Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss VLT AutomationDrive Programmeerhandleiding pagina 68

Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
3.5.6 3-7* Ramp 4
Zie parametergroep 3-4* voor informatie over het instellen
van aan/uitloopparameters.
3-70 Ramp 4 type
3
3
Option:
[0] Lineair
[1] S-ramp
const. schok
[2] S-ramp
const. tijd
NB
Als S-ramp [1] is geselecteerd en de referentie tijdens het
aan/uitlopen wordt gewijzigd, kan de aan/uitlooptijd
worden verlengd om te zorgen voor een schokvrije
beweging, wat kan resulteren in een langere start- of
stoptijd.
Extra aanpassingen van de S-rampverhoudingen of starters
voor omschakelingen kunnen noodzakelijk zijn.
3-71 Ramp 4 aanlooptijd
Range:
Size
[ 0.01
related
- 3600
*
s]
3-72 Ramp 4 uitlooptijd
Range:
Size
[ 0.01
related
- 3600
*
s]
66
VLT
Functie:
Selecteer het type ramp, afhankelijk van de
vereisten met betrekking tot versnelling/
vertraging. Een lineaire aanloop zorgt voor een
constante versnelling tijdens het aanlopen. Een
S-ramp zorgt voor een niet-lineaire versnelling
en biedt zo compensatie voor schokbewe-
gingen in de toepassing.
Versnelt met zo weinig mogelijk schokbewe-
gingen.
S-ramp op basis van de ingestelde waarden in
3-71 Ramp 4 aanlooptijd en 3-72 Ramp 4
uitlooptijd.
Functie:
Voer de aanlooptijd in, d.w.z. de tijd die
nodig is om te versnellen van 0 tpm tot de
nominale motorsnelheid n
. Stel de
s
aanlooptijd zo in dat de uitgangsstroom
tijdens het aanlopen de ingestelde
stroomgrens in 4-18 Stroombegr. niet
overschrijdt. De waarde 0,00 komt overeen
met 0,01 s in snelheidsmodus. Zie uitlooptijd
in 3-72 Ramp 4 uitlooptijd.
t acc s x n s tpm
Par. . 3 − 71 =
ref tpm
Functie:
Voer de uitlooptijd in, d.w.z. de tijd die nodig
is om te vertragen van de nominale
motorsnelheid n
tot 0 tpm. Stel de uitlooptijd
s
zo in dat er in de omvormer geen
overspanning ontstaat als gevolg van de
generatorwerking van de motor en de
opgewekte stroom de ingestelde stroomgrens
in 4-18 Stroombegr. niet overschrijdt. De
waarde 0,00 komt overeen met 0,01 s in
MG33MF10 – VLT
®
AutomationDrive Programmeerhandleiding
3-72 Ramp 4 uitlooptijd
Range:
3-75 Ramp 4 S-ramp ratio bij versn. Start
Range:
50%
[ 1 - 99%] Stel het gedeelte van de totale aanlooptijd
*
3-76 Ramp 4 S-ramp ratio bij versn. Einde
Range:
50%
[ 1 - 99%] Stel het gedeelte van de totale aanlooptijd
*
3-77 Ramp 4 S-ramp ratio bij vertr. Start
Range:
50%
[ 1 - 99%] Stel het gedeelte van de totale uitlooptijd
*
3-78 Ramp 4 S-ramp ratio bij vertr. Einde
Range:
50%
[ 1 - 99%] Stel het gedeelte van de totale uitlooptijd
*
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Functie:
snelheidsmodus. Zie aanlooptijd in 3-71 Ramp
4 aanlooptijd.
t dec s x n s tpm
Par. . 3 − 72 =
ref tpm
Functie:
(3-71 Ramp 4 aanlooptijd) in waarin het
versnellingskoppel toeneemt. Hoe hoger het
percentage, hoe hoger de verkregen
schokcompensatie; hierdoor zal het aantal
koppelschokken in de toepassing dus
verminderen.
Functie:
(3-71 Ramp 4 aanlooptijd) in waarin het
versnellingskoppel afneemt. Hoe hoger het
percentage, hoe hoger de verkregen
schokcompensatie; hierdoor zal het aantal
koppelschokken in de toepassing dus
verminderen.
Functie:
(3-72 Ramp 4 uitlooptijd) in waarin het vertra-
gingskoppel toeneemt. Hoe hoger het
percentage, hoe hoger de verkregen
schokcompensatie; hierdoor zal het aantal
koppelschokken in de toepassing dus
verminderen.
Functie:
(3-72 Ramp 4 uitlooptijd) in waarin het vertra-
gingskoppel afneemt. Hoe hoger het
percentage, hoe hoger de verkregen
schokcompensatie; hierdoor zal het aantal
koppelschokken in de toepassing dus
verminderen.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt automationdrive fc 301Vlt automationdrive fc 302

Inhoudsopgave