Externe referentie
[1651] Pulsreferentie
[1652] Terugk. [Eenh]
Functie:
Selecteer welke variabelen
moeten worden gelogd.
147
3
3