Het motorsymbool knippert.
De motor draait in de nood-
loopfunctie. Het risico van
motorschade kan niet worden
uitgesloten.
Rijstijl aanpassen: Langzaam rij-
den, accelereren en inhaalma-
noeuvres vermijden.
Indien mogelijk de motorfiets la-
ten ophalen en de storing door
een specialist laten verhelpen,
bij voorkeur een BMW Motorrad
partner.
Mogelijke oorzaak:
De motorregeleenheid heeft een
storing vastgesteld die ernstige
gevolgstoringen kan veroorza-
ken. De motor bevindt zich in de
noodloopfunctie.
Het is mogelijk verder te rijden,
maar dit is niet aan te raden.
Hoge belastingen en toerental-
len zo mogelijk vermijden.
Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad partner.
Motoroliepeil te laag
Het oliekansymbool wordt
weergegeven.
OILLVL CHECK
wordt weer-
gegeven.
Mogelijke oorzaak:
De elektronische oliepeilsensor
heeft een te laag oliepeil ge-
constateerd. Bij de volgende
tankstop:
Motoroliepeil controleren
(
103).
Bij een te laag oliepeil:
Motorolie bijvullen (
Bij correct oliepeil:
Neem contact op met een spe-
cialist, bij voorkeur een BMW
Motorrad dealer.
Ontoereikende
acculaadspanning
Het algemene waarschu-
wingslampje brandt rood.
Het accusymbool wordt
weergegeven.
Een ontladen accu leidt tot
uitval van verschillende sys-
temen, bijv. verlichting, motor of
ABS. Daardoor kunnen gevaar-
lijke rijomstandigheden ontstaan.
Niet verder rijden.
De accu wordt niet opgeladen.
Bij doorrijden ontlaadt de voertui-
gelektronica de accu.
Wanneer de 12V-accu ver-
keerd wordt ingebouwd of
104).
wanneer de klemmen worden
verwisseld (bijvoorbeeld bij start-
hulp), kan dit ertoe leiden dat de
zekering voor de dynamoregelaar
doorbrandt.
3
37
z