BEDRIJFSWAARSCHUWINGEN
Enkel 2-UP-modellen
MOGELIJK GEVAAR
Stilvallen, achteruit rollen of verkeerd afstappen tijdens het bergop rijden.
WAT KAN ER GEBEUREN
Uw voertuig kan kantelen.
HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN
Schakel naar een gepaste versnelling en houd een constante snelheid
aan bij het bergop rijden.
Als u niet meer vooruit komt:
De bestuurder en passagier moeten hun gewicht naar de bergop-zijde
verplaatsen. Open de gasklep niet plots en schakel niet bruusk. Het
voertuig kan achterwaarts omkippen.
Activeer de remmen.
Activeer het remslot nadat u bent gestopt.
Laat eerst de passagier afstappen, stap dan zelf af aan de hoger gelegen
zijde of aan een zijde, als het voertuig recht bergopwaarts staat.
Als u achteruit begint te rollen:
De bestuurder en passagier moeten hun gewicht naar de bergop-zijde
verplaatsen. Open de gasklep niet plots en schakel niet bruusk. Het
voertuig kan achterwaarts omkippen.
Activeer nooit de achterrem wanneer u achteruitrolt.
Activeer de voorrem geleidelijk.
Zodra u volledig stilstaat activeert u ook de achterrem en schakelt het
remslot in.
Laat eerst de passagier afstappen, stap dan zelf af aan de hoger gelegen
zijde of aan een zijde, als het voertuig recht bergopwaarts staat.
Keer het voertuig om en stap weer op volgens de procedure die u verder
in deze Gebruikershandleiding vindt.
36
WAARSCHUWING
VEILIGHEIDSINFORMATIE