voetgangersbescherming vóór kan
het automatisch remmen vóór ook
gaan werken na het detecteren van
een voetganger vóór de auto.
Het automatische noodstopsysteem
remt de auto mogelijk tot stilstand af
om een mogelijke botsing te helpen
voorkomen. Als dit gebeurt, schakelt
het automatische noodstopsysteem
mogelijk de elektrische parkeerrem in
om de auto op zijn plaats te houden.
Druk om de elektrische parkeerrem
los te zetten op de knop of trap het
gaspedaal krachtig in.
9 Waarschuwing
Het automatisch noodstopsys‐
teem is een noodfunctie ter voor‐
bereiding op een botsing en is niet
ontworpen om botsingen te voor‐
komen. Vertrouw voor het afrem‐
men van de auto niet op het
systeem. Het automatische nood‐
stopsysteem remt niet buiten het
actieve snelheidsbereik en
reageert alleen op gedetecteerde
voertuigen en voetgangers.
Anticiperend
remassistentiesysteem
Naast het anticiperend remsysteem
en het automatisch noodstopsysteem
verhoogt het anticiperende remassis‐
tentiesysteem de gevoeligheid van de
remassistentie. Daarom remt de auto
bij minder stevig intrappen van het
rempedaal onmiddellijk krachtig af.
Deze functie helpt de bestuurder om
sneller en krachtiger te remmen vóór
de mogelijke aanrijding.
Intelligente remassistentie
De intelligente remassistentie gaat
mogelijk werken wanneer het rempe‐
daal snel wordt ingetrapt om extra
goed te remmen op basis van de
naderingssnelheid en afstand tot een
voorligger.
Intelligente remassistentie wordt pas
automatisch uitgeschakeld wanneer
het rempedaal wordt losgelaten.
Rijden en bediening
9 Waarschuwing
Door de intelligente remassisten‐
tie kan de auto in bepaalde situ‐
aties krachtiger remmen dan op
dat moment strikt noodzakelijk is.
Hierbij kunt u de verkeersstroom
belemmeren. Haal in dat geval uw
voet van het rempedaal en rem
vervolgens in gepaste mate af.
Uitschakelen
U kunt de actieve noodrem deactive‐
ren in het menu Persoonlijke instellin‐
gen 3 128. De deactivering wordt
bevestigd met een tekst op het Driver
Information Center.
We adviseren u om het systeem te
deactiveren of om het alleen in de
volgende gevallen te laten waarschu‐
wen:
● wanneer de auto wordt gesleept
● als er een aanhanger is aange‐
koppeld aan de auto
● vóór gebruik van een automati‐
sche wasstraat met ingeschakeld
contact
201