(grind, ijzel, sneeuw), zodat de
wielen in alle denkbare situaties
blijven draaien om de rijstabiliteit
te waarborgen. Na het herken-
nen van de werkelijke omstan-
digheden regelt het systeem de
optimale remdruk in.
Hoe kan het ABS door
de berijder worden
opgemerkt?
Als het ABS vanwege de hierbo-
ven beschreven omstandigheden
de remkracht moet verminderen,
dan is dit door trillingen aan de
remhendel voelbaar.
Bij het bedienen van de remhen-
del wordt via de Integralfunctie
ook bij de achterwiel remdruk
opgebouwd. Als het rempedaal
pas daarna wordt bediend, is de
reeds opgebouwde remdruk eer-
der als tegendruk merkbaar dan
wanneer het rempedaal vóór of
gelijk met de remhendel wordt
bediend.
Omhoogkomen van het
achterwiel
Bij zeer sterke en snelle vertra-
gingen kan het voorkomen dat
het ABS het omhoogkomen van
het achterwiel niet kan verhin-
deren. Dit kan eveneens tot het
over de kop slaan van de motor-
fiets leiden.
WAARSCHUWING
Omhoog komen van het ach-
terwiel door krachtig remmen
Kans op ongevallen
Houd er bij het remmen re-
kening mee dat de ABS-re-
geling niet in alle gevallen kan
voorkomen dat het achterwiel
omhoogkomt.
Hoe werkt het ABS ?
Het ABS waarborgt binnen de
grenzen van de natuurkundige
wetten de rijstabiliteit op elke on-
dergrond. Het systeem is niet
ontworpen voor speciale eisen
zoals die gelden voor wedstrijd-
gebruik op het circuit. Het rijge-
drag moet aan de rijvaardigheid
en aan de toestand van het weg-
dek worden aangepast.
Bijzondere situaties
Voor het herkennen van de blok-
keerneiging worden o.a. de toe-
rentallen van het voor- en ach-
terwiel vergeleken. Indien over
een langere periode niet aanne-
melijke waarden worden herkend,
wordt om veiligheidsredenen de
ABS-functie uitgeschakeld en
een ABS-storing weergegeven.
Voorwaarde voor een storings-
melding is een afgesloten zelfdia-
gnose.
Naast problemen aan het
BMW Motorrad ABS kunnen ook
ongebruikelijke rijsituaties tot een
storingsmelding leiden:
7
109
z