Bij volledig uitgevoerde stoomafbouw worden condensaat en eventuele voedsel-
resten beter in de waterafvoer verzameld.
Tijdens het spoelen kan te allen tijde een nieuwe gebruikswijze worden gestart.
▸ Reinig de zeef.
▸ Om roest- en geurvorming te voorkomen waterresten en vuil met een zachte doek
wegvegen.
▸ De apparaatdeur in de kierstand laten staan totdat de kookruimte afgekoeld en droog
is.
5.12
Toestel uitschakelen
▸ Raak de sensortoets
– Er klinkt een geluidssignaal.
– Een lopende bedrijfsmodus of toepassing wordt beëindigd; als timers of verlichting
van de kookruimte zijn ingeschakeld, blijven ze actief.
– In het display staat «
– Indien de kernthermometer is aangebracht, wordt de kerntemperatuur
aangegeven. *
* Afhankelijk van softwareversie
– Na alle gebruikswijzen met stoom staat er in het display: «Toestel wordt leegge-
maakt.»
▸ Raak de sensortoets
– Alle sensortoetsen worden donker.
– Alle functies worden beëindigd en uitgeschakeld.
Of, bij bedrijfseinde:
▸ Selecteer optie
– Er klinkt een geluidssignaal.
– Een lopende bedrijfsmodus of toepassing wordt beëindigd; als timers of verlichting
van de kookruimte zijn ingeschakeld, blijven ze actief.
– In het display staat: «
– Indien de kernthermometer is aangebracht, wordt de kerntemperatuur
aangegeven. *
* Afhankelijk van softwareversie
▸ Raak de sensortoets
– Alle sensortoetsen worden donker.
– Alle functies worden beëindigd en uitgeschakeld.
Het toestel is uitgeschakeld als er geen sensortoetsen meer branden en het dis-
play donker is.
De koelingsventilator kan verder draaien.
aan.
restwarmte».
nogmaals aan.
in het display.
restwarmte».
aan.
5 Bediening
23