42
Sleutels, portieren en ruiten
Verwarmde spiegels
De verwarming van de achterruit en
de buitenspiegels werkt door indruk‐
ken van b. De LED in de toets licht
op.
De verwarming werkt bij een draai‐
ende motor en wordt na korte tijd
automatisch uitgeschakeld.
Automatische dimfunctie
Verblinding door achterliggers in het
donker wordt automatisch vermin‐
derd door de buitenspiegel aan
bestuurderskant te dimmen.
Parkeerhulp
Bij spiegels met een standgeheugen
worden de buitenspiegels als hulp‐
middel bij het parkeren automatisch
op de achterbanden gericht zodra u
de achteruitversnelling inschakelt,
behalve wanneer een aanhanger is
aangekoppeld.
Geheugenplaats 3 53.
Deze functie is in of uit te schakelen
op het Info-Display.
Info-Display 3 121.
Binnenspiegel
Handmatige dimfunctie
Om verblinding te verminderen, de
hendel aan de onderkant van de spie‐
gelbehuizing verstellen.