• Monteer nooit gebruikte banden wanneer het eerdere
gebruik onbekend is. Neem contact op met uw erkende
dealer of een bandenspecialist voor advies.
• Controleer, na het aanbrengen van de banden, of de
wielmoeren goed vastzitten na 100 km ( 60 miles) of
3 h bedrijf. Controleer daarna op regelmatige basis of
ze nog goed vastzitten.
• Plaats de banden niet op koolwaterstoffen (olie, diesel,
vet, etc.).
• De banden van uw tractor moet periodiek worden ge-
controleerd. Let hierbij met name op:
het profiel, dat een gelijkmatige slijtage moet laten zien;
de wangen, er mogen geen scheuren, uitpuilingen of
afschavingen zijn.
• Laat de banden controleren door een specialist, als u
een of meer van de bovenstaande problemen consta-
teert.
6 - BEDIENING VOOR WERKZAAMHEDEN
6-29
• Raadpleeg een expert wanneer een band is blootge-
steld aan hevige schokken, ook als hierdoor geen zicht-
bare schade is ontstaan.
• Banden verouderen, zelfs als ze weinig of niet worden
gebruikt. Barsten op de zijkanten, soms vergezeld van
uitpuilingen, zijn een teken van veroudering.
• Op tractoren gemonteerde banden die weinig worden
gebruikt verouderen sneller dan wanneer ze vaker wor-
den gebruikt. In dit geval is het raadzaam de tractor van
de grond op te lichten en de banden te beschermen te-
gen direct zonlicht.
LET OP: Banden moeten worden vervangen door hier-
voor opgeleide personen die beschikken over de juiste
werktuigen en technische kennis. Als banden worden
vervangen door onervaren personen, kan dit leiden tot
ernstig lichamelijk letsel, ernstige schade aan de banden
en vervorming van de wielvelg.