ONDERHOUDSPROCEDURES
Stuur
Inspectie stuurinrichting
Spoorstangen
Inspecteer de trekstanghuizen op
barsten.
WAARSCHUWING
De trekstang moet worden ver-
vangen, als de hoes is gebar-
sten.
Remmen
WAARSCHUWING
Nieuwe remmen bereiken hun
maximale rendement pas nadat
ze zijn ingereden. Wees extra
voorzichtig.
Remvloeistofpeil
Controleer het vloeistofpeil in de
reservoirs terwijl het voertuig op
een vlak oppervlak staat.
Vul zoveel vloeistof bij als nodig.
Nooit te veel bijvullen.
WAARSCHUWING
Om ernstige schade aan het
remsysteem te voorkomen:
-
Reinig de vuldop voordat u
deze verwijdert.
-
Gebruik alleen DOT 4-remvloei-
stof uit een gesloten verpak-
king.
-
Gebruik alleen een schone
trechter wanneer u het rem-
vloeistofreservoir vult.
-
Gebruik geen remvloeistof uit
een oude of reeds geopende
bus.
-
Meng verschillende vloeistof-
fen niet om bij te vullen.
OPMERKING: Een laag peil kan
wijzen op lekkage of versleten
144
remblokken. Raadpleeg een erken-
de Can- dealer.
Vloeistofreservoir remhendel
Draai het stuur recht vooruit zodat
het reservoir waterpas staat.
TYPISCH - AAN STUUR
1. MIN. merkteken
2. MAX. merkteken
Inspecteer de staat van de man-
chet visueel. Controleer op barsten,
scheuren enz. Vervang ze indien
nodig.
Vloeistofreservoir rempedaal
Verwijder het paneel van het servi-
cevak vooraan.