BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING
25) Voertuigslot
Het voertuigslot bevindt zich rechts
van de motor naast de par-
keerstand van de schakelhendel.
Dit slot dient om de schakelhendel
in de parkeerstand te vergrendelen.
OPMERKING: Het voertuig is niet
op slot als het mechanisme is inge-
schakeld maar de schakelhendel
niet in de parkeerstand staat.
26) Richtingaanwijzer-
schakelaar
De richtingaanwijzer bevindt zich
links aan het stuur.
1. Richtingaanwijzerschakelaar
Om de richtingaanwijzers aan te
zetten schuift u de schakelaar naar
links of rechts, afhankelijk van de
gewenste richting. Zet de schake-
laar terug in het midden na afloop
van uw manoeuvre.
27) Claxonknop
De claxonknop bevindt zich links
aan het stuur.
98
1. Claxonknop
28) Waarschuwingsknop
De waarschuwingsknop bevindt
zich links aan het stuur.
1. Waarschuwingsknop
Inrichting van het voertuig die alle
richtingaanwijzers simultaan laat
knipperen. Deze wordt gebruikt
wanneer het voertuig in neutraal
staat om aan te duiden dat het
voertuig tijdelijk het verkeer hin-
dert.
Druk eenmaal op de waarschu-
wingsknop om dit systeem te acti-
veren.
OPMERKING: De knipperlichten
kunnen zelfs bij een uitgeschakeld
elektrisch systeem functioneren.
29) Servicevak vooraan
Het servicevak vooraan biedt toe-
gang tot:
-
Radiatordop
-
Remvloeistofreservoir
-
Zekeringskast
-
Lier afstandsbediening (inwendi-
ge deksel).