Advertenties
ONDERHOUDSPROCEDURES
OPMERKING
Gebruik geen zeke-
ring met een hogere capaciteit
om ernstige schade te vermijden.
Locatie zekeringen
De zekeringen zitten in het service-
vak vooraan en achteraan naast de
accu.
1. Voorste zekeringdoos
1. F1: ECM (5 A)
2. F2: Ventilator (20 A)
3. F3: ECM (7,5 A)
4. F4: Meter, achterlicht, diagnose (7,5 A)
5. F5: Brandstofpomp (7,5 A)
6. F6: Accessoires (20 A)
ZEKERINGHOUDER ACHTERAAN
1. Hoofdzekering (30 A) (RODE/GRIJZE
draad) en accessoires (30 A) (RO-
DE/GROENE draad)
Lichten
LET OP Schakel de contact-
schakelaar altijd op UIT voordat u
een defecte lamp vervangt.
Controleer na vervanging altijd of
het licht wel werkt.
138
Koplampen vervangen
OPMERKING
Raak het glas van
een halogeenlamp nooit met de
blote vingers aan, want dan gaat
deze minder lang mee. Als het
glas toch wordt aangeraakt, rei-
nig het dan met isopropanol, dat
op de lamp geen laagje achter-
laat.
Om de koplamp te vervangen gaat
u als volgt te werk.
Verwijder de schroeven van de
rubberen houder.
1. Schroeven
2. Houder
Verwijder de rubberbescherming
van de koplampbehuizing.
1. Rubberbescherming
Koppel de connector van de kop-
lamp los.
OPMERKING: Gebruik het vergren-
delingslipje om de connector te
ontgrendelen en trek vervolgens
aan de connector.
Advertenties
