Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
1-69 Max. traagheid
Range:
Functie:
berekenen. Wordt gebruik in de
koppelbegrenzingsregelaar.
Alleen FC 302.
NB
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de
motor loopt.

3.3.7 1-7* Startaanpassingen

1-70 PM Start Mode
Selecteer de startmodus voor de PM-motor. Dit is nodig om de
VVC+-regelkern voor een tot op dat moment vrijlopende PM-
motor te initialiseren. Bij beide opties worden de snelheid en
hoek geschat. Alleen beschikbaar voor PM-motoren in VVC+.
Option:
[0]
Rotor Detection
[1]
Parking
1-71 Startvertraging
Range:
Functie:
0 s
[0 - 25.5 s] Deze parameter verwijst naar de ingestelde
*
startfunctie in 1-72 Startfunctie.
Voer de vereiste vertragingstijd voorafgaand
aan acceleratie in.
1-72 Startfunctie
Option:
Functie:
Selecteer de startfunctie die actief is tijdens
de startvertraging. Deze parameter is
gekoppeld aan 1-71 Startvertraging.
[0] DC-houd/
Hierdoor wordt de motor gedurende de
vertr. tijd
startvertraging voorzien van een DC-
houdstroom (2-00 DC-houdstroom).
[1] DC-rem/
Hierdoor krijgt de motor gedurende de
vertr.-tijd
startvertraging een DC-remstroom (2-01 DC-
remstroom).
[2] Vrijloop/
De motor loopt vrij tijdens de startvertra-
vertr.-tijd
gingstijd (inverter uit).
[3] Startsn.
Enkel mogelijk in combinatie met VVC+.
rechtsom
®
VLT
AutomationDrive Programmeerhandleiding
Functie:
Schat de elektrische hoek van
de rotor en gebruikt deze als
startpunt. Standaardwaarde
voor AutomationDrive-toepas-
singen.
De parkeerfunctie past een DC-
stroom toe over de
statorwikkeling en roteert de
rotor naar de elektrische
nulpositie (typische waarde
voor HVAC-toepassingen).
®
MG33MF10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
1-72 Startfunctie
Option:
Functie:
Selecteer in 1-74 Startsnelh.[TPM] en
1-76 Startstroom de functie die actief moet
zijn gedurende de startvertraging.
Ongeacht de waarde die door het referentie-
signaal wordt toegepast, zal de
uitgangssnelheid overeenkomen met de
startsnelheid in 1-74 Startsnelh.[TPM] of
1-75 Startsnelh. [Hz] en zal de uitgangsstroom
overeenkomen met de instelling van de
startstroom in 1-76 Startstroom. Deze functie
wordt vooral gebruikt bij hijstoepassingen
zonder contragewicht en in het bijzonder bij
toepassingen met een schuifankermotor,
waarbij de start rechtsom gebeurt, gevolgd
door draaien in de referentierichting.
[4] Horizontaal
Enkel mogelijk in combinatie met VVC+.
bedrijf
Hiermee verkrijgt u tijdens de startvertraging
de in 1-74 Startsnelh.[TPM] en 1-76 Startstroom
beschreven functie. De motor zal in de
referentierichting draaien. Als het referentie-
signaal gelijk is aan nul (0), zal 1-74 Startsnelh.
[TPM] worden genegeerd en zal de uitgangs-
snelheid gelijk zijn aan nul (0). De
uitgangsstroom komt overeen met de
ingestelde startstroom in 1-76 Startstroom.
[5] VVC+/Flux
Geldt enkel voor de beschreven functie in
rechtsom
1-74 Startsnelh.[TPM]. De startstroom wordt
automatisch berekend. Deze functie gebruikt
de startsnelheid alleen tijdens de startver-
traging. Ongeacht de waarde die door het
referentiesignaal wordt ingesteld, zal de
uitgangssnelheid overeenkomen met de
ingestelde startsnelheid in 1-74 Startsnelh.
[TPM]. Startsn. rechtsom [3] en VVC+/Flux
rechtsom [5] worden in het bijzonder gebruikt
in hijstoepassingen. Horizontaal bedrijf [4]
wordt met name gebruikt in toepassingen
met een contragewicht en een horizontale
beweging.
[6] Vrijg m. rem
Om gebruik te maken van de mechanische
hijsen
rembesturingsfuncties in 2-24 Stopvertr. tot
2-28 Verst.boostfactor. Deze parameter is alleen
actief wanneer 1-01 Motorbesturingsprincipe is
ingesteld op Flux met enc.terugk. [3] (alleen FC
302).
[7] VVC+/Flux
counter-cw
3
3
45

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vlt automationdrive fc 301Vlt automationdrive fc 302

Inhoudsopgave